Tijdens Erik of het klein insectenboek komt een buitenissige parade aan grote kleine insecten voorbij op onze schouwburgpodia, in een lieve voorstelling die hilariteit en moraliteit vrolijk verenigt. Blikvangers zijn de eclectische kostuums van Sacha Zwiers, waarmee ze de acteurs tot kruipen, rollen of krioelen dwingt. (meer…)
Een juf die niet van nette kinderen houdt, een driehoek die zich een vierkant voelt en een plant die jazzy liedjes kan zingen. Is dat normaal of abnormaal? Volgens HNTjong is het ‘supernormaal’ en zo denken de kleuters in de zaal er ook over. Kinderen moeten aan zoveel regels en verwachtingen voldoen dat de absurde en uitbundige scènes, die zich afspelen rond een multifunctioneel klaslokaal (decor: Janne Sterke), er ingaan als koek.
Regisseur Loek de Bakker liet zich inspireren door het poëzieprentenboek van Ted van Lieshout Wij zijn bijzonder, misschien zijn wij een wonder (2012). In de voorstelling Supernormaal is het hokjesdenken verleden tijd. Kleur buiten de lijntjes, ga je boekje te buiten en laat je eens helemaal gaan, zo luidt het motto.
Na het oudergesprek trekt de juf haar mantelpakje uit en komt er een glitterkostuum tevoorschijn. Ze springt op haar lessenaar en zingt dat ze een kapstok, een speelhoek én een broodtrommel is. ‘Ik ben het allemááál’, kweelt ze met een langgerekte uithaal van haar zware stem. Zo’n juf wil het jonge publiek ook wel.
Acteurs Billy de Walle, Roben Mitchell en Jelle Hoekstra (die ook de liedjes componeerde) spelen alle rollen en veranderen van juffen in ouders en van basketballers in speelobjecten. Het decor is een op hol geslagen klaslokaal dat ook dient als basketbalveld en de kamerplant en de speelobjecten zijn levende wezens. Als de conciërge een microfoon bij de bewegende bladeren van de plant houdt, horen we hoe mooi hij kan zingen.
Grappig is ook het gesprek over uiterlijkheden tussen een driehoek en twee vierkanten, waaronder de benen van de acteurs zichtbaar zijn. Vooral het vierkant voelt zich niet thuis in zijn hoekige lichaam en hij denkt erover in een cirkel te veranderen. ‘Die scherpe hoeken passen gewoon niet bij mij’, vindt hij en de anderen vallen hem bij. ‘Er moet iets vanaf,’ zegt de een. ‘Of misschien wel iets erbij’, suggereert de tweede. Een mooie gelaagde scène, die iedere leeftijdsgroep op een ander niveau aanspreekt. Voor kleuters is het heel herkenbaar om bezig te zijn met je uiterlijk en de vraag bij welk groepje je wilt horen. Hun ouders of grootouders zien waarschijnlijk ook een link naar de genderdiscussie.
Supernormaal is humoristisch en de boodschap dat aanpassingsgedrag niet altijd nodig is, spreekt tot de verbeelding. Niet alle scènes zijn even sterk, maar bij momenten doet de voorstelling denken aan de cartoons van Kamagurka. HNTjong zou nog wat gedurfder het absurdisme mogen opzoeken en ook de rafelranden kunnen verkennen. Het jonge publiek heeft daar geen moeite mee. Als de pratende plant omvalt en om hulp roept, staan ze meteen klaar om het toneel op te rennen. Aan het slot mondt de voorstelling uit in één groot feest en transformeert het klaslokaal in een discotheek.
Foto: Salih Kilic