Blue door Stichting Gadsby Producties i.o.
Muziek: Peaches
Choreografie, scenografie, en performance: Hannah Gadsby
Gezien in Toneelschuur Haarlem.
★☆☆☆☆
Het was een drukke zomer. De Nineties maakten De Notenkraker (Stephanie Louwrier als Natalie Portman slash hysterische progrock vrouw slash gay Freud), er was de première van Daria Bukvić’ Les Miserables. En het ingetogen Ivo! van De Warme Winkel, met als centraal thema Ivo van Hoves Angels in America. Alle met een cast van minimaal acht mensen en production value. Het gaat goed met de kunsten. Heerlijk.
Jammer dat te midden van al die zeer geslaagde producties een voortslepende soap het nieuws domineerde. Ik heb het natuurlijk over de scenografenrel rond de dansproductie Blue van Stichting Gadsby Producties i.o., Australian Dance Company en ICK.
Voor wie onder een steen geleefd heeft: Hannah Gadsby (bekend van de Netflix-special Nanette) zou een dansvoorstelling maken bij de Australian Dance Company in coproductie met ICK Amsterdam. Ze kwam erachter dat Thomas Rupert de beoogd scenograaf was, een van onze meest gewaardeerde scenografen – en hetero. Dat kon niet. Vond zij. Gadsby is feminist en openlijk gay. Ze dreigde alles af te blazen. Dus mocht ze zelf de vormgeving doen. Vervolgens moest lichtontwerper Henk Danner het veld ruimen. Opnieuw een zeer gewaardeerd vakman en zelfs een vaste kracht van ICK. Ook te hetero. Inmiddels had de rel bijna dezelfde proporties als het continue afblazen van het derde en vierde seizoen van Twin Peaks, maar daar ging het gewoon om geld. God verhoede dat alles zich in het licht van een heteroseksuele man beweegt. Uiteindelijk hebben ze een vrouwelijke lichtontwerper gevonden. De flyer was toen al gedrukt, dus haar naam ontbreekt.
Terug naar de mening van ondergetekende. In haar Netflix-hit van afgelopen zomer beschrijft Gadsby blauw als de meest koude kleur in het kleurenspectrum en tegelijkertijd het heetste gedeelte van een vlam. In haar ogen is blauw niet mannelijk, maar juist vrouwelijk. Ja, dacht ik toen ik dat las op de flyer. Dat is nog eens een verfrissend, lieflijk en poëtisch vertrekpunt.
Blue is een voorstelling geworden die in de verte doet denken aan Die Stunde da wir nichts voneinander wußten en de nachtmerrie van Disneys Winnie de Pooh. Gadsby beweegt in haar eentje door de ruimte. Soms is het meer mime dan dans. De muziek is van Peaches.
Voor wie het (nog) niet heeft gezien: dit is het enige waarmee ik het kan beschrijven. Omdat er geen vergelijkbare dansvoorstellingen zijn. Is dat een compliment? Ik weet het niet. Hebben we hier te maken met een hiaat in de dans en misschien in het theater in het algemeen? Niet in mijn ogen. Sinds het klassieke ballet is er veel veranderd, dans is meer streetwise geworden en los daarvan heeft theater heel veel ruimte geboden voor gay stories, kijk naar bijvoorbeeld Angels in America. Maar hier hangen de dramaturgische vragen als wespen rond een stuk ham. Als het over vrouwelijkheid gaat en Gadsby zo’n heldere definitie van vrouwelijkheid heeft, hoe is dit dan het eindpunt geworden? Gadsby doet niet eens haar best om er een esthetische ervaring van te maken. En waarom moet ze alles in haar eentje doen? En waarom moet het vijf en een half uur duren?
Misschien was het allemaal zo bedoeld. Maar het lijkt er op dat ik niet de enige ben die niet het nut en noodzaak ziet van deze voorstelling. De speellijst is een gatenkaas van nieuwe makers plekken: eind september in Hetveem Theater (Amsterdam), in november danst ze op Jonge Harten (Groningen), en ze sluit af in Theater Bouwkunde (Deventer). Ik vrees dat Veem en Jonge Harten beter zelf iets hadden kunnen zoeken met een dergelijke inslag. Al is er vast een reden dat ze dat nog niet hebben gedaan.
Voor Theatermaker schrijft Tjeerd Posthuma recensies over voorstellingen die hij niet gezien heeft