Mounir Samuel kent hokjes en grenzen als geen ander. Hij valt al zijn hele leven tussen de hokjes in: tussen Egyptenaar en Nederlander, moslim en christen, man en vrouw. Als correspondent Midden-Oosten heeft hij de wereld zien veranderen waar hij bij stond. In zijn theaterdebuut En toen schiep God Mounir vertelt hij een integer verhaal over het doorbreken van deze hokjes en grenzen. (meer…)
Het aardige aan de cabaretvoorstelling Toen eindelijk alles lukte is dat Maarten Westra Hoekzema zich uiteindelijk als betere theatermaker dan als cabaretier ontpopt.
‘Je mag best vuilnisman worden jongen, zolang je maar de béste vuilnisman wordt.’ Met deze woorden tekent de vader van Maarten Westra Hoekzema zijn zoon voor het leven; een leven waarin hij ‘de beste worden’ als voornaamste levensdoel hanteert, of ten minste zo succesvol worden dat zijn papa trots op hem is. Na een loopbaan als acteur waarin hij vooral meewarigheid van zijn vader mocht oogsten, gooit hij het later in zijn leven over een andere boeg: hij wordt cabaretier.
In Toen eindelijk alles lukte vertelt Westra Hoekzema met een flinke dosis zelfspot over zijn pogingen om een gevierd komiek te worden. Het interessante daaraan is dat de voorstelling als cabaret eigenlijk niet zo geslaagd is. Westra Hoekzema’s grappen zijn van sterk wisselend niveau; veel van zijn humor richt zich op flauwe omkeringen of anekdotes die net niet opzienbarend genoeg zijn om te prikkelen.
Maar vreemd genoeg werkt dat uiteindelijk juist in het voordeel van de voorstelling. Tussen de regels door ontstaat steeds meer het beeld van een man die als jongen al beschadigd raakte door de op succes gerichte levensfilosofie van zijn vader, en daardoor met een stevig minderwaardigheidscomplex werd opgezadeld. Als hij zijn eerste cabaretshow heeft gemaakt en met lage verkoopcijfers wordt geconfronteerd, schakelt hij de hulp van zijn beste vriend in, een PR-expert die hem wegwijs maakt in de wondere wereld van socialemediamarketing. Hij investeert in Facebook-advertenties en gekochte followers en likes via een clickfarm, met als resultaat volle zalen maar ook een verslaving aan het controleren van de ticketstanden.
Het gebrek aan komisch talent dat Westra Hoekzema in zijn voorstelling aan de dag legt, wordt er zo onderdeel van: we zien een matige cabaretier die zijn weg naar succes probeert te kópen. De naardere grappen in zijn repertoire (bijvoorbeeld het constante fatshamen van de vrouw van zijn beste vriend) ruiken naar wanhoop, het schrapen naar shock value om zijn cijfers op te krikken. Naarmate hij zich steeds verder verliest in zijn streven om een succes te worden, vervreemdt hij zich steeds meer van de mensen om hem heen.
Zo ontpopt Toen eindelijk alles lukte zich tot een scherp theatraal portret van de prijs van het najagen van succes – met een net iets te makkelijk en uitleggerig happy end, dat de voorstelling van zijn scherpste randjes ontdoet.
Foto: Tom Bertels