Festivals moeten het hebben van vrijwilligers. Ze houden zich bezig met horeca, kaartverkoop, techniek, vervoer, opbouw, publieksbegeleiding en talloze andere vormen van ondersteuning. Voor het geld doen ze het niet, wel voor de sfeer en de kameraadschap. ‘Als vrijwilliger beleef je een festival veel intenser dan als bezoeker.’
In Nederland vinden jaarlijks ruim duizend festivals plaats, waaronder meer dan vijftig dansfestivals en tweehonderdvijftig theaterfestivals. Een goede bron van werkgelegenheid, zou je denken, maar dat valt tegen; festivals worden voornamelijk gerund door grote aantallen onbetaalde medewerkers. Zo werkt Oerol jaarlijks met zo’n duizend vrijwilligers, Noorderzon heeft er achthonderd.
In de sluipende festivalisering van het theaterlandschap worden deze vrijwilligers langzaam maar zeker onmisbaar. Wie zijn al die onbezoldigde krachten? Met welke motivatie zetten zij zich in? Ook vraagt hun rol om een kritische blik op festivalbeleid, want hoeveel verantwoordelijkheid geef je een tijdelijke kracht? En hoe zorg je voor een florerend vrijwilligersbeleid?
Een ronde langs de Nederlandse festivals toont als snel dat ‘de geijkte vrijwilliger’ niet bestaat. Het merendeel is vrouw, dat wel, maar verder bevat de Nederlandse vrijwilligerspoule mensen met uiteenlopende leeftijden, achtergronden en motivaties. Festivals zetten de onbetaalde medewerker in als publieksbegeleider, technicus, chauffeur, kaartverkoper, horecamedewerker, lid van de bouwploeg of als assistent van theatergroepen op locatie. Voor de ervarener vrijwilliger is er een functie met meer verantwoordelijkheid: de subcoördinator. Deze ‘subco’ stuurt een team met vrijwilligers aan en staat in nauw contact met de vrijwilligerscoördinator, die tot de betaalde kern van de organisatie behoort.
Doorstromen
In tijden waarin betaald werk in de cultuursector schaars is, vormt vrijwilligerswerk een handige manier om het veld beter te leren kennen en jezelf zichtbaar te maken. Het Amsterdam Fringe Festival is een goede case study voor vrijwilligers, die later vaak doorstromen naar betaalde functies. Meer dan de helft van het huidige team begon ooit op onbetaalde basis. Het festival streeft dit ook specifiek na: het wil een lerend bedrijf zijn en startte hiertoe een speciale ‘Fringe Academy’. Op een kleinschalige opleiding leren pas afgestudeerden in acht workshops de kneepjes van het festivalvak. Iedere deelnemer wordt bovendien gekoppeld aan een medewerker van de Fringe, helpt met het festival en doet zodoende ook praktijkervaring op.
Dramaturge en programmeur Aukje Verhoog (27) is coördinator bij het SPRING Performing Arts Festival in Utrecht. Eerder werkte ze als vrijwilliger op Festival a/d Werf, Amsterdam Fringe en Dancing on the Edge. Voor haar was het vrijwilligerswerk een manier om interessante festivals van binnenuit te leren kennen. ‘Door veel vragen te stellen leerde ik hoe een festival in elkaar zat en leerde ik de sector beter kennen. Vooral in de wat uitdagender functies kon ik veel ervaring opdoen en mijn netwerk vergroten.’
Contact
Vrijwilligerswerk op festivals vervult ook een grote sociale functie. ‘Vrijwilligen op Noorderzon is een goede manier om Groningen te leren kennen en nieuwe contacten op te doen,’ zegt Patrick van Lint, al elf jaar vrijwilligerscoördinator bij het Noorderzon Performing Arts Festival Groningen. ‘Het festival begint vlak voor de start van het studiejaar, waardoor veel nieuwe studenten het festival aangrijpen om meteen vol hun nieuwe leven in te duiken.’ Van de achthonderd vrijwilligers die jaarlijks op Noorderzon werken komt zo’n zestig à zeventig procent het jaar erop terug. Dat zijn niet alleen studenten en scholieren, maar ook mensen die in een sociaal isolement leven of hun baan kwijt zijn.
Om al die vrijwilligers goed te begeleiden en een vinger aan de pols te houden stelde Noorderzon een vertrouwenspersoon aan, die tijdens het festival waar nodig ondersteuning biedt. Ook heeft het festival sinds 2010 een klankbordgroep, een adviesraad met vrijwilligers uit alle geledingen die vier keer per jaar bij elkaar komt om het vrijwilligersbeleid te evalueren en verder uit te stippelen. Tijdens Noorderzon komen ze ook een keer bijeen, om eventueel ‘live’ te kunnen bijsturen.
De 81-jarige Greet Hettinga bevestigt dat haar vrijwilligerswerk op het Amsterdamse Over het IJ Festival een leuke manier is om met anderen in contact te blijven. Maar ook is het al vijftien jaar een kans om haar kennis en liefde voor Amsterdam-Noord te delen. Als bewoonster kent ze het stadsdeel goed, ze vertelt de festivalbezoekers dan ook graag meer over de NDSM-werf. ‘En ik probeer zoveel mogelijk voorstellingen te zien’ – natuurlijk ook een van de grote bijkomende voordelen.
Niet alleen het gesprek met het festivalpubliek is interessant, ook het contact met elkaar is wat het werken op festivals zo leuk maakt. Abel Leemans (22), student aan de Amsterdamse Toneelschool behoort al vijf jaar tot het ‘tapvee’ op de Parade, zoals de barmedewerkers zichzelf grappend noemen. Alle medewerkers (de Parade betaalt iedereen een kleine vergoeding en spreekt dus niet over vrijwilligers maar over medewerkers) eten en slapen op het backstage-terrein. Het terrein verlaten doen ze pas als het festival is afgelopen. ‘We duiken met z’n allen in een soort bubbel. We zijn een hechte club en voelen ons heel awesome.’ Soms leidt het zelfs tot blijvende contacten: Op de Parade ontmoette hij zijn huidige vriendin.
Intens
Netwerken en nieuwe mensen leren kennen is natuurlijk mooi, maar de vaakst gehoorde motivatie is simpeler: omdat het zo ontzettend leuk is. Voor Janneke Meijers (33), vrijwilliger op Oerol (Terschelling) en Tweetakt (Utrecht), intensiveert het vrijwilligerswerk de manier waarop ze een festival beleeft. ‘Als toeschouwer kom je maar één dag en ben je op bezoek, terwijl je je als vrijwilliger helemaal in een festival kunt onderdompelen. Bovendien geeft het een kijkje in de keuken van festivals.’ Ook biedt het haar een manier om actief te blijven in de culturele sector nadat ze door de bezuinigingen haar baan in die sector verloor.
Sommige vrijwilligers zijn zo enthousiast dat ze er hun vakantiedagen aan besteden. Barbara Croes (44), bedrijfsleider van poppodium Melkweg in Amsterdam, neemt jaarlijks twee weken vrij om op ‘werkvakantie’ te gaan naar Oerol. Ze keert er al vijftien jaar terug vanwege ‘het Oerol-gevoel’: ‘Fietsend over het eiland mooie voorstellingen zien, nieuwe plekken ontdekken, feestjes in de duinen en het weerzien met dezelfde mensen.’
Betrokken
Naast al die honderden vrijwilligers staan vaak niet meer dan enkele tientallen betaalde medewerkers. De begeleiding van vrijwilligers verschilt dan ook per organisatie. Veel festivals hebben een vrijwilligershonk waar altijd een praatje gemaakt kan worden en vaak is er een speciaal vrijwilligersfeest. Iedereen krijgt een festival-T-shirt, eten en drinken en gratis of gereduceerde voorstellingskaarten. Maar belangrijker dan die leuke extra’s is de mate waarin het festival zijn onbetaalde medewerkers erbij betrekt. Het delen van verantwoordelijkheid en persoonlijk contact met betaalde krachten is een belangrijke vereiste voor een goedlopend vrijwilligersbeleid.
Die betrokkenheid zorgt ervoor dat vrijwilligers blijven meedenken, blijkt ook uit het verhaal van Astrid Rommens (44). Ze is al twaalf jaar vrijwilliger op Theaterfestival Boulevard in Den Bosch. ‘Ook als ik niet aan het werk ben help ik een bezoeker die te laat dreigt te komen. Ik vind het leuk om net dat beetje extra te bieden.’ ICT-consultant Petja van de Lek (45) richtte zelfs eigenhandig een cursus voor vrijwilligers op. Hij merkte tijdens zijn vrijwilligerswerk als geluidstechnicus dat hij amper kennis had van de apparatuur waar hij achter stond. ‘Als er iets zou zijn misgegaan hadden we geen idee gehad wat we met dat enorme mengpaneel moesten doen,’ zegt hij. Zo ontstond het idee om de driedaagse cursus ‘Geluidstechniek voor productietijgers’ op te richten, die hij afgelopen maart realiseerde met hulp van het Utrechtse poppodium Ekko. Hij denkt al na over de vervolgcursussen Cinematechniek en Lichttechniek, maar eerst werkt hij op SPRING als vrijwilliger mee in de bouwploeg.
foto Anna van Kooij