Een groot wit doek met Afrikaanse tekens en symbolen die we van rotstekeningen kennen, ligt op de vloer bij de microfoon. De zangeres komt op, in een witte legging met dezelfde motieven, ze slaat de stoffen lap als een jurk om haar midden, duwt op knoppen van het loopingapparaat, ademt zwaar, een geluid dat zich herhaalt, ze zingt een lied in het Engels, het klinkt Afrikaans, jazzy, met volle sopraangalmen. Wat een stem! (meer…)