Hoe ziet een theaterschool eruit over nog eens 150 jaar? Deze uitnodiging tot dromen stuurden we naar een aantal visionairen in het onderwijsveld.
Beste Erica,
Het was de tweede lockdown van de coronacrisis in de winter van 2021. Een wereld van gesloten winkels, theaters en avondklok. Onderwijs werd online gegeven. In deze periode sprak ik tien kunstvakdocenten van 12- tot 18-jarigen over de invloed van de coronacrisis op hun vakmanschap. Dit deed ik vanuit mijn PhD onderzoek. Zij vertelden dat ze door directies en overheid vooral werden aangesproken als uitvoerders. Anders dan tijdens de eerste lockdown dienden zij zich te richten op het behalen van leerresultaten.
De kunstvakdocenten vonden dit frustrerend. We wisten niet hoe de maatschappij en zeker de kunsten er onder invloed van de crisis over één jaar uit zouden zien. Sterker nog, op dat moment was het onduidelijk of er drie maanden later examens zouden zijn. Hoe begrijpelijk de behoefte aan het wegwerken van leerachterstanden ook is, toch is het vreemd dat de scholen vasthielden aan het streven om zo snel mogelijk van A naar B (leerresultaat) te komen. Als B niet te formuleren is in crisistijd, dan wordt onderwijs een alleen maar doordenderende trein. Dan is efficiëntie blind.
Normaal zie ik je in meetings met agenda’s en besluitenlijsten. Jij bent studieleider opleiding Docent Theater en ik docent en senioronderzoeker bij de Master Kunsteducatie van Fontys Academy of the Arts (FAA). We hebben heteigenlijk nooit meer over die coronacrisis gehad. Maar ik denk dat dit niet de laatste crisis gaat zijn.
Met deze brief nodig ik je uit om je dagelijkse werkzaamheden te onderbreken. Zullen we samen de blik iets verder dan de komende weken te werpen? Stel dat de wolkbreuken en overstromingen niet in Valkenburg of Midden-Europa zijn, maar in Tilburg. Of er breekt weer een virus uit, net als in 2020. Vallen we dan in dezelfde valkuil van die blinde efficiëntie? Wat hebben de studenten op de opleiding Docent Theater dan nodig denk je?
Dat ik je een brief schrijf is niet geheel toevallig. Een briefwisseling kan volgens mij complexiteit omarmen, als een tijdelijke constellatie van gedachten. Een brief is dichtbij.
Groet
Mirjam
—
Beste Mirjam,
Ik lees je brief in de friettent tegenover de opleiding. In Cafetaria De Buffel zitten dagelijkse vrijwel dezelfde mensen. Kaat, een student, was nieuwsgierig. Ze ging het gesprek aan, nam de tijd om koffie te drinken. Ze leerde hen kennen, hun verhalen en achtergronden, gewoon op de plek waar zij zich bevonden. Ze kwam dichtbij, net als jij met deze brief wilt. Zij maakte dit vervolgens deelbaar: ze gaf vorm aan een kleine individuele rondleiding, met foto’s en opgenomen fragmenten waarin de cafetariabezoekers ons een kijkje gaven in hun leven en hun onderlinge verbindingen. De rondleiding eindigde aan een tafeltje met een van de vaste cafetariabezoekers. Dat was een ontmoeting waarbij geen gesprek nodig was, maar waar je je allebei gezien wist.
Zo’n ontmoeting. Dat is wat theater te bieden heeft in een maatschappij in crisis. Het is daarom ook de kern van wat nodig is voor studenten van de opleiding Docent Theater. De kracht zit in het delen van verhalen, het openen van de blik en het ontdekken van mogelijkheden. Het vakmanschap van een Docent Theater is het moment creëren waarin er iets kan gebeuren, iets nieuws, iets anders, iets wat je niet van tevoren volledig uitdenkt en waarvan je niet weet wat je ervan gaat leren. De ontmoeting met kunstenaars als manier om in actie te komen en dingen te doen of ervaren die je in de war brengen, je op andere sporen zet en andere talen leert. Ik hoop dat studenten van Docent Theater leren dat dat het werk is, dat proberen, het toelaten van het niet-weten, de nieuwsgierigheid naar die ervaring en die wisselwerking tussen de verschillende deelnemers.
En precies dat, die ontmoetingen, zijn volgens mij belangrijk tijdens een crisis. Want, hoe doe je dat? Leven tijdens een crisis waarin je niet weet hoe de wereld er over een paar weken uitziet? Hoe kun je dingen doen of delen die je niet gewend bent om te doen of te delen? Hoe kun je het uithouden zonder overzicht en antwoorden? Volgens mij is dat precies waar een Docent Theater goed in is en waar die opleiding over dient te gaan. Die is een ontwerper van dit soort ontmoetingen: een oefenplek voor onvoorspelbaarheid, een plek waar je het niet allemaal in de hand hebt. Die Docent Theater kan afstemmen op de omgeving, de context en de deelnemers.
Helaas kan de opleiding er nu niet zo uit zien. We zijn vaak nog te beperkt in mogelijkheden. We zitten te veel in klaslokalen en repetitieruimtes. Maar vooral: ontmoetingen zijn voor het onderwijs vaak te ingewikkeld. Ze zijn niet te vangen in doelen en leeropbrengsten. Ontmoetingen zijn niet efficiënt, zoals jij omschrijft.
Groet
Erica
—
Beste Erica,
Wow, jouw omschrijving van ‘ontmoetingen’ komt dicht bij de hernieuwde aandacht uit het onderwijsfilosofische discours over het concept ‘study’. Studeren wordt hier gezien als een constante gezamenlijk beweging door onverwachte interacties. Het samen gaan zitten met anderen en verbeelden wat wenselijk is in deze én mogelijke toekomstige situaties. Studeren als samen tijd doorbrengen, zonder de behoefte aan efficiëntie, zonder eindpunt en zonder credits. Studeren als onderbroken worden in wat je verwacht door anderen, en tegelijk weten: hier gaat het om.
Maar zo zien opleidingen er inderdaad tegenwoordig niet uit. Als studieleider ontwerp jij elk jaar je OER programma; de modules en de bijbehorende credits. Elke module is gericht op vooraf geformuleerde leeruitkomsten. Deze credits en leeruitkomsten kan een student stapelen als bouwstenen om zo tot een diploma te komen. Overheid en besturen willen dat studenten flexibel kunnen studeren door modules weg te strepen als de leeruitkomsten (output) overeenkomstig zijn. Het onderwijs is gericht op efficiëntie: Een goede student is er een die zo snel mogelijk van (A) introdag via een gepersonaliseerd traject naar (B) examendag gaat. In deze visie is studeren fragmentarisch, lineair en individualistisch.
Bovendien zit er iets vreemd in deze visie, het gaat ervan uit dat we nooit meer iets ont-leren. Onderwijs als stapelen gaat ervan uit dat de kennis van de kunstgeschiedenis die is opgedaan tijdens de studie, na dertig jaar direct beschikbaar is in het geheugen. Voor onderhouden en oefenen, zoals bijvoorbeeld zingen of tekenen, daarvoor is geen ruimte in deze efficiënte visie op onderwijs.
Als we tijdens of na de crisissen die op ons afkomen de efficiëntie durven los te laten, dan hebben we ook een andere taal nodig. Als ik mag dromen dan is onderwijs, en zeker de opleiding Docent Theater, niet meer gericht op economische inzetbaarheid en productiviteit, maar op zorgdragen en onderhouden van die wereld. Van een lineair beeld van een curriculum, naar een cyclus of veld. Voor mensen en niet-mensen, zoals we binnen de de commissie Leven Lang Ontwikkelen van het KUO (Kunstopleidingen in het HBO) proberen te schetsen in een alternatief. Van het beeld van studeren als een efficiënte productielijn, naar een oefenruimte in de wereld.
Weet je trouwens dat ‘oefenen’ oorspronkelijk komt van ‘oeven’ dat betekent zich herhaaldelijk of voortdurend bezighouden met de akkerbouw? Dat spreekt me aan, geen exacte herhaling, maar oefenen waarbij we afhankelijk zijn van weer en wind.
Groet,
Mirjam
—
Beste Mirjam
Dat doet me denken aan hoe ik hier met mijn oud-collega’s van Artemis over sprak. Theater als plek om het leven te oefenen, lessen in vertrouwen in een wereld in paniek. Oefenen in het spannende, het onverwachte en onvoorspelbare, het grootse dat je niet allemaal zelf in de hand hebt en je daar dan toe verhouden. Maar ook veilig omdat je het samen doet en het een (theater)wereld is waar je ook weer uit kan stappen.
Dat is wat een studie ook zou moeten zijn, geen werk, maar oefenen. Een onderbreking van die echte wereld. En in die opleiding staat dan weer de ontmoeting met die wereld, de dialoog, centraal. Tijdens dat oefenen kun je draaien, aanvullen en tijd geven. Een ervaring (succesvol of juist niet) geeft weer richting aan de volgende ontmoeting. Enzovoorts. Enzovoorts.
Je vroeg me bij start van deze briefwisseling wat er zou gebeuren als de zweep van efficiëntie zou wegvallen door crisissen. Schetsen onze gedachten over ‘ontmoeting’, ‘studeren’, en ‘oefenen’ de mogelijkheden, denk je?
Groet
Erica
Mirjam van Tilburg is docent aan de master Kunsteducatie en onderzoeker binnen het lectoraat Artistic Connective Practices van Fontys Academy of the Arts te Tilburg. Onlangs promoveerde ze bij Antwerp Research Institute for the Arts and the University of Antwerp (ARIA). Ze is opgeleid als beeldend kunstenaar en kunstvakdocent.
Erica van de Kerkhof is studieleider en docent aan de bachelor Docent Theater van Fontys Academy of the Arts. Daarvoor deed zij jarenlang de educatie bij Theater Artemis. Ze is opgeleid als kunstvakdocent en vergelijkend kunstwetenschapper