Op het podium in de Westerkerk in Leeuwarden springt een dichter rond in een soort psychedelische pyjama. Schreeuwend draagt hij zijn poëzie voor. Achter hem speelt een band luide, vrolijke muziek. De dichter gooit vruchten naar het publiek, zegent de toeschouwers op de eerste rij met een banaan gedoopt in sinaasappelsap. Dan sleurt hij ze het podium op, om een dansje te maken, met hem en met elkaar. ‘Er zijn vruchtjes’, schreeuwt hij, ‘die je in je navel kunt stoppen, zodat je de hele dag gelukkig bent!’ (meer…)