Waar eerdere voorstellingen van regisseur Sanne Nouws en haar team opvielen door de bonte werelden die ze opriepen (en niet alleen voor de jeugd), is Storm voor wie wakker is in zwart gedompeld. De nacht is dan ook het thema, de doorwaakte nacht wanneer het stil is in huis en buiten je raam, en je hoofd toch maar doorraast. (meer…)
Edson da Graça is bijna zijn hele leven klakkeloos met de stroming mee gedobberd. In zijn solo-debuut Wakker beschrijft hij op aanstekelijke wijze zijn leven tot aan het moment dat hij initiatief leerde nemen. Daarin ontmoet je een sympathieke jongen met een levendige fantasie en originele kijk op de wereld.
In de nog voor geen kwart gevulde zaal van Theaters Tilburg is het moeilijk op gang komen. Edson da Graça tast de zaal voorzichtig af. Hij is benieuwd naar de mensen aan wie hij zijn levensverhaal gaat vertellen. Uiteindelijk weet hij van vrijwel elke bezoeker wat voor werk ze doen en of ze een relatie hebben. Hij komt goed weg: een getrouwde meneer bestrijdt bevers voor zijn beroep. Dat brengt de sfeer er aardig in.
De Kaapverdiaanse Amsterdammer Edson da Graça is opgegroeid in Amsterdam Noord en verhuisde later naar de Bijlmer. Daar leerde hij de multiculturele samenleving van binnenuit kennen. Hij schakelt vloeiend tussen Marokkaanse, Turkse, Antilliaanse en Jordanese accenten, en dat levert komische, vervreemdende imitaties op. Hij kent alle culturen, snapt hoe ze van elkaar verschillen, en weet clichés knap te vermijden.
Zijn kracht zit in fysieke, beeldende humor. Neem het stemmetje van zijn ‘ego’ dat verrassend genoeg een plat Amsterdams accent heeft en op één been staat te roken. Of zijn uitgebeelde vergelijking van de proeftijd op je nieuwe baan met de eerste maanden van een relatie. Je begint energiek en in maatpak, maar drie jaar later kom je half slapend in je joggingbroek aanzetten. In zijn verliefde paringsritueel schiet hij als een soort Lucky Luke zijn vriendin via alle hoeken van de kamer precies in zijn schoot. Drie jaar later kijkt hij tijdens de seks verveeld om zich heen: ‘Was die muur altijd al turquoise?’
Als kapstok voor de voorstelling gebruikt hij zijn aangrijpende levensverhaal. Lekker chronologisch, niet al te ingewikkeld. Desondanks heeft Da Graça in het kleine zaaltje in Tilburg moeite er een lopend verhaal van te maken. Hij werkt zonder echte spanningsboog verschillende stadia van zijn leven af, en kondigt dan abrupt zijn conclusie aan: elk mens is een uniek pakketje, en door zo veel mogelijk verschillende mensen te ontmoeten verrijkt Da Graça dat van hemzelf. Hij is dankzij zijn verraderlijke vriend die tachtigduizend euro van hem stal dan in elk geval een ervaring rijker. Een bewonderenswaardig positieve afsluiting van een prima debuut.