De Criticitafel op locatie! Vanuit een koud en regenachtig Oerol op Terschelling bespreken theaterjournalisten Herien Wensink, Sander Janssens en presentator Hans Smit het festival tot dusver. Welke voorstellingen vielen op en hoe is de sfeer op het eiland? (meer…)
Op groot scherm op een verlaten sportveld aan de rand van nachtelijk West-Terschelling, zien we hoe iemand een wit laken de lucht in houdt. De wind krijgt er vat op, als likkend vuur spartelt het doek in de lucht. Later zien we wuivend riet in het veld, dan is de wind juist zacht en gemoedelijk. Een sonore zoem klinkt, voorzichtig getingel en gerinkel, windgeluiden in allerlei soorten. Een silhouet verschijnt achter het scherm, een vrouw vangt de volle wind.
Vento is een theatrale, woordloze viering van de wind, die krachtig en meedogenloos en prachtig kan zijn. Dat is natuurlijk geen geheim op Terschelling, waar in het natte, koude en winderige openingsweekend van Oerol de wind sowieso al een flinke hoofdrol had opgeëist. Het Franse gezelschap Groupe ZUR stond al vaker op het festival, met beeldend werk op het snijvlak van theater, muziek en film. Vento is een creatie uit 2021 en speelde sindsdien onder meer op theaterfestivals in Frankrijk en Spanje.
In de drie kwartier dat de performance duurt, wordt een vaak poëtische beeldenmontage op de toeschouwer afgevuurd, niet alleen op het projectiescherm, maar ook ter plekke, met stof, papier, plastic, performers en windmachines. Snippers plastic fladderen als vogels in de lucht, vlaggen dansen op mysterieuze klanken, felblauw verlicht stof wordt tegen de zwarte hemel omhoog geblazen, als kwallen in de donkere, oneindige oceaan. De makers lijken zo vooral opnieuw en opnieuw de slagkracht van deze natuurkracht te willen onderstrepen.
En zonder meer levert dat vaak poëtische en esthetische beelden op die aanzetten tot associëren. Maar de zeggingskracht van deze als ‘verhalende voorstelling’ aangekondigde productie blijft vrijwel volledig uit. De ronddwarrelende plastic snippers (overigens gemaakt van maïs en dus volledig afbreekbaar) suggereren nog wel iets van een unheimisch engagement (terwijl de natuur zijn meedogenloze gang gaat, gelukkig trouwens, gaat de mens ten onder aan zichzelf), maar dan hooguit van het gemakkelijke en vrijblijvende soort.
Concretere aanzetjes, de wind die de vlaggen van de revolutie kracht inblaast, of bankbiljetten die door de lucht dwarrelen en ons ongetwijfeld iets kritisch over het kapitalistisch systeem willen bijbrengen, vervliegen letterlijk – waardoor Vento een gevaarloze en tamelijk betekenisloze exercitie wordt. Beangstigend of verstikkend wordt al dat spartelende plastic en die aanzwellende wind nauwelijks – alle associaties met plasticsoep en klimaatverandering ten spijt.
De voorstelling heeft veel meer weg van een doorlopende installatie waar we toevallig 45 minuten deelgenoot van zijn, dan van een autonome voorstelling met een afgebakende opbouw en spanningsboog. Hoe hard het ook waait, het is uiteindelijk toch vooral storm in een glas water.
Foto: Geert Snoeiijer