‘Wij zijn PANDA, dit is Koe’, zo introduceert theatermaker Nina Willems, mede namens de Heerlense schrijver en dichter Merlijn Huntjens, de audiowandeling door het Imstenraderbos en de weilanden van de boerenfamilie Huynen. Tijdens het beeldend theaterfestival Cultura Nova in Zuid-Limburg neemt Willems twee weekenden lang een groep wandelaars op sleeptouw om de (lichaams)taal van koeien te leren kennen. En meer dan dat, gedurende anderhalf uur probeert ze dertig individuen te verleiden een kudde te vormen. Dat gaat letterlijk met vallen en opstaan. Zo wordt het rustige, informatieve en meditatieve Koe één mooie, lange oefening in synchroniseren. Een koeienwandeling als zacht pleidooi voor een nieuw sociaal verbond.

Terwijl we de eerste takken onder onze voeten voelen knappen, horen we via een koptelefoon een uitvoerige toelichting van taalkundig onderzoeker Leonie Cornips over het bewuste gedrag van koeien. Ze vertelt hoe vrouwengemeenschappen van altijd zwangere koeien zich iedere dag sociaal moeten zien te hervormen omdat dagelijks kalfjes worden weggehaald. Behoorlijk destabiliserend. Zoals het ook verontrustend is dat pinken niet meer weten hoe ze moeten grazen omdat die kennis niet meer van moederkoe op puberkoe kan worden doorgegeven.

Alsof het toeval ermee speelt, krult op dat moment een koe in de wei haar tong om een dot gras en kijkt een kalfje toe. Als in een groepsles. Bij Boer Huynen mogen kalfjes wel met hun moeder de wei in en dat betaalt zich uit in het kunnen aanschouwen van ‘gesprekken’ tussen generaties koeien. Alsof we de jarenlange observaties van Cornips heel even aan de praktijk kunnen toetsen.

Cornips licht toe hoe koeien in subgroepen bewust een vaste sociale afstand tot elkaar innemen. En jawel, dan worden ook wij, wandelaars, met elastieken aan elkaar verbonden. Als een lange slinger dieren dalen we af langs de bosrand, steeds dichter naar de zwart en bont gevlekte koeien toe. Loop je te snel, te langzaam of even weg, zwiept het touw je terug.

Op band klinkt ondertussen een glooiend opgerekte klankmix (Dennis Gaens) van geloei, bosgeluid en mensentaal. Huntjens filosofeert in poëtische zinnen over sociale codes en dat een kudde zo snel gaat als de traagste kan lopen.

Uiteindelijk eindigt Koe, na een korte, grappige fruitstop voor hongerige koeienmagen, als liggende kudde. De tekst bij die laatste epiloog is lichtelijk overbodig. Het gras, het klaver, het kalf, de koe en de mest vertellen genoeg. Samen zijn we uiteindelijk, hoog in het weiland, goed gesynchroniseerd: we hebben oog voor elkaar en eenzelfde doel bereikt. Met dank aan Koe en PANDA.

Foto: Luc Lodder