Arinzé Kene heeft met Misty een werk geschreven dat diep onder de huid kruipt en zijn lezer dwingt vragen te stellen over creativiteit, identiteit en stedelijke vervreemding. Kene, geboren in Nigeria en opgegroeid in Londen, staat bekend om zijn gelaagde werk waarin hij sociaal-politieke thema’s verweeft met persoonlijke reflecties. Het stuk werd in 2019 bij de Olivier Awards genomineerd voor Best New Play en Best Actor.

Misty is een autobiografische monoloog die de ervaringen van een jonge zwarte kunstenaar in Londen onderzoekt. Het is niet alleen een toneeltekst, maar een performance met muziek, rap en poëzie. Kene staat samen met twee muzikanten op het toneel en heeft het hoofdpersonage naar zichzelf vernoemd: Arinzé. In het verhaal krijgt Arinzé de opdracht om een ‘black play’ te schrijven. Dit roept direct een groot aantal vragen op: Wat is een ‘black play’? Wie bepaalt dat? En, misschien nog belangrijker, wat is een ‘white play’?

In het stuk vertolkt Kene verschillende rollen, waaronder een personage dat zichzelf het Virus noemt. Het Virus is gebaseerd op het personage Lucas, een vriend van Arinzé. Lucas beschrijft zichzelf als een virus dat de stad binnendringt en ziek maakt. Het Virus neemt de gedaante van een ‘bedreigende’ zwarte man aan die de (witte) bloedcellen, de dominante witte cultuur, in gevaar brengt. Kene gebruikt dit als metafoor om de spanningen tussen de zwarte gemeenschap en de dominante witte cultuur bloot te leggen.

Door voicemails te gebruiken, komen de stemmen van zijn vrienden en familie aan bod. De vrienden en familie van het personage Arinzé, die de zwarte gemeenschap vertegenwoordigen, confronteren hem met de vraag of hij kunst maakt voor de witte mens en daarmee zijn eigen gemeenschap verloochent. Zijn zus laat het volgende bericht achter op zijn voicemail:

Bro, I know that too much cross-examination can be destabilising to a piece of art, so I’ll just say this: You better not be writing some red-hot buffoonery to pander to the voyeuristic needs to the bourgeoisie. Because unlike the past brutalities inflicted upon us, this modern war is in the mind, working from a psychological perspective. This psychological engineering programme is disseminated to you through news, education, radio, television, film – deployed in all sectors right from the government to… the theatre. It engenders in our people feelings of self-doubt, self-hatred, and when that’s what you’re feeling, you could totally make up stories like, well, the one you seem to be writing right now. Or even worse, you could be writing some gun-crime – The type of story you’re telling creates a national climate that is insensitive to our plight. Thus fostering a consensual national setting wherein which our people are more easily mistreated and oppressed! And this leads to our people being harassed and even killed by the authorities for reaching for our keys! For reaching for ID! Or for walking down a street to go buy a bag of Skittles! I know you probably have producers breathing down your neck telling you what to write but you must still retain your integrity! As Dad used to say: ‘A dressed beggar can get fed, but a naked beggar cannot!’ … but what do I know? I’m not an artist.

De scènes van het Virus zijn geschreven als rapteksten. Deze worden afgewisseld met dialogen, zoals wanneer Arinzé reageert op voicemails van zijn vrienden of gesprekken voert met zijn producer. Daarnaast heeft het personage Arinzé teksten waarbij staat aangegeven dat het ‘freestyle’ is. Dit zijn melodieuze teksten, die zich goed lenen voor spoken word of rap. Kene combineert zijn teksten met een lyriek en flow die aan Kendrick Lamar doen denken. De muzikale en poëtische elementen maken Misty tot een werk dat diep in het lichaam geworteld is – een stuk dat even fysiek als intelligent is. Hieronder volgt de openingsscène ‘City Creature’, een raptekst van het personage Virus:

A lot of crazy shit happens on the night bus,
One shouldn’t settle disputes on the night bus,
Shouldn’t settle disputes after ten at night, boss,
It’s only ever gonna end up in a fight, truss.
[…] You’ll notice that travelling down these blood vessels of our living city creature,
Night buses are packed with blood cells, red and white,
Them’s the passengers, you and you, it’s a normal night,
Some of you alight, more of you get on and pack it tight,
But all is well,
Cos blood cell to blood cell there’s nothing to fear,
[…] And if you’re wise enough! You’ll know not all of us! Aboard
this bus! Are blood cells…
Nah,
One of us is virus.
Geh-geh.

Aan het einde van het stuk vindt Arinzé een vorm die volgens hem authentiek is, maar de ‘witte’ theatersector — in de personen van zijn agent en de producer — verwijt hem een anti-wit stuk te hebben geschreven. Arinzé reageert daarop dat hij niet een anti-wit stuk heeft geschreven, maar een anti-flat-white-drinkend-yoga-verslaafd stuk. De producer reageert afkeurend en zegt dat er maar één baas is.

ARINZÉ. […] Can’t it just be a play? Can a play from a person like me just be a fucking play already? Can we hurry up and stop being weird about people like me writing plays and shit?

Het is deze spanning die door het stuk heen loopt: de innerlijke strijd van een kunstenaar die iets authentieks wil maken, maar voortdurend geconfronteerd wordt met de ongeschreven regels van culturele representatie. Kene schuwt daarbij zelfkritiek niet en legt zijn eigen vooroordelen, twijfels en onzekerheden bloot. Het gaat niet alleen over de grote vraagstukken van ras en identiteit, maar ook over de universele druk om jezelf te moeten verklaren in een wereld die voortdurend iets van je verlangt.

Naarmate het verhaal vordert, verschuift de metafoor. De schrijver realiseert zich dat hij Lucas’ metafoor verkeerd had begrepen: Lucas beschreef zichzelf niet als een virus, maar als een bloedcel, terwijl juist de dominante witte omgeving het virus is dat zijn buurt en leven overneemt. Een virus kan zich immers niet zelfstandig voortplanten; het moet andere cellen infecteren om te overleven — precies wat de dominante witte cultuur volgens Arinzé doet.

De afsluitende scènes volgen elkaar snel op: Arinzé barst los in een fysieke choreografie, gevolgd door een rap van Lucas/het virus waarin hij door de politie wordt vermoord. Daarna start Arinzé een freestyle rap getiteld ‘Jungle Shit’, waarin hij zijn frustraties over de theaterindustrie uit. Kene sluit zijn monoloog af met een scherpe aanklacht: ‘They can suck my big black theatre dick.’

Misty van Arinzé Kene is een toneeltekst die theater in zijn puurste vorm omarmt: een ruimte voor reflectie, confrontatie en verandering. Kene’s spel met vorm, taal en thematiek zorgt ervoor dat het stuk een onderzoek wordt naar de rol van kunst, de verwachtingen van het publiek en de stad als bron van zowel creativiteit als vervreemding.