Horizon van theatercollectief Opening Statement werkt een eenvoudig concept zeer consequent uit: op het dek van een veerboot bevraagt een tiener je over hoe de wereld er in 2052 uit zal zien. De opdracht om hardop een duistere toekomst te formuleren ten opzichte van de generatie die er het meest onder te lijden zal hebben is uitermate confronterend. (meer…)
Bij de entree van Yellow Horizon in de Nieuwe Vorst in Tilburg ontstaat wat commotie: jassen en tassen moeten worden afgegeven, zoals mimespeler Niels van Heijningen en actrice Sofie Porro dwingend zeggen. En: oorbellen en andere grote blinkende objecten moeten in een doosje gestopt worden, dat kun je meenemen in de zaal en onder je stoel zetten. Yellow Horizon van choreograaf Annemijn Rijk is ervaringstheater van stilte en duister, dus alles wat flonkert of afleidt moeten we afleggen.
Het is een niet zo gastvrij onthaal en jassen en tassen gaan gewoon met de toeschouwers mee, mensen houden zich daar niet graag aan. Eenmaal de drie kwartier meegemaakt en beleefd hebbend, vraag ik me ook af waarom juist geen oorbellen.
De voorstelling speelt zich goeddeels in duisternis af, we kijken vanuit de donkere zaal naar een gloeiende, schitterende cirkel of bol van licht, die dan weer geheel dooft, dan helwit oplicht zodat het steekt aan je ogen, dan rozerood is, blauw, geel. De bol kan de opkomende of juist de ondergaande zon zijn. Nieuwe maan. Rode maan. Associaties met een schilderij van Marc Rothko dienen zich aan. Het is een spel van licht en donker.
Meesterscenograaf Theun Mosk is verantwoordelijk voor deze indringende visuele ervaring. Het is hallucinerend om naar te kijken. Vooral als de bol opeens naderbij schuift, in alle stilte, en vlak voor onze ogen oplicht en weer dooft, en opnieuw, in het ritme van onze eigen oogknipperingen.
Ondanks alle dwingende maatregelen aan de deur is het allesbehalve stil in de zaal; er wordt eindeloos gehoest, onrustig heen en weer geschoven. Totale controle is natuurlijk onmogelijk, want als je toeschouwers uitnodigt een ervaring te ‘delen’, dan schakel je altijd onbeheersbare momenten in. Daarom maak je ‘live toneel’.
De voorstelling begint en eindigt met zeer luidop ademhalen, als een yoga-oefening van de drie uitvoerenden, behalve genoemde twee ook danseres Noemi Calzavara. Ze staan op blote voeten tussen het publiek en maken minimale bewegingen met gespreide armen, gestrekt lichaam, gebogen hoofd. Aan het slot voert het drietal op het podium, met de hel schijnende cirkel van licht als middelpunt, een bevrijdingsdans op met rondcirkelende lichamen. Applaus na afloop is uit den boze. De drie uitvoerenden noemen zich gidsen die ons in deze ervaring hebben begeleid.
Het is lastig, dit ‘zintuiglijk ervaringstheater’. De soundscape van Aura Bouw met dreigend, golvende toonschilderingen, erupties, verstilling en versnellingen, alsof ergens golven tegen rotsen slaan, is beslist sfeervol. Maar wat ontbreekt is een dramatische bezieling. De bevrijdende slotdans aan het eind is heel gewoontjes van choreografie. Als de spelers bij het refrein over wegvliegende ‘seabirds’ met de armen als vleugels gaan bewegen en langs de trap in de zaal omhoog gaan, is dat niet de meest verrassende uitbeelding van een tekst.
Ik moest denken aan bijvoorbeeld Walking van Robert Wilson, uitgevoerd op Oerol 2008, ook een zintuigelijke ervaring die begon in het diepste donker. Daar was je als toeschouwer alleen, misschien maakt dat het verschil. Yellow Horizon heeft de ambitie ons een geheel nieuwe ervaring van de wereld te bieden, maar dat bereik je niet door alleen een lichtende bol te laten aan- en uitflitsen. De makers hebben op papier misschien een idee over ‘ruimtelijke, zintuigelijk en fysieke desoriëntatie’, maar in een reguliere theaterzaal werkt het niet. Daar moet meer gevoel voor theater bijkomen en wat de wetten zijn van het theater. En echt, de kwaliteit van dans en spel had veel sprekender, origineler en fantasierijker gekund.
Foto: Loet Koreman