Met een cast van vijf dansers en het strijkkwartet Matangi is de voorstelling Breathe van Kalpanarts, het gezelschap van choreograaf Kalpana Raghuraman, een imposant project. Dansstijlen mengen zich en muzikanten worden ingezet als performer, alle registers worden open gezet. (meer…)
Tijdens het India Dans Festival trad afgelopen weekend het Sutra Dance Theatre uit Maleisië op met een nieuw werk van de Nederlands-Indiase choreografe Kalpana Raghuraman. De basis van het onder artistieke leiding van choreograaf Ramli Ibrahim opererende Sutra Dance Theatre ligt in odissi, een van de klassieke Indiase dansvormen. Raghuraman heeft een achtergrond in bharatanatyam, een andere Indiase dansvorm en in de eigentijdse dans.
Oude tempelsculpturen vormen het uitgangspunt van odissi. In deze dans worden poses in stilstand afgewisseld met vloeiende bewegingsfrasen. Net als bharatanatyam kent odisse vele mudra’s, waarmee gevoelens en situaties worden uitgedrukt. Mudra’s zijn onder meer handgebaren waarmee met bewegingen als het buigen en strekken vanuit pols, handpalm en vingers, allerlei symbolische figuren worden gevormd. Er zijn in deze dansvormen ook mudra’s voor het gezicht en het lichaam.
Met het programma Transfigurations van Sutra Dance Theatre beoogt Ramli Ibrahim de hedendaagse Aziatische dans vanuit een universeel perspectief te bekijken, door te ontdekken, verrijken en herdefiniëren. Transfigurations opent met de choreografie She ra van Kalpana Raghuraman. Raghuraman nam de Indiase mythologie als uitgangspunt, maar gaf in de vertaalslag naar een eigentijdse choreografie een speelse draai aan de thematiek van goden en godinnen. Zo brengt zij de krachten en kwaliteiten van onder anderen Arjoena, een held uit de Mahabharata, en Doerga, een onoverwinnelijke krijgsgodin, op het toneel door hen uit te beelden als superhelden.
Het strijklicht toont bij aanvang slechts silhouetten waaruit langzaam personen tevoorschijn komen. Gekleed in minirokjes of nauwsluitende pakken met wijduitlopende pijpen, glimmend, felgekleurd en stug zwart leer, en het haar stevig opgeknoopt tot uitstekende sprieten, zien de dansers er karikaturaal uit.
Raghuraman heeft de zeven dansers waarmee zij werkt, een man en zes vrouwen, flink uit hun comfort zone gehaald. Tijdens She ra blijkt dat de dansers hun verfijnde poses en lieflijke gelaatsuitdrukkingen die kenmerkend zijn voor odissi, flink van zich hebben afgeschud en tonen zij andere kanten en karaktertrekken dan gebruikelijk. Daarbij put Raghuraman voor het bewegingsmateriaal ook uit martial arts of vergroot zij bewegingen uit zodat als het ware een tekening ontstaat van een of meerdere rennende dansers. Maar het is niet alleen brute kracht die deze superhelden naar hun overwinningen leidt, ook wijsheid, eerlijkheid, doorzettingsvermogen en loyaliteit zijn kwaliteiten die de choreografe van haar dansers vraagt.
Wie na de pauze twee werken uit het odissi-repertoire ziet, weet dat Raghuraman uitvoerig met elementen uit odissi heeft gespeeld, zoals de duo’s die in verschillende posities tegen elkaar leunen wat tot de tempelculturen is te herleiden, maar ook de mudra’s en het vlugge voetenwerk dat zij in een heldere choreografische structuur heeft geplaatst op de compositie van electronica en een piano van Simone Giacomini.
Het duet Rageshri pallavi dat in het programma wordt afgewisseld met Chakravaka pallavi, wordt op zondag met grote bezieling uitgevoerd. Het daarop volgende groepsstuk Shtai toont pure dans en laat de danser en zes danseressen verschillende malen tot prachtige sculpturen versmelten om vervolgens in krachtige ritmische dans in figuren als lijnen en cirkels uiteen te vallen. Uit de perfect uitgevoerde hoofd- en halsbewegingen, de soepele en subtiele handchoreografieën, de gesproken ritmes in korte lettergrepen die de snelheid opvoeren, blijkt hoe goed de dansers deze kunstvorm beheersen en daar springt het plezier duidelijk van af.