De fruitbomen in de kersenbongerd van Fort bij Rijnauwen staan er akelig doods bij, niet meer dan kale knoestige stammen. Ze vormen een contrast met de zomerse weelde van het landschap van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Holland Opera kiest deze locatie voor de nieuwe opera Kersentuin, vrij naar het toneelstuk De kersentuin (1904) van Anton Tsjechov. (meer…)
De nieuwe opera The Day After van Jonathan Dove wordt door Holland Opera gespeeld in het landschap om het Fort bij Rijnauwen, een prachtig negentiende-eeuws fort, niet ver van het centrum van Utrecht. Deze fraaie plek contrasteert met wat er gebeurt in de Griekse mythe van Phaëton. Als hij in zijn overmoed gaat rijden in de zonnewagen van zijn vader, de zonnegod Phoebus, steekt hij zonder het te willen de hele wereld in brand en vernietigt de natuur.
De opera begint na deze fatale gebeurtenis. Enige hongerige vrouwen en een paar mannen proberen op de puinhopen na de ramp nog wat voedsel te vinden: tien korrels rijst, een olijfpit, een dode kat om een stoofpotje van te maken. Keer op keer proberen ze te begrijpen wat er is gebeurd en spelen ze het verhaal van Phaëton na. Het verhaal van de jongen die op school wordt gepest omdat hij zegt dat zijn vader een god is, die wil bewijzen dat het toch waar is en die zijn vader uitdaagt hem de teugels van de zonnewagen toe te vertrouwen. Met een wereldwijde catastrofe als gevolg.
De vorm van het verhaal haalt het direct naar ons toe. De vrouwen vertellen niet alleen het verhaal van Phaëton en zijn vader, ze proberen ook uit alle macht een andere wending aan het verhaal te geven. Ze waarschuwen voor wat er kan gebeuren en smeken Phoebus niet toe te staan dat door toedoen van zijn zoon de hele wereld en de mensheid worden vernietigd.
Ze lijken daarin wel enigszins op ons, als we machteloos toekijken hoe de toenemende vervuiling en opwarming tot de ondergang van de aarde zouden kunnen leiden en we het gevoel hebben dat de protesten daartegen van actievoerders en zelfs een rechter dat fatale lot niet kunnen tegenhouden. De mythe van Phaëton, omstandig verteld door de Romeinse dichter Ovidius, is hier dus meer dan het individuele verhaal van een trotse vader en een opstandige, eigenwijze zoon; het heeft ook een grote maatschappelijke urgentie. De vormgeving werkt ook mee om dat te laten zien. Zo beweegt Phaëton niet om de aarde in een wagen met vier paarden, maar in een roestige spoetnik, voortgetrokken door vier mecaniciens.
Holland Opera is in Amersfoort gevestigd en maakt al tien jaar operatheater op locatie, nu al voor de vijfde keer bij Fort Rijnauwen. In opdracht van het gezelschap heeft de Britse dramaturge April de Angelis een mooie Engelstalige tekst geschreven, compact, subtiel en geestig. Zij heeft vaker samengewerkt met de ervaren Engelse componist Jonathan Dove, die onder meer voor het Onafhankelijk Toneel in Rotterdam de muziek heeft geschreven voor Kwasi en Kwame naar het boek van Arthur Japin. Dove koos voor spectaculaire muziek, veel blazers en slagwerk, en voor grote effecten in een stijl die je een aangeklede minimal music zou kunnen noemen, sterk pulserend, heel effectief, maar niet erg persoonlijk. Ze wordt uitstekend vertolkt door dirigent Niek Idelenburg met een ensemble van jonge conservatoriumstudenten: het Jong Nederlands Blazers Ensemble.
Spectaculair in de hoogste graad is ook de uitvoering, in regie van Joke Hoolboom, die de scheppende ziel is van Holland Opera. Het zou jammer zijn te verraden op welke verrassende en vurige manieren decorontwerper Douwe Hibma de ondergang van de wereld laat zien. Maar ook hoe de vijf zangers, vier danseressen en vier circusartiesten van Tent Circustheater Producties spelen en door het landschap bewegen is schitterend, in prachtige kostuums van Sophie Ketting, die de personages in barokke afvalkleding steekt.
Bij elkaar vormt deze heterogene groep de wereldbevolking die verbijsterd ziet hoe de aarde onstuitbaar op zijn ondergang afgaat. De zangers zijn nog jong. Vooral de vrouwen zingen prachtig: contra-alt Sandra Botor als een wanhopige oude vrouw die het verhaal vertelt, sopraan Fenna Ograjensek als Phaëtons moeder en Nicole Fiselier als een jonge vrouw. Tenor Erik Slik klonk op de première een tikje onzeker, wat trouwens zijn rol als overmoedige Phaëton alleen maar ten goede kwam, bariton Alistair Shelton-Smith was sonoor als de eerst hooghartige en later twijfelende zonnegod Phoebus.
In deze opera kan niemand de fatale afloop verhinderen, toch zijn er aan het slot twee kleine lichtpuntjes. De oude vrouw probeert de olijfpit die zij heeft gevonden te planten en hoopt dat er zo ooit een nieuwe boom uit zal groeien. En een jonge man ziet temidden van de ellende eindelijk hoe mooi de jonge vrouw is: ‘Beautiful as a new day….’ zingt hij.
Foto: Ben van Duin