Met een oogverblindende lichtflits en forse rookontwikkeling dondert Parsifall het podium op en het verhaal in. De blikseminslag heeft hem vol getroffen, alles is aan gort. Zijn scrotum ziet eruit als ‘gehaktballen in tomatensaus’ en ook de rest van zijn lichaam is een woestenij. Het ergst is dat ook zijn geheugen een braakliggend terrein geworden is. Nadat hij ontwaakt is uit zijn coma, met een wirwar van draden die uit zijn hoofd staken, is Parsifalls geest een tabula rasa. Hij weet niet wie hij is, zijn queeste kan beginnen: de zoektocht naar zichzelf. (meer…)