Kijk, gonst het rond mij, daar ligt iemand onder de boot. En inderdaad, er zijn voeten en benen te zien onder een blauw-witte boot. Daarnaast staat een vuurtoren, met rode en witte strepen en daarop draait een licht. De lichten doven, de vuurtoren zet zijn lichthoedje af en er verschijnt een vrouw met vuurrode haren. […]
Hij is spoorboomwachter en hij woont aan het kruispunt van een weg en een spoorweg in het spoorboomwachtershuis. Acteur, beeldend kunstenaar en theatermaker Peter Zegveld heeft in zijn nieuwe voorstelling Wacht de onbeduidendheid van een eenvoudig man gethematiseerd.
De spoorboomwachter heeft een hendel en zonder hendel is hij niemand. Met die hendel doet hij dagelijks de spoorbomen omhoog. En weer omlaag. Hij doet zijn werk al dertig jaar en heeft al voor 25.525 treinen de bomen bediend. ’s Morgens eet hij ontbijtgranen met chocola, maar veel tijd voor zichzelf heeft hij niet. Hij moet wachten op de treinen. De robot in de hoek van het spoorboomwachtershuis meldt hem met krakerige stem dat er een ‘vrachtrein’ of ‘de 7.03’ (de trein van zeven uur drie) nadert. De 7.03 is zijn favoriete trein, omdat die wordt bestuurd door Angelique. En op de voorbijrazende Angelique is de spoorboomwachter verliefd.
In Wacht vertoont Zegveld wederom zijn kunsten op het gebied van animaties, videoprojecties en uit zichzelf bewegende decorstukken. Zijn voorstellingen zijn theatrale installaties waarin de techniek zich doorgaans van zijn beste kant laat zien. Maar Wacht is in zijn gestaag opgebouwde oeuvre geen hightech. Het toneelbeeld, waarin alles op stalen standaards is bevestigd en blauwig wordt uitgelicht, roept treffend de sfeer op van rails en piepende wissels. Maar waarom Zegveld sommige scènes met een camera opneemt en synchroon met zijn eigen spel afspeelt op een grote televisie is onduidelijk en daardoor afleidend.
Zoals dat met wachten gaat, lijkt er heel lang niets te gebeuren en wikkelt de boel zich dan ineens in razend tempo af. Er komt een snelweg, auto’s blijven weg en de spoorboomwachter wordt ontslagen. Er volgt een telefoontje dat hij de slagzin achterop het pak ontbijtgranen als beste heeft afgemaakt en een wereldreis heeft gewonnen. Vervolgens een ongeluk op de snelweg waardoor al het verkeer ineens weer over het kruispunt met de spoorweg komt. Ten slotte een bijna-ongeluk met de 7.03 en een happy end waarin zelfs de liefde voor Angelique wordt beantwoord.
Waarom Zegveld dat allemaal in de laatste tien minuten van de voorstelling stopt, zodat het meest interessante gedeelte van het verhaal op de valreep als een sneltrein aan het publiek voorbijschiet, is onbegrijpelijk.
(foto: Gert Jan van Rooij)