‘Dit is toch een dansvoorstelling?’ De mevrouw naast mij op rij vijf in Theater Kikker kijkt mij verbaasd aan. Zojuist is er aan het begin van de voorstelling een nagesprek begonnen. Vincent Wijlhuizen, in het dagelijks leven artistiek leider van het festival What You See, interviewt Julian Hetzel, een van de makers van SPAfrica, te zien tijdens Spring. Zijn co-auteur Ntando Cele staat nog onder de douche. (meer…)
In de voormalige gevangenis de LiK, in de context van SPRING Performing Arts Festival in Utrecht, staat een blok beton op het punt bevrijd te worden van diens concrete en connotatieve gedaante.
Na een wandeling door de beklemmende architectuur van de cellulaire gevangenis wordt je als publiekslid begroet met een friszoete, aangename geur. Het is de gedaanteloze voorbode van The Conspiracy of Forms in aanloop naar een flux van gedaanteverwisselingen.
Het publiek acclimatiseert in stilte terwijl een blok beton zichtbaar is op het speelvlak. De eerste performer komt oplopen vanuit de publieksstoelen en gaat geknield naast het blok zitten. De performer staart er een tijdje naar, waarna er vervolgens een hand op het blok wordt gelegd. Een eerste moment van contact. De masseur die kennis maakt met een nieuw lichaam.
Dit is het begin van de metamorfose van het beton en de verschillende manieren waarop choreografe Amparo González Sola en performers Carolina Stegmayer en Claudia Ganquín in relatie zullen staan tot de materie en elkaar. Het blok wordt gekanteld en opgetild en zwaartekracht wordt hier en daar uitgedaagd.
Een specifiek moment waarop je als publiekslid op het puntje van je stoel zit is wanneer González Sola op de vloer ligt en het blok op haar borstkas balanceert met haar armen uitgestrekt naast haar. Een vereenzelviging van concreet met organisch wanneer het blok op en neer deint op het ritme van haar ademhaling, maar in de zaal is te voelen hoe iedereen het moment van misgaan anticipeert: Is Amparo wel veilig als dat zware blok valt? Dan is daar het moment van vallen en Amparo vangt het massieve blok geruisloos op met één hand. Een verassende anticlimax, maar vooral een zucht van verlichting.
Vervolgens worden de werkbrillen opgezet en de hamers erbij gehaald en iedereen weet hoe laat het is. Met een dramatische schwung – die komisch nog even verlengd wordt door een backbend – valt daar de eerste slag. De veranderende lichtstand creëert silhouetten van de performers op de bevlekte muur achter de lichamen. De schaduwen van hun hurkende positie en gebogen ruggen waarmee zij synchroon op het beton inhameren roepen associaties op met beelden van de steentijd, grottekeningen of buitenmenselijke schimmen.
In een nagesprek legt González Sola uit dat de dramaturgie van herhaling en de langdurigheid van een handeling ervoor zorgen dat de verbeelding wordt aangewakkerd, waardoor het stuk vooral gaat over de persoonlijke beelden van de kijker en niet over een rigide verhaal dat Amparo probeert op te leggen. Een intentie die González Sola met succes weet over te brengen.
Opvallend is ook een zekere mate van zorg waarmee de performers het beton vernietigen. Het is een precisie die hoort bij het uitvoeren van een ritueel. Het zagen van een blok beton heeft er nog nooit zo secuur en zorgzaam uitgezien. In de slotscène maken de performers in geknielde positie schurende bewegingen over de vloer wat het gruis doet opstijgen en geestachtige gedaanten oproept in het licht. Het gruis glijdt tussen de vingers door alsof er een offer wordt gebracht. Of wordt het beton opnieuw gegoten, klaar om te verharden en een volgende metamorfose te ondergaan? Waarschijnlijk allebei.
In The Conspiracy of Forms spannen Amparo González Sola en beton samen om je dingen te tonen die je niet verwacht te zien en waarvan je niet weet waar ze vandaan komen en of ze er überhaupt waren: Materie als concrete, metafysische en metaforische magie.
Foto: Sebastian Arpesella