Geestelijke gezondheid is een vaak onzichtbaar thema in het theaterveld. Makers en spelers die te maken hebben met depressies en trauma’s weten als geen ander hoe belangrijk veiligheid en compassie bij hun werk zijn. Drie portretten van makers, op zoek naar openheid over mentale obstakels en de kracht om ze te overwinnen.

Annemiek Lely | dramaturg en podcastmaker
Ambassadeur Hersenstichting

‘Mijn mentale gezondheid is wisselvallig. Het is niet zo dat ik van de ene op de andere dag depressief word. Ik merk eerst een soort onrust, die zit dan in mijn handen, ik ervaar druk op mijn borst. En ik merk dat mijn hersenen overuren gaan maken zonder dat ik er invloed op heb. Dan voel ik, hey, dit is niet goed.

Ik heb al vanaf mijn vijftiende last van depressies; mijn slechtste jaren waren vanaf m’n zestiende tot en met m’n negentiende. Kunst als een vorm van escapisme heeft me gered als puber. Als het theater er niet was geweest dan was ik er ook niet meer geweest. Dat klinkt heel heftig, maar daar ben ik van overtuigd. Ik zat toen twee keer per week alleen in het theater. Dat was een eenzame periode, maar ik koester die wel. Het was mijn houvast en troost.

Uiteindelijk ben ik theaterwetenschappen gaan studeren en werk ik inmiddels al jaren onder andere als dramaturg. Ik doe bij Solo Stories productie & ontwikkeling. Bij hun voorstelling PAAZ, over een opname op een afdeling van een psychiatrisch ziekenhuis, werd ik aanvankelijk aangenomen om het educatieve deel te maken voor de voorstelling, en begeleiding te doen bij inleidingen. Ik werd ingezet als theaterwetenschapper en als ervaringsdeskundige; na afloop van de voorstellingen stond ik in de foyer om na te praten met toeschouwers. Dat zijn oprechte gesprekken waarbij mensen persoonlijke dingen delen. Hoe heftig ook, het gaat mij niet snel te ver. Ik kan dit dragen. Ik weet wat ik moet zeggen tegen mensen. Dankzij mijn werk bij Solo Stories ben ik nu veerkrachtiger en zelfverzekerder, want Benno Hoogveld en Merel Ooms hebben mij de kans gegeven om te laten zien wat een kracht ik ben in hun team.

Cabaretière Vera van Zelm zegt dat je depressie op je cv zou moeten zetten. Dat vind ik grappig. Ze zegt: ‘Luister, ik heb dit allemaal overwonnen, iedereen zou met mij moeten willen samenwerken’. Ik denk dat ik mijn werk juist goed doe bij Solo Stories door de voelsprieten die ik heb ontwikkeld door mijn depressies. Ik kan aanvoelen wat interessante thema’s zijn en wat er speelt in de samenleving.

We maken wel eens grappen over dat ik in ons kernteam het gevoeligst ben. Ik huil altijd het eerste. ‘Als Annemiek gehuild heeft dan is het goed’, zeggen mijn collega’s. Dan spreekt het stuk tot het hart.

Ik zie kunst als melancholie. Vroeger werd depressie melancholie genoemd. Inmiddels heeft het een andere bijklank. Zowel depressie als melancholie zijn wat mij betreft oprecht. Ik vind dans en muziek hele pure kunstvormen omdat daar je ratio uit mag. Als ik daar ga zitten dan kan ik intense melancholie ervaren, maar dat is niet onprettig. Dat is het volledige aangaan van mijn gevoel. Ik kan intens genieten. En dat vind ik heel fijn, maar ik kan dus ook intens lijden. Ik kan heftigheid heel intens binnen laten komen. 

Als ik ontroerd raak door een voorstelling dan kan ik het soms niet eens vatten in woorden. Dan overstijgt theater iets dat niet alleen met ratio te maken heeft. En dan is het in mijn optiek echt goed. Ook een professional mag ontroerd raken. Maar in onze samenleving voel ik dat dat niet mag, omdat je ‘professioneel moet blijven,’ terwijl het juist iets magisch is.’

Daniel Liddiard | performer, kostuumontwerper, yogadocent
DarkRaum

‘Ik voel me robuust. Ik ben niet heel snel van m’n stuk te brengen. Ik heb altijd een talent gehad om dingen gelijk in perspectief te zien, ook al word ik ook wel overweldigd door dingen die gebeuren in mijn leven. En zelfs dan gaat het meestal in mijn hoofd van: dit is tijdelijk. Het kan niet zo blijven. 

Als kind kwam ik erachter dat het leven niet alleen zonneschijn is. Er waren mensen in mijn omgeving die ik vertrouwde die kwade intenties hadden en zeer grensoverschrijdend gedrag vertoonden. Toen werd ik geconfronteerd met gedachten als ‘Ik doe er niet toe’.

Als tiener maakte ik huiselijk geweld mee. Ik werd regelmatig geslagen door mijn vader, die zelf zwaar gedeprimeerd was. Ik voelde me aan de situatie overgeleverd. Het verandert je visie op de wereld voor altijd. Het is net als een gebroken tak. Het is nog steeds een tak, maar een gedeelte wijst nu een andere richting op. Die tak kan eventueel verder groeien, maar de richting is veranderd. 

Ik wil depressieve gedachten normaliseren. Ik denk dat iedereen daarmee te maken krijgt. Maar de mate waarin je ermee te maken krijgt en wanneer – dat kan heel bepalend zijn voor hoe je het leven ervaart. Als kind heb je nog geen mentale buffer. Dat betekent niet dat je geen geluk zal ervaren, maar je krijgt wel een rugzak mee. Naast schoolboeken zitten er dan ook nog loodzware stenen in. En daar moet je dan mee sjouwen. Dat heeft effect op je hele leven.

Ik heb de pandemie als vreugdeloos ervaren. Een gebrek aan vitaliteit, inspiratie en levenslust. Gebrek aan connectie. Gebrek aan beweging. En een gebrek aan creativiteit. De afgelopen twee jaar is mijn wantrouwen ten opzichte van de overheid gegroeid. Ik vind dat er met twijfelachtige argumenten complete sectoren werden uitgezet. Ik vind dat de overheid dat recht helemaal niet moet hebben. 

Toen ik dit jaar voor het eerst weer op het podium stond werd ik er emotioneel van, want ik merkte dat een essentieel onderdeel van mijn zijn – de beweger, de danser, de creator, de artiest – gevangen zat en die mocht eindelijk weer los. Dat brak mijn hart open. Dat voelde echt als een bevrijding.

Wat ik daarna heb gemerkt, nu we officieel uit de pandemie zijn, is residuele angst. Ik zie de realiteit van het economische verlies. Je merkt ook dat mensen heel voorzichtig willen programmeren. En dat nu juist het experiment, juist de rafelrandjes moeten worden opgezocht. Ik denk, investeer nu in de mensen die nog minimaal dertig jaar kaartjes gaan kopen. Focus je daarop. Dat is de toekomst. Grotere risico’s nemen, meer mensen een kans bieden, grotere diversiteit hebben en verder kijken dan je eigen neus lang is: daar is Nederland absoluut niet de beste in. Het is heel erg dogmatisch hoe er wordt gehandeld en geprogrammeerd. Veilig. En heel saai. 

Ik heb wel zitten nadenken over hoe creativiteit en kapitalisme elkaar kunnen versterken in plaats van verzwakken. En ik hoop dat er mensen in de regering komen die helemaal niet overtuigd hoeven te worden van het belang van cultuur. Die dat allang weten. En die daar gewoon voor staan.’ 

Patrick Neumann | theatermaker, singer/songwriter, acteur

‘Ik had het kleinkunstenaarschap al een tijdje op een laag pitje gezet, omdat ik me focuste op trainingsacteren. Alles viel tijdens de pandemie stil. Binnen de lockdown van de pandemie kwam ik in mijn eigen lockdown. Ik kreeg acute reuma. Daar kwam mijn geestelijke lenigheid erg van pas. 

Mijn mentale gezondheid is goed. En met goed bedoel ik: heel bewust. Op het moment dat ik ook maar enigszins voel dat het niet oké is, benoem ik het meteen. Ik was er al vroeg achter dat de wereld niet maakbaar is. Dat je te maken hebt met tegenslag, en met waar je wieg heeft gestaan. Dat ik door een naaste heel lang misbruikt ben toen ik kind was. 

De wereld kijkt naar misbruik in termen van wat het je heeft gekost. Ik heb dankzij therapie geleerd wat het me heeft opgeleverd. Ik durf te twijfelen. Ik kan dingen vanuit meerdere perspectieven bekijken. Ik heb er zelfs een liedje over geschreven, Ik ben zo blij met het hoofd dat ik bezit. 

Somberheid maakt mij creatief. Somberheid heeft iets moois. Je kan mensen ervan laten leren. En hun laten zien hoe mooi het leven kan zijn. Toen ik jonger was, voelde ik me gefopt door het leven. Maar het verwerken van mijn trauma’s heeft me mentaal lenig gemaakt. Misschien ben ik wel geëvolueerd van slachtoffer naar medestander voor mensen bij heftige dingen. Wanneer iemand in de problemen zit, doe ik juist een stap naar voren. Het is veel erger als je afstand gaat nemen van iemand. 

Als iemand bij ons trainingsacteursbureau auditie komt doen, dan zeg ik: ‘Wat ik belangrijk vind is dat jij je op je gemak voelt, en daar ga ik alles aan doen, zodat ik jou je in je natuurlijke gedrag zie’. Ik benoem alles. Ik vraag wat er gebeurt. En ik creëer veiligheid, zeker in de #MeToo tijd. Ik vertel de auditant of student dat als ik ze niet die veiligheid bied dat ik hoop dat ze daar dan iets van durven te zeggen. Ik vertel ze: ‘Ik snap dat die drempel hoog is. Maar zeg het dan tegen iemand op kantoor. En ik wil dat je weet dat dan kut is voor mij, maar dat is dan maar zo’. En dan zie je die schouders zakken. Dan zie je ze ontspannen. 

Sommige collega’s zeggen dat ik het te zwaar maak. Ik zie het zo: als je verantwoordelijkheid hebt, dan is het je plicht om daar zorgvuldig mee om te gaan. Ik zie dat wat ik doe effect heeft en dat ik de persoon dan op natuurlijk gedrag kan beoordelen. Daarom ben ik goed in mijn werk denk ik. In contact maken in ongemakkelijke situaties.

Ik doe het trainen niet omdat ik mensen vaardigheden wil leren, maar meer om zo de moeilijke onderwerpen aan te gaan, waardoor mensen wel tot inzichten kunnen komen. Je hebt een bepaalde werkelijkheid. Jij kijkt daar zo naar. Ik zet daar iets anders tegenover. Dat kan een beetje prikken. Met name als groepen veel gezeik hebben met elkaar dan word ik gevraagd. Ik trek ook altijd een grens. Op het moment dat het psychologie wordt dan verwijs ik mensen door. Maar in samenwerking kan ik een hoop met mensen doen, of in ieder geval bespreekbaar maken. 

Eigenlijk zou iedereen zich moeten realiseren dat de praktijk omtrent seksueel overschrijdend gedrag veel erger en heftiger is dan wat we in het theater of in films hierover zien. En dat is met alles zo. Ook omtrent discriminatie. Doe je best om een ander te leren kennen. Het gaat erom je jezelf in de ander te verplaatsen, ook al ga je het nooit begrijpen. Leer de ander kennen. Ga praten over dingen.’

Zahira Mous werkt op dit moment aan een voorstelling over mentale gezondheid. Soul Famine is een absurdistische, tragikomische performance waarin ze de binnenkant van een duistere geest verkent die lijdt aan een existentiële crisis.

Soul Famine is 2 t/m 11 september te zien op het Amsterdam Fringe Festival (Atelier Okan Akin op NDSM-werf, Amsterdam-Noord)

www.zahiramous.com
www.amsterdamfringefestival.nl

Dossiers

Theaterkrant Magazine zomer 2022