Toen Simon van den Berg mij vroeg een stuk te schrijven over artistiek risico zei ik direct ja, om twee redenen. De eerste was schuldgevoel. Simon had mij verleid een column te schrijven op de achterflap van dit blad met de titel ‘Achterkant’ waarin ik, naar analogie met de gelijknamige voorstelling, de hoge bomen in de theatersector op ongenuanceerde wijze een pak voor hun broek zou geven. Een week voor de deadline heb ik dit afgebeld omdat daar toch iets te veel netwerktechnische risico’s aan verbonden waren. Ten tweede heb ik louter positieve connotaties met het woord risico.

Mijn eerste reactie was dan ook een wild pleidooi voor het nemen van zo veel mogelijk risico. Maar toen ik mijn loopbaan en kerfstok scande op risico kwam ik tot de conclusie dat ik eigenlijk niet weet wat het is, artistiek risico. Financiële, productionele en planmatige risico’s; ja, die ken ik. De Warme Winkel scheert op die vlakken al jaren langs de grenzen van het mogelijke. Maar artistiek risico?

Bij De Warme Winkel zul je het woord ‘risico’ niet snel over tafel horen gaan. Wij lopen eerder warm voor ‘uitdagingen’ dan dat we terugdeinzen voor gevaren. We gaan voor een idee omdat het ‘spannend’ is of een mogelijk avontuur in zich draagt. Dit zegt alleen iets over onze houding, want uiteindelijk komen al deze termen op hetzelfde neer: iets op het spel zetten.

Waar iets op het spel staat, daar valt iets te winnen en dus ook iets te verliezen.

Ik vind het heerlijk als we ons weer ergens instorten zonder de overkant te zien – en dan maar kijken hoe we ons eruit redden. Elk project is een sprong in het donker die in principe mislukt, tenzij we het tij weten te keren. Ik denk dat we min of meer bewust onzekerheden inbouwen om ons scherp te houden, die zowel artistiek als praktisch van aard kunnen zijn.

Wij hebben met De Warme Winkel allerlei jargon dat nooit in de openbaarheid zou moeten verschijnen. Zo noemen we een van de lijnen die we volgen de ‘Amsterdamse Lente’ (naar analogie met de Arabische Lente), waarbij het de uitdaging is om zoveel mogelijk risico te nemen. Deze stukken spelen op locatie in Amsterdam en proberen op een artistiek wijze wereldproblematiek op te lossen. Met Luitenantenduetten werd de hogere kunst verdedigd tegen de barbaren van Rutte 1, in San Francisco werd de schuldencrisis opgelost, met Paradijs deden we een gooi naar een oplossing voor de milieuproblematiek en in Achterkant gingen we op jacht naar de waarheid achter de dingen. Er hangt een zweem van engagement en protest rond deze avonden en we runnen zelf de bar. Het idee is dat het stuk geen succes hoeft te hebben, waardoor we lekker compromisloos aan de slag kunnen gaan, maar bij succes kunnen we wel langer doorspelen. Veel van deze stukken kwamen voort uit onze noodzaak op dat moment en vervingen uitgewerkte projecten die we twee jaar eerder in subsidieaanvragen hadden beschreven.

Maar het kan ook goed werken om op praktisch vlak een uitdaging te hebben. Het is verschrikkelijk spannend om voor het eerst iets te maken voor het Holland Festival, of om een internationale productie op poten te zetten. Waarschijnlijk is onze polygamie in coproduceren mede te verklaren door deze behoefte aan een praktische prikkel. Maar ook een nieuwe productiestagiair kan de boel op scherp zetten. Een van de moeilijkste, stroefste processen die we ooit gehad hebben, leek op papier makkelijk. Bij We are your friends had iedereen al eerder succesvol samengewerkt, en iedereen vond elkaar héél leuk; dit moest goed komen. Ik wijt de problemen die we kregen grotendeels aan het gebrek aan risico: we hadden ons vooraf niet genoeg zorgen gemaakt of in ieder geval niet genoeg voorbereiding getroffen.

Wij hebben ons ook vaak gescherpt door ons af te zetten tegen het werk van andere makers en instellingen. Je hebt weerstand nodig om je te kunnen afzetten dus zochten we daarvoor altijd makers en instellingen die een maatje groter waren dan wij. Je daartegen afzetten wordt tegelijkertijd ook altijd je daaraan optrekken.

Als ik oudere theatermakers spreek, hoor ik dat de polemiek in de sector vroeger veel feller was. Er was directere en hardere kritiek, men viel elkaar openlijk af en aan, sloeg recensenten en haalde elkaars werk en goede naam met genoegen door het slijk. Tegenwoordig zijn we volwassen en beleefd, we willen allemaal gewoon zo goed mogelijk ons stuk neerzetten en we werken allemaal zo veel mogelijk met elkaar samen.

We proberen niet meer terrein te winnen ten koste van elkaar, maar proberen publiek en draagvlak te winnen voor de podiumkunsten in het algemeen, en natuurlijk die van onszelf in het bijzonder.

Iedere theatermaker maakt theater zoals hij of zij denkt dat theater gemaakt moet worden. Hoe hij of zij tot dit werk komt valt nooit helemaal uit te leggen. De Warme Winkel gedijt in ieder geval bij uitdagingen, en rijkt het hoogst als we in het diepe springen.

Vincent Rietveld is lid van De Warme Winkel

Dossiers

Theatermaker december 2015