Voor haar nieuwste voorstelling Vreemd Ding (6+) liet actrice en theatermaakster zich inspireren door herinneringen uit de tijd dat ze net met haar ouders uit Kazachstan naar Vlaanderen was verhuisd. Die caleidoscopische periode komt vaker om de hoek kijken in haar werk. ‘Ik moest hier mijn stem vinden.’
Evgenia Brendes pakt haar telefoon. Kijk. Een foto van een winters, hermetisch front van Sovjet-flats, met ervoor: een raketje. Een klein, stalen staketsel, uitnodiging tot kosmonautische klimpartijen voor kinderen uit de buurt. Een beeld uit een verleden, brutalistisch, nostalgisch. Fotograaf is Ivan Michailov; hij verwierf faam met zijn kinderspeelplaatsen (Playground), een hele serie in deze sfeer. Voor theatermaker Brendes een van de inspiratiebronnen voor haar nieuwste voorstelling Vreemd Ding(6+).
We hebben afgeproken bij Het Nationale Theater, coproducent van Vreemd Ding; daar ging ze eind oktober in première. Deze maanden toert toert de voorstelling door Vlaanderen, onder de vleugels van de andere partner: het Antwerpse Martha!tentatief waarmee Brendes al eerder samenwerkte aan een jeugdtheaterstuk. ‘Vreemd Ding gaat over een klein meisje dat haar eigen stem zoekt’, zegt ze. ‘Thuis, waar de ouders de routine bepalen; én daarbuiten, waar de regels soms niet altijd helemaal duidelijk zijn voor een kind. Zeker als dat kind uit een ander land komt en in een nieuwe samenleving wordt neergezet.’ Zoals zijzelf, toen haar ouders besloten vanuit Kazachstan naar Vlaanderen te emigreren. Ze was 12. Vaak komt ook haar eigen geschiedenis even om de hoek kijken in haar werk.
‘We hadden Frans geleerd’, zegt ze met een lachje. ‘Daar konden we in Vlaanderen niks mee, maar we hadden geen idee. Alles was nieuw, en je komt overal net te laat achter. Het was een school met uniform, ik had een verkeerd uniform. Ik deed mijn best, maar werd gepest. Intussen wilden mijn ouders dat ik een sterke band zou blijven houden met mijn vorige bestaan, door bijvoorbeeld wekelijks met mijn grootouders in Kazachstan te bellen. Daar heb ik me vreselijk tegen verzet, ik kon toen nog niet helemaal benoemen waarom, maar ik had al mijn energie nodig om hier te aarden. Ik moest hier mijn stem vinden.’
Noël Fischer van HNTjong was enthousiast toen Brendes haar benaderde met haar idee voor Vreemd Ding. Samen fantaseerden ze direct over de uitwerking. Bram Coopmans werd partner in het (maak-)proces, een nieuwe samenwerking die erg goed uitpakte. Brendes: ‘Bram heeft zich in de loop der jaren verdiept in de mime en de zero, wat ook heel fijn is, want de voorstelling heeft geen tekst.’ Dat wil zeggen: je hoort een ‘taal’, maar je kunt de betekenis ervan niet pakken. Een deel van het jonge (expat)publiek zal dat misschien herkennen; maar tijdens de voorstelling is het dus helemaal niet van belang welke taal je spreekt. Vreemd Ding is heel visueel – grappig, en lief voor iedereen.
Op toneel: een soort kijkdoos. Je stelt je een gure winteravond voor, in een willekeurige grote stad, en terwijl je je blik langs de donkere gevels laat glijden, ontdek je een appartement waar nog licht brandt en waar je stiekem even naar binnen gluurt. Je ziet een bank, een koekoeksklok, een tv met een snurkende volwassene ervoor, afstandbediening binnen handbereik. Herkenbaar, tot er van alles begint te kantelen. Er verschijnt een meisje met roze vlechtjes, er waart een mansgroot konijn rond, een blauw pluizig iets gaat een heel eigen leven leiden, er staan opeens wel uitzinnig veel bloemen in de kamer, die eigenlijk heel benauwd is, en waarvan de betonnen muren, vaag zichtbaar aan de zijkant, nooit ook maar een beetje zullen meegeven.
Dan wordt de moeder op de bank eindelijk wakker. Ze begint het meisje subiet rond te commanderen. Haal dit eens, breng dat eens, doe eens gezellig mee, nee, niet zó, maar zó, niet daarheen, hierheen en blijf van die afstandsbediening af. Coopmans slaat op hoge toon het gehoorzame kind (Brendes) met aanwijzingen om de oren, je verstaat er geen biet van, maar het is helder niettemin – en heel soms hoort de goede verstaander tussen al het oudergekrakeel haar naam: Zjenja. Zjenja, die hier op zeker moment allemaal schoon genoeg van heeft en een stem opzet. De kinderen in de zaal joelen instemmend.
Zjenja is de verkorte vorm van Evgenia. Ze grinnikt. Ja, het komt soms dichtbij. Die bloemen, dat was nog zoiets. ‘Façades’, zegt ze. ‘Een associatie die opkomt als ik denk aan de omgeving waarin ik opgroeide.’ Ook in post-Sovjettijd nog (Brendes werd geboren in 1989) werden de dingen mooier gemaakt dan ze waren. ‘Ruïnes werden verstopt achter geveldoeken die villa’s suggereerden, rotzooi verhuld door een grote bos bloemen, en nog meer bloemen. Buitenkant. Tegen de klippen op mooi weer spelen. Dat wilde ik ook in de voorstelling. Omdat dat toch iets is wat je al snel doet als er iets moeilijk wordt, een façade optrekken. Mijn ouders hebben zich altijd sterk gehouden voor mij en mijn zus, maar zij hebben natuurlijk ook vaak niet geweten hoe het allemaal moest in de nieuwe wereld.’ Ze relativeert ook meteen: ‘Ik ben wel iemand die van een nieuwe impuls, van nieuwe dingen houdt hè. Toen, en nog steeds. Ik vond het ook leuk en spannend, emigreren! ’
Evgenia Brendes werd geboren in Pavlodar, stad in het noordoosten van Kazachstan. In de wilde jaren negentig, na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, besloten haar ouders, in de veertig toen, naar het westen te trekken. ‘Geëigend werk vinden was moeilijk in die tijd, al zijn ze beiden ingenieur. Mijn vader runde achtereenvolgens allerlei bedrijfjes, maar het werd steeds gevaarlijker. Regelmatig stond de mafia aan de deur. Bovendien waren we niet Kazachs van origine, maar Russisch, dat kon toen ook problematisch worden.’ De familie was er terecht gekomen zoals dat toen vaker ging: met een diploma op zak werd je geacht eerst in een uithoek van de Unie te helpen iets op te zetten. Zo kwam Brendes’ grootmoeder van moederszijde vanuit Vilnius via een omweg in Pavlodar terecht; vaderskant kwam uit Oekraïne. Migratie was vaak een gegeven, of je er zin in had of niet.
Bart Van Nuffelen van Martha!tentatief had Brendes al meteen carte blanche gegeven bij de uitwerking van haar nieuwste plan. In 2019 maakten ze samen het bekroonde Dounia B (9+).; hij tekende de verhalen op van lagere scholieren (én die van Brendes) die in een grote stad opgroeiden. Zij gaf vervolgens gestalte aan één van hen: de Russische Dounia. ‘Evgenia Brendes schittert als Pippi Langkous from the block, aldus De Standaard. Hier ging het niet zozeer over waar je nu precies vandaan kwam; meer ging het over de moeilijke omstandigheden thuis een paar jaar na de emigratie – armoede, bijvoorbeeld, of de belastende rol voor het kind als vertaler voor de ouder.
Voor Dounia B. ontving Brendes de prijs voor meest gewaardeerde actrice 2019 van de Acteursgilde (de Vlaamse belangenvereniging voor professionele acteurs). ‘Ze speelt scherp, speels en sprankelend als een glas champagne’, meende de jury – die daarmee treffend beschreef hoe we haar eigenlijk heel vaak zien als ze op toneel staat.
Zo viel ze jaren geleden al op met dat spel in een grote productie, STANs gelauwerde Kersentuin (2015); pas een jaar tevoren had ze haar Masterdiploma Acteren aan het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen behaald. NRC noemt haar ‘een ontdekking’ als ze meespeelt in Ondine (2017) van Het Nationale Theater, bij Zuidpool schittert ze in War of the Beasts and the Animals een gewaagde slam poetry-avond op basis van drie dichtwerken van de Russische Maria Stepanova. En in Dounia B. geeft ze een dansshow weg die je van je stoel blaast.
Die bekroning van Dounia B. was belangrijk, merkt ze op. ‘Sowieso fantastisch om die prijs te krijgen, maar de symbolische waarde was zeker zo groot. Ikzelf was op reis in Zuid-Amerika toen-ie werd uitgereikt – het kwam echt onverwacht, ja, ik werd gebeld dat ik kanshebber was – en ik heb mijn ouders gevraagd of ze ‘m eventueel in ontvangst zouden willen nemen. Zet voor de zekerheid maar iets op papier, zei ik, want hun eerste taal is toch nog steeds Russisch. Enfin, zo gebeurde het dat ze een prijs ontvingen uit handen van Peter Van den Begin, hun héld, die ze kennen uit Vlaamse series. (lacht) Ik denk dat het ook voor hen een moment van erkenning was, erkenning van het juiste van hun beslissing om naar hier te komen, en van het besluit van hun dochter om na twee studiejaren Farmacie voor het theater te kiezen. Een kantelpunt: goh, het gaat gewoon goed.’
‘Want praten over bepaalde onderwerpen in ons gezin is niet van zelfsprekend. Hoe modern mijn ouders ook denken, hoe hard ze proberen om alles open te laten zijn, ik heb toch ervaren dat ik soms echt moet knokken om dingen te delen, dat ik zelf dingen op tafel moet gooien, een ruimte creëren waarin er naar me geluisterd wordt. Soms lukt het me, en gaan er deurtjes open. Maar ik heb op momenten ook wel wel afstand genomen.’
De geboorte van haar dochter Lola – (nu tweeënhalf), met partner (en acteur) Joris Smit – heeft de dingen in familiecontext wel iets losser gemaakt, zegt ze. ‘Misschien omdat de focus wat is verschoven van mij naar haar. In ieder geval, ik wil geen verdere verwijdering. Gelukkig hebben mijn ouders ook humor en relativeringsvermogen. Sinds een paar voorstellingen zeggen ze wel eens: dit is ook een manier om met elkaar te praten. En ze komen altijd kijken, soms meerdere keren. Zag je dit voorjaar de voorstelling (v) van De Nwe Tijd? Hiervoor hebben wij, vijf actrices, elk onze eigen moeder geïnterviewd. Het was een gesprek van tweeënhalf uur, en het was echt een openbaring. Zo vertelde ze me dat ze ook het liefst actrice was geworden. En, later, na afloop van Vreemd Ding zei ze : ‘Dit gaat ook over ons hè?’’
Vreemd Ding (6+) toert tot en met half maart door België. Voor de speellijst zie Marthatentatief.be
In Vlaanderen neemt Roel Swanenberg de rol van Bram Coopmans over.
(v) van De Nwe Tijd wordt in het najaar van 2025 hernomen. Zie Denwetijd.be