Hoe gedraag en beweeg je je bij emoties zoals schaamte en teleurstelling? Wanneer zet je een masker op en verberg je jezelf, en wanneer laat je een glimp van je ware gevoelens zien? In Losers onderzoekt choreograaf Jelena Kostić de onaangename én aangename bewegingstaal die komt kijken bij dit zelfbenoemde ‘loserschap’. (meer…)
De scène is een tafel met twee stoelen en twee tafelbelletjes zoals je ziet op receptiebalies en tijdens schaaktoernooien. Twee mannen komen op, boezemvrienden van elkaar. Een van hen trekt met krijt een rechthoekig kader om de tafel en de stoelen – een aankondiging van het spel dat zij gaan spelen. Om beurten noemen zij een zaak, een persoon of een groep mensen, waarna zij met argumenten moeten aangeven of het een winnaar of een verliezer betreft. Mexico, bijvoorbeeld, of natives – de mannen komen uit Canada, waar net als in de VS de oorspronkelijke bewoners werden verdreven door witte nieuwkomers.
De Canadese first nation people raakten hun land kwijt en wonen tot op de dag van vandaag in reservaten, vaak in grote armoede. Verliezers, zonder enige twijfel, concludeert Marcus, en slaat op zijn belletje: TRINGGG! Nee, het zijn winnaars, vindt Jamie: de witten voelen zich zo schuldig over wat zij de natives hebben aangedaan, dat zij hen al jaren overladen met subsidies en andere privileges. TRINGGG!
Op dat moment gaat de discussie allang niet meer over de first nation-mensen van Canada. Marcus blijkt te zijn opgegroeid onder bevoorrechte omstandigheden, als zoon van een vermogende bankier. Jamie had juist een moeilijke jeugd. Zijn vader liep al snel weg van het gezin en Jamie zelf ook, op zijn zestiende, waarna hij zichzelf in leven hield met vieze en vernederende baantjes. ‘Wat jij ook doet,’ zegt hij tegen Marcus, ‘met jou komt het altijd goed. Jij weet dat je vroeger of later een flinke pot geld zult erven van je vader.’ Marcus kan dat niet ontkennen, maar doet ook een tegenzet. ‘Jij werkt alleen maar,’ verwijt hij Jamie. ‘Jij investeert niet in je gezin. Je bent net zo gevoelsarm als je vader was.’
Welke categorie zij ook opvoeren, steeds komen de boezemvrienden uit op zichzelf en elkaar. Spoedig neemt dat hun hele spel in beslag, en komt hun vriendschap onder druk te staan. In Winners and losers, dat donderdag zijn Nederlandse première beleefde op het Groningse festival Noorderzon, spelen Jamie Long en Marcus Yussef zichzelf. Beiden leiden een eigen theatergroep – Yussef het Neworld Theatre in Toronto, Long het Theatre Replacement in Vancouver. Maar door gezamenlijke projecten raakten zij ook persoonlijk bevriend met elkaar. Winners and losers is een onderzoek naar die vriendschap, en daarmee van alle vriendschappen.
Alle vriendschappen kennen ingesleten patronen, kleine en grote irritaties over en weer. Laten goede vrienden die doorgaans onbesproken, Long en Yussef draaien ze juist steen voor steen om. Je complete persoonlijke hebben en houden op tafel gooien is een Noord-Amerikaanse specialiteit, die we kennen uit de films van Woody Allen en populaire Amerikaanse tv-series. Net als de focus op competitie, op winnaars en verliezers. Toch is hun verbale strijd voor ons heel herkenbaar. Ook onze cultuur veramerikaniseert in snel tempo. Bovendien kent Europa zijn eigen theatrale chirurgen van de ziel – denk alleen maar aan Ingmar Bergman.
Winners and losers doet vaak denken aan die grote Zweed. De woordenstrijd van Long en Yussef duurt net iets te lang, bijna anderhalf uur, maar is overwegend spannend en meeslepend. Zij dwingen de toeschouwer voortdurend tot partij kiezen en tot zelfreflectie. Vaak herinneren de twee Canadese makers ons aan eigen vriendschapservaringen, zowel de goede als de slechte. Het zou jammer zijn voor wie deze show nog wil gaan zien om hier te onthullen hoe hij afloopt. Laten we het erop houden dat het einde voor de meesten zeer herkenbaar zal zijn.
Foto: Simon Hayter