Een utopie in een openluchtzwembad, op één zomeravond, met zes jongeren. Tieners uit verschillende wijken van de stad, die nog net jong genoeg zijn om niet vastgeroest te zitten in de kloof tussen rijk en arm. Met dat gegeven spelen regisseur Eline Arbo en schrijver Roland Schimmelpfennig in Zwart water: een eigenzinnige en sterk beeldende voorstelling waarin de spanning tussen collectief en onderscheid steeds zichtbaar blijft. (meer…)
Welke vis heeft een grotere impact op het milieu, zalm of makreel? Hoeveel liter water is nodig voor het produceren van een T-shirt? De voorstelling Water van ZID opent met concrete vragen die acteur Daan Bosch het publiek voorlegt. Later volgen meer persoonlijke en filosofische associaties rond water als vriend en vijand.
Na de vragen van Bosch zingt van achter uit de zaal het Bewonerskoor Bos en Lommer een lied. Het publiek mag raden wat het is. Het is Boudewijn de Groots ‘Verdronken Vlinder’. Gekend bij een flink deel van het publiek, want een deel ervan zingt mee. Vervolgens klinkt, nog massaler bijgestaan door de zaal, het ‘Summertime’ uit George Gershwins Porgy and Bess. Nou ja, wie kent het niet?
In een tweede deel, geregisseerd door artistiek directeur Karolina Spaić, komen de overige uitvoerenden het toneel op. In het Nederlands, Engels, Spaans, Marokkaans of Syrisch Arabisch vertellen ze ieder over eigen ervaringen met water. Voor de één betekent water een lange gevaarlijke reis over de zee om hierheen te komen, voor de ander is water in de vorm van zwemmen in de zee een middel om als kind zelfvertrouwen te krijgen. Een derde heeft het over de toekomst waarin Nederland zeer waarschijnlijk te maken krijgt met een stijgende zeespiegel, smeltende gletsjers en stortregens waardoor rivieren buiten hun oevers zullen treden.
Het theatercollectief ZID uit Amsterdam werkt met wijkbewoners en professionals, vanuit een locatie tussen Amsterdam West en Nieuw-West. Met een uitgebreid team van theater- en dansdocenten ontwikkelen artistieke leiders Spaić en Sebo Bakker sinds 1992 ‘geen standaard-voorstellingen, maar gebeurtenissen, waar je deel van wordt, in meedenkt, meedanst en meeleeft’.
Dat gebeurt met een brede fanbase, wat blijkt uit het publiek dat voltallig naar het OBA theater is gekomen, en dat een afspiegeling vormt van de vele culturele gemeenschappen die Amsterdam herbergt. En dat geldt gezien alle verhalen en alle talen ook voor de ‘buurtacteurs’ op het podium, zoals het gezelschap ze noemt.
Water is onze vriend en onze vijand, dat is het thema dat de makers willen verbeelden. Water voedt ons en water kan ons verzwelgen. En juist waar het ons voedt kan het ons ook verzwelgen. Over dat laatste vertelt Bakker. Hoe hij vroeger als jongetje op het strand met zijn vader altijd dezelfde plek afsprak om elkaar te kunnen terugvinden als ze elkaar kwijt zouden raken. Het verhaal loopt door tot rond 2040, als een groot deel van Nederland onder water staat. De veilige plek uit zijn jeugd waar hij met zijn vader afsprak bestaat dan al lang niet meer.
De gedachten van het publiek gaan onwillekeurig misschien uit naar de overstromingen deze week in Rio Grande do Sul en Afghanistan, of – dichter bij huis – naar de wateroverlast in grote delen van Duitsland, Frankrijk, het Belgische Voeren en zelfs Limburgse campings. Intussen kondigde de nieuwe regeringscoalitie aan om moeizaam tot stand gekomen maatregelen tegen verdere klimaatopwarming weer terug te zullen draaien.
Naima Baraka vertelt over de angst die ze had als kind voor water en hoe ze die overwon. Is ze nou een vechter of een dromer, vraagt ze zich af. Of is ze dat allebei? Issam Zemmouri heeft een aangrijpende monoloog over het water als gevaarlijke transportweg. Hij komt uit Marokko, maar zijn performance roept associaties op met alle migranten die hun leven wagen op zee.
Daarover zou Nivin Baranbo uit Syrië misschien kunnen meepraten, maar zij vertelt over haar jeugd in Damascus toen de situatie in Syrië nog relatief vredig leek. De bedding van de rivier de Barada was toen al gereduceerd tot een miezerig stroompje, als er al water te vinden was. Haar grootvader vertelde haar echter verhalen hoe hij met een boot nog op de rivier kon varen en hoe de rivier Damascus van water voorzag. Baranbo was ooit radiopresentator in Syrië, tot het te gevaarlijk werd. Nu presenteert ze Syrische radio-uitzendingen vanuit Nederland.
Zijn wij helden of dwazen? Dat is een vraag die elk van de protagonisten zich vroeg of laat moet hebben gesteld, en die wij ons ook mogen aantrekken als we ons al dan niet om dit alles bekommeren. Wat de meesten van het publiek vermoedelijk wel doen.
De beelden zijn een aaneenschakeling van associaties met water en de zee. Dankbaar beeld is natuurlijk dat van een vis-acteur spartelend in een net. Fraai is een levend eiland van menselijke lichamen waarop Dora Draghi als een drenkeling omhoog klimt, waarna het eiland zich toch weer oplost in een levende mensenmassa.
De verstaanbaarheid is soms problematisch, het schort in dansscènes bij sommigen aan techniek. Maar dat doet aan de energie van de voorstelling niet af. En je ziet dat de ZID-formule ook bijzondere talenten verder op weghelpt. Baraka’s eerdere solovoorstelling Rebel sloeg internationaal aan. Zemmouri viel drie jaar terug op met zijn door ZID geproduceerde solovoorstelling HISTORIA, toen ook te zien op het Amsterdamse Fringe Festival, en in Duitsland, Spanje en Portugal.
Er zijn twee scènes waarin deelnemers rondlopen met een rode vlag en rode linten. Die begreep ik niet. Rood als antagonist van het blauw waarmee water meestal wordt geassocieerd? De vlag van de revolutie? Maar ook, zoals op gegeven moment ook wordt genoemd, de soms bloederige rol van water?
Tot besluit is er een derde onderdeel, geregisseerd door Igor Alvarez Cugat, opgevoerd in de foyer, waarin de performers een-op-een in contact treden met individuele mensen uit het publiek en iets delen. Ik heb bijvoorbeeld genoten van door Baranbo meegebracht lekker (heel) zoet Syrisch gebak. De juiste nasmaak.
Foto: Maria Morales