De voorstelling is het belangrijkste onderdeel van het bezoek aan de schouwburg, maar op weg naar de zaal en terug maakt de bezoeker nog veel meer mee. Dat is het terrein van ontwerper Terry Brochard, die de bezoekersbeleving in theaters onderzoekt en waar mogelijk verbetert. In deze editie: creatief kijken naar theater in tijden van corona.

Denk je na het lezen van mijn rubriek wel eens: ‘Leuk, maar wat nu?’ Of zie je iets leuks op straat maar stel je je dan vervolgens niet de vraag: ‘Hoe kan ik dat gebruiken of ook bereiken?’. Dan laat je veel kansen liggen. Dit keer deel ik hoe je inspiratie uit de wereld om je heen kan gebruiken om je eigen organisatie te verbeteren. Deze bizarre coronatijd van gesloten theaters biedt een excellente kans om je theater eens opnieuw te bekijken.

Creativiteit is een veel gebruikte term, maar wat is dat eigenlijk? En belangrijker: hoe kan je dat gebruiken? Ik hoor vaker dan ik zou willen: ‘Ja, maar jij bent creatief, ik kan dat niet.’ Volgens mij kan iedereen creatief zijn, het is geen kwaliteit maar het is een bepaalde mindset, een manier van werken. Creativiteit is geen magisch gevoel, niet iets dat je wel of niet hebt. Het gaat over creëren, maken, doen. In deze rubriek neem ik jullie stap voor stap mee in mijn creatief proces. Ik geloof dat als jullie jezelf deze manier van kijken en denken eigen kunnen maken, er hele mooie, leuke, creatieve dingen gaan ontstaan in jullie theaters.

De oefening die ik vandaag presenteer is een van de vele manieren waarop je inspiratie kan verwerken tot een concreet idee. In mijn werk als ontwerp-coach aan de TU Delft is het allemaal veel uitgebreider dan ik hier kan vertellen, maar de oefening is qua vorm geschikt voor deze rubriek. Creatieve methodes zijn helaas niet als wiskundige formules die altijd een antwoord opleveren maar een belangrijk uitgangspunt hierbij is dat kwantiteit leidt tot kwaliteit. Door heel veel ideeën te bedenken, komt er vanzelf een goed idee uit. Soms moet je eerst door vijftig saaie ideeën, daarna door dertig hele rare ideeën om uiteindelijk tot tien nieuwe waardevolle ideeën te komen. Dat betekent niet die eerste tachtig nutteloos waren, die zijn essentieel onderdeel van het proces. Oké, nu deze disclaimer duidelijk is, kunnen we beginnen.

Aan de slag!

Deze oefening bestaat uit vier stappen. Deze stappen kan je alleen of samen met collega’s doorlopen. Het afronden van deze rubriek viel samen met het begin van de coronacrisis, en die maakt samenwerken inmiddels wellicht wat lastig. Maar er zijn een hoop online tools die samenwerking toch mogelijk kunnen maken. De twee tools die ik het liefst gebruik zijn ZOOM.us en Whereby.com. Het advies is om deze stappen achter elkaar uit te voeren. Ga er echt even voor zitten. In totaal zal deze methode zoals omschreven een klein uurtje duren.

Belangrijke creativiteits-regels

Om het creatieve proces zo soepel mogelijk te laten verlopen zijn er een aantal sessie-regels. Hier de belangrijkste drie:

  • Alles = goed. Te snel oordelen belemmert het proces. In het begin kan alles, is alles leuk en alles goed. Bewaar al je kritiek voor later.
  • Meer = beter. Kwantiteit leidt tot kwaliteit.
  • Tekenen > schrijven. Door visueel te werken krijgt een idee gelijk vorm en gaat het meer leven.

Stap 1 – ‘De inspiratie’

‘De inspiratie’ ontstaat op twee manieren. Of je bent bezig met een probleem op te lossen en gaat actief op zoek naar inspiratie. Of de inspiratie overvalt je doordat je ineens iets ziet en denkt: ‘Hé, dat is leuk.’ In beide gevallen heb je ‘iets’ dat je prikkelt. Dit kan variëren van een (in mijn voorbeeld) plantenbak op straat, tot iets dat je leest in een van mijn rubrieken. Dat noemen we voor nu ‘de inspiratie’.

1.1 Leg de inspiratie (zo visueel mogelijk) vast. Print de inspiratie uit en plak deze in het midden van een leeg vel.

1.2 Observeer de inspiratie goed en associeer hierbij door jezelf vragen te stellen zoals:

  • Welke observaties kan ik maken? / Wat zie ik?
  • Welke reactie wekt dit bij me op? / Wat doet het met me? En waarom?
  • Waar doet dit me nog meer aan denken?

1.3 Schrijf alles wat in je opkomt rond de inspiratie.
Streef naar minimaal twintig associaties. Onthoud: alles = goed.

1.4 Kies de vijf observaties/reacties/gedachten die jou het meeste aanspreken door ze te omcirkelen.

Je hebt nu de inspiratie ontleed en eigen gemaakt door te benoemen waarom het je aanspreekt. Leg dit vel nu even opzij.

Stap 2 – ‘Het doel’

In een proces is het belangrijk om een doel te hebben om naar toe te werken. Zonder een duidelijk doel, hebben mensen geen richting en is de urgentie en relevantie er niet.

2.1 Kies een stap/locatie in je theater die je zou willen verbeteren.

2.2 Formuleer dit als een doel in de volgende vorm: Hoe kan ik de ervaring in/van … verbeteren?

Een goed doel formuleren is best ingewikkeld. Voor nu hou ik het doel simpel en breed door de focussen op stappen en locaties. Na veel oefening kan je de doelen specifieker en moeilijk maken.

Stap 3 – ‘Mogelijke oplossingen’

In stap 3 gaan we verschillende combinaties maken van je doel en de associaties en daar oplossingen bij bedenken.

3.1 Vul de onderstaande vraag vijf keer in met je doel met steeds een andere associatie uit stap 1. Het op deze manier formuleren van de vraag maakt het makkelijker om tot ideeën te komen.

Waar doet [associatie] mij aan denken in relatie tot [doel]?

3.2 Bedenk per vraag minimaal drie ideeën. Let op! Geen oordeel dat komt later. Schrijf dit kort en krachtig op, eventueel met een kleine tekening (visueel werkt heel goed). Dit levert minimaal vijftien ideeën op. Meer is beter en mag altijd!

Stap 4 – ‘De oplossing’

Nu komt de stap waarin we mogen oordelen en gaan bekijken welke ideeën origineel en haalbaar zijn.

4.1 Maak een assenstelsel met de assen ‘originaliteit’ en ‘haalbaarheid’ (onder haalbaarheid valt ook relevant en praktisch). Deze assen heb ik nu bepaald om op zoek te gaan naar de relatie tussen vernieuwende maar ook praktische oplossingen. Je zou ook zelf assen kunnen bedenken die toepasselijk zijn voor jouw context/voorwaarden.

4.2 Plaats je ideeën in dit assenstelsel.
Voel zelf aan wat voor jou origineel en haalbaar betekent. Bij het plaatsen van een nieuw idee kun je andere ideeën weer verschuiven waardoor er een goede verspreiding ontstaat.

4.3 De ideeën die in de rechterbovenhoek (haalbaar en origineel) zitten hebben waarschijnlijk de meeste potentie. Het kan ook zijn dat een idee dat je wel heel waardevol vindt, niet in de rechterbovenhoek zit. Het is interessant om erachter te komen waarom dat dan is? Dan kan je bij dat idee bekijken wat je er aan moet veranderen/toevoegen om het wel in dat kwadrant te krijgen.

4.4 Dit zijn de ideeën die je nu verder uit kan gaan werken.

Gefeliciteerd, je bent creatief geweest!

Het is je gelukt! Je bent creatief geweest. Door bovenstaande stappen te doorlopen heb je op een methodische wijze naar haalbare en originele ideeën toegewerkt. Goed om te weten is dat iedere stap of het hele proces herhaald kan worden met nieuwe input. Sterker nog, dat is de bedoeling. Door meer inspiratie met dezelfde doelen of door dezelfde inspiratie met een ander doel te combineren kom je op steeds meer ideeën.
Deze stappen doorloop ik vaak in een ontwerpproces. Ik gebruik daar zelf niet meer altijd pen en papier bij, maar ook ik ga er soms echt even voor zitten. Het is vooral een kwestie van veel doen.

Ik hoop dat iedereen de smaak te pakken heeft en lekker aan de slag gaat. En mocht er hulp nodig zijn, via de online tools kan ik jullie helpen, ook op afstand.

Bonus stap – ‘Winnen’
Ik ben heel benieuwd naar wat er allemaal uitgekomen is. Fotografeer je uitkomst. Deel deze op LinkedIn met @terrybrochard en @theaterkrant en mail deze naar terry@theaterbeleving.com. De leukste foto krijgt van mij een gratis creatieve sessie voor 10 deelnemers.

illustraties Bente Bak

 

Terry Brochard is interactie ontwerper bij Theater Beleving.
www.theaterbeleving.com / terry@theaterbeleving.com

Dossiers

Theatermaker mei 2020