Een jaar na de bewerking van Tsjechovs Meeuw door Ilja Leonard Pfeijffer, pakt Toneelgroep Maastricht uit met een herwerking van De Kersentuin. Dit keer zorgde Jibbe Willems, de andere huisauteur van het gezelschap, voor de tekst. Zijn wat eenduidige interpretatie wordt door regisseur Michel Sluysmans nog eens dik in de verf gezet. (meer…)
Stel, je bent theatermaker en woont aan een kersenboomgaard. Dan is het niet verwonderlijk dat de wens bij je opkomt om eens De kersentuin van Tsjechov te maken. Maar ja, voor een geslaagde subsidieaanvraag heb je meer nodig dan een toevallige wens.
Greg Nottrot van het Nieuw Utrechts Toneel deelt zijn pogingen tot het formuleren van een actuele aanleiding in zijn (al dan niet afgewezen) subsidieaanvragen met zijn publiek, dat er hartelijk om moet lachen. Gelukkig vond hij uiteindelijk zijn actuele aanleiding voor de voorstelling Terug, naar de kersentuin in een persoonlijk gegeven: op het pittoreske maar bouwvallige huisje dat zijn Griekse grootouders bouwden en dat hij en zijn zusje erfden, is een bod gedaan door een projectontwikkelaar.
Het huisje en de bijbehorende tuin vol fruitbomen moeten plaatsmaken voor een sjiek resort. Maar kan dat wel, een huis verkopen waarvan elke steen waardevolle herinneringen bevat en waar bovendien je 91-jarige tante nog in woont? Nottrot maakt de verbanden van deze situatie met Tsjechovs meesterwerk in enkele zinnen duidelijk en neemt zijn publiek vervolgens mee in een smeuïge vertelling over zijn bezoek aan het huisje, samen met zijn moeder, zijn zusje en zijn tweejarige dochtertje.
Het publiek, gezeten in de boomgaard achter een lange tafel vol wijn, olijven en brood, tegen de avondkilte voorzien van dekens, laat zich graag meevoeren in het verhaal van de gastvrije Nottrot. Hij spreekt ze direct aan in de regie van Floor Leene, doet even uit de doeken hoe de voorstelling is opgebouwd en vraagt zijn toeschouwers om tussen de bedrijven door als jury op te treden: het huis verkopen of behouden? Nottrot stapt dan even uit zijn verhaal en gaat in gesprek over de waarde van nog (zo goed als) tastbare herinneringen.
Het is intrigerend te zien hoe de opvattingen verschuiven in de loop van de – overigens sober vormgegeven – voorstelling. Waar eerst nog de meerderheid voor behouden stemt, verandert dit naarmate Nottrot meer feiten openbaart. Het dak van het huisje blijkt op instorten te staan en reparatie is even duur als het volledig herbouwen van het huisje. Maar de door de koper geboden prijs ligt veel hoger en Nottrot en zijn zus zijn redelijk armlastig. Zij wil verkopen en van het geld hun oude tante een goed onderkomen geven in haar laatste jaren. Tja, wat moet dan de doorslag geven?
Een mooie draai aan het geheel ontstaat er als duidelijk wordt dat de koper een goede bekende van de familie is, een Albanese man die als kleine jongen door Nottrots grootouders voor allerhande klusjes in dienst werd genomen en later door hen is omarmd als deel van de familie. Hij heeft zich ontwikkeld tot een succesvol zakenman, eigenaar van een luxe beachclub aan de kust en ambiërend eigenaar van een heus resort, waarvoor het kleine huisje moet wijken. De verbanden met Tsjechovs De kersentuin worden kortom op een presenteerblaadje aangereikt, maar dat wekt door de luchtige presentatie van Nottrot gelukkig geen ergernis. Na de eindstemming (ditmaal eindigt het met een lichte voorkeur voor verkopen) maakt hij nog een subtiel en relativerend punt over de waarde van herinneringen wanneer het einde van het leven nadert en de waarde van onredelijk maar oprecht sentiment.
Terug, naar de kersentuin is een genoeglijke voorstelling die het publiek verbindt en aan het denken zet. Dat Nottrots acteerkwaliteiten enigszins beperkt zijn, wordt meer dan goed gemaakt door zijn charmante gastheerschap. Lastiger te vergeven is dat hij deze herneming uit 2016 presenteert als een actuele kwestie, een vraagstuk waarover binnen twee weken een besluit moet worden genomen. De urgentie die hij hiermee aan zijn voorstelling wil meegeven, wordt teniet gedaan als je weet dat hij dit verhaal twee jaar geleden ook zo vertelde. Een ‘leugen’ die nogal botst met het gevoel van authenticiteit dat hij in de rest van zijn verhaal heeft opgeroepen. Kniesoor die daarover valt, want theater is nu eenmaal fictie? Maar ook tijdens de aansluitende voortreffelijke en intens gezellige Griekse maaltijd blijft die vraag vaaglijk knagen.
Foto: Willem Popelier
Hallo. Je gaat naar theater… The art of make believe… Hij is net zo authentiek en actueel als Tjechov zelf.
Genoten…