Een cirkelopstelling. Iedereen kijkt elkaar aan. Dan trekt de zwaartekracht danser Lisa Kasman, die tussen het publiek zit, traag van haar stoel. In een moeizame pas, strompelend op haar knieën, gebochelde rug, ogen richting de vloer, worstelt ze om overeind te blijven. (meer…)
Het is al snel spannend als de twee danseressen, liggend op de grond, rakelings met hun hoofd langs elkaar zwiepen. Zonder dat het botst. Dat is knap. De timing en beheersing zijn perfect. Een blonde en een donkere danseres dragen exact dezelfde, strakke huidkleurige kleding. Ze zijn in bewegingstaal nauwelijks van elkaar te onderscheiden en lijken twee verschijningsvormen van hetzelfde organisme.
Wie je ook bent heet de nieuwste voorstelling van choreografe Marie Goeminne, naar stijl sterk verwant aan het eerdere Body and words: Reliance, gemaakt onder de hoede van Dansmakers Amsterdam. Ook hier dezelfde verstilling aan het begin die zich langzaam ontvouwt tot hevige en explosieve bewegingen. De danstaal van Goeminne is moeiteloos te herleiden tot grote thema’s als geboorte, verbondenheid, afscheid, scheiding, afhankelijkheid.
Zelf noemt Goeminne haar voorstelling een ‘abstracte ode aan de mensheid’, maar echt abstract is Wie je ook bent niet. Wel sculpturaal. Door de anonieme aankleding lijken de lichamen van de danseressen op klassieke beelden, glad, als van marmer. Na de tollende, horizontale bewegingen over de vloer ontstaat langzaam een verticaal patroon. Telkens keren de danseressen Anne-May de Lijser en Maaike van de Westeringh terug naar het uitgangspunt, dat van verbondenheid. Hun hoofd drukken ze tegen elkaar, hun haren raken verweven, zodat het lijkt of ze een geheel vormen. Dan ontstaat er weer afstand. Lange tijd beweegt het tweetal zich in innige omhelzing over het podium, inderdaad, een symbiotische eenheid, rug aan rug vergroeid. Een veel voorkomende beweging is die van het hoofd van de een dat in de schouder van de ander wordt gelegd. Een mooi, treffend beeld. Vanuit die eenheid ontspint zich een patroon van om elkaar heen draaien, cirkelen, tollen.
Een aparte vermelding verdient de muziek door Alberto Novello. De ontwikkeling in zijn schitterende compositie loopt parallel met de danstaal. Eerst lijken de klanken uit een onbestemd niets te komen, een nulpunt, net zoals de uitgangspositie van de performers. Dan zwelt de muziek aan, steeds ritmischer, steeds krachtiger en heftiger. Totdat aan het slot alles in hevige dreunende klanken een afsluiting bereikt. Misschien is Wie je ook bent niet groots en vernieuwend, het is intiem, esthetisch en toegankelijk van sfeer en toon. Als onderdeel van het nieuwe Moving Futures Festival, dat aandacht vraagt voor jonge danstalenten die een podium verdienen, is het een mooi en verfijnd, matglanzend juweel.