Na vierenveertig jaar maken de mannen van Toneelgroep Het Volk opeens bij hun ‘afscheidsvoorstelling’ muziektheater. Wigbolt Kruijver en Bert Bunschoten spelen twee oude mannen die in een sanatorium hun laatste dagen slijten. Beide acteurs zijn tegen de zeventig jaar oud, maar hun speelhonger is onveranderd groot. (meer…)
Twee oud-militairen, de gereformeerde Krijn en de katholieke Nico, ontmoeten elkaar bij Dodenherdenking waar ze onderdeel zijn van de erewacht. Ze zien elkaar vervolgens jaarlijks terug. Beiden vochten in Nederlands Indië. Nico zegt nu wel te begrijpen dat de Indonesiërs vrij wilden zijn, maar destijds snapte hij daar niets van.
De politionele acties in Indonesië blijven een zwarte bladzijde uit de Nederlandse geschiedenis. Duitsers zijn een voorbeeld hoe je met een besmet verleden kunt omgaan. Nederlanders kunnen dat nog steeds niet. Enkele weken geleden toonde de Zwitsers-Nederlandse historicus Rémy Limpach in zijn proefschrift aan dat Nederlandse militairen structureel geweld gebruikten en dat er dus geen sprake was van excessen. Het is wat jammer dat de tekst van Veteranen daar niet verder op ingaat.
Maar daar was het schrijver Bouke Oldenhof niet om te doen. Zijn verhaal gaat over het menselijk leed van ‘onze jongens’ die terugkijken op hun ervaringen en hoe zeer zij daar nog mee worstelen. ‘Was het fout wat we deden?’, vragen de twee zich af. Ze weten het niet. Oldenhof baseerde zijn verhaal op het boek Op klompen door de Dessa van Hylke Speerstra. Zijn eerste versie was het Friestalige Feteranen. Voor Het Volk maakte hij een Nederlandstalige bewerking.
Veteranen is binnen hun oeuvre een vrij serieuze voorstelling, maar een humorloze productie is dit natuurlijk geenszins, integendeel. De fijne grappen vormen een heerlijke afwisseling in het verhaal. De dodenherdenking ruilen de twee mannen in voor een jaarlijkse ontmoeting bij een recent onthuld Indië monument waar echter bij de jaarlijkse herdenking uiteindelijk niemand meer aanwezig is. De miskenning, het onbegrip en de frustratie bij de mannen wordt steeds groter. Toch raken ze niet al te verbitterd.
Het verhaal is simpel, maar mooi geconstrueerd. We volgende de twee in negen scènes die zich afspelen tussen 1984 en 2018. Naarmate ze ouder worden, neemt hun inzicht toe, maar eist ook de leeftijd zijn tol. Nico krijgt een beroerte en Krijn denkt af en toe weer op patrouille te zijn. Dat wordt prachtig uitgespeeld, waarbij vooral Wigbolt Kruijver imponeert. Maar ook de onvoorwaardelijke vaderlandsliefde en de soms hilarische rechtlijnigheid van de ‘gereformeerde kurketrekker’ Krijn is bij Bert Bunschoten in zeer goede handen. Minke Kruijver, dochter van Wigbolt en actief bij het Vlaamse Stan, regisseert vakkundig met alle nadruk op spel.
Daarmee scoort deze 37e voorstelling van Het Volk hoog binnen hun rijke repertoire. Het Haarlemse gezelschap is een unicum. Nadat Het Volk jaren geleden hun subsidie kwijtraakte ging het onverdroten door met produceren. De veelal zelfgeschreven voorstellingen van Het Volk krijgen steevast honderd speelbeurten en trekken een trouw publiek van gemiddeld honderd toeschouwers, iets waar menig Bis-gezelschap jaloers op kan zijn. De spelhonger van Kruijver en Bunschoten is ook in Veteranen, uitgebracht vlak na hun veertigjarig bestaan, nog altijd even groot. Dat is geweldig.
Foto: Hans Vissers
Tegen het eind van de voorstelling veert het publiek nog eens extra op als veteraan Nico, prachtig vertolkt door Wigbolt Kruijver, fulmineert tegen de wijze waarop de Oud-Libanongangers destijds werden opgevangen na het voltooien van hun missie. ‘Wat, die mietjes!, die al na drie tot zes maanden mochten terugkeren, waarna ze gepamperd werden met uitkerinkjes en psychologische nazorg. Dat was er voor ons niet bij. Zonder dat ons vooraf iets was verteld, werden we op de boot gezet naar Nederlands-Indië, om daar twee jaar te strijden voor volk en vaderland, en toen het eind in zicht kwam, werd daar nog rustig een jaartje aan vastgeplakt.
Bij terugkomst werden we direct vanaf de boot in Rotterdam in een aftandse bus met als ‘bestemming’ Buiten Dienst gepropt, onderweg naar huis kregen we één appeltje voor de dorst en bij aankomst werden we zonder enige plichtpleging voor de deur afgezet. Daarna hoorden we lange tijd niets meer van het Vaderland. We moesten zelf maar uitzoeken hoe we ons leven weer op de rit gingen zetten. Het woord ‘nazorg’ kwam in ons woordenboek niet voor’. Gelukkig zorgde de rechtlijnige Krijn aansluitend voor wat relativerend tegenwicht, maar deze felle aanklacht, recht uit het hart, tegen het in gebreke blijven van Vadertje Staat zal menig bezoeker in De Kring regelmatig uit de mond van hun eigen vader en grootvader hebben gehoord. De theaterliefhebbers zijn van de mannen van Het Volk niet anders gewend dan dat de lat uiterst hoog wordt gelegd. Met de in het Nederlands vertaalde versie van dit oorspronkelijk Friese stuk hebben de heren Wigbolt Kruijver en Bert Bunschoten het bijna onmogelijke gepresteerd door zichzelf nog eens fors te overtreffen.