Donker, intens en diep; een zwartfluwelen leegte; je ogen botsen tegen het duister. Je zoekt naar een sprankje licht, en dat komt, langzaam. Maar dan knetteren tl-lichten aan en uit, op verschillende plekken, nu voor dan achter. In dit flitsende licht beweegt een enkele danser, niet eens een seconde zichtbaar. De danser wordt een momentopname. (meer…)
In het westen zijn helden goed en schurken slecht. Bij je witte hoed past niet dat je ook een ijdeltuit bent, of dat je je vrouw slaat. In de Indiase mythologie is dat anders: goede goden kunnen best onsympathieke kanten hebben. Het beviel Kalpana Raghuraman uitstekend dat ook helden een donkere kant kunnen hebben, en dat schurken ook goede dingen kunnen doen. Ze maakte er Superhuman: Our Inner Darkness over.
In de solo van Poernima Gobardhan, ook op het India Dans Festival, was sprake van een godin die vriendelijk, bloeddorstig en onoverwinnelijk is. Dat kan in het Hindoeïsme zomaar samengaan. Kalpana Raghuraman stelt daar het westerse icoon Kevin Spacey tegenover, die door zijn grensoverschrijdende gedrag ineens veranderde van held in schurk. Zij voelt meer voor een held die bereid is licht en donker in zich te verenigen.
Het grote verschil is natuurlijk dat goden symbolische constructies zijn die je nu eenmaal niet tot de orde kunt roepen en dat je een man als Spacey zijn gedrag tegenover andere mensen kunt aanrekenen. De Griekse goden waren behalve onsterfelijk soms ook jaloers, manipulatief en onbetrouwbaar. Intussen is het een sympathieke gedachte om de mens completer te beschouwen dan volgens het dualistische schema van perfect tegenover falend.
De zes dansers in Superhuman: Our Inner Darkness beginnen met het etaleren van hun heldhaftige kanten, met powerarmen, gebalde vuisten en zweefsprongen. Indiase elementen zijn volop aanwezig, maar ingebed in moderne dans, die een ander, abstracter verhaal vertelt.
De drie mannen en drie vrouwen zijn aanvankelijk totaal doelgericht en overtuigd van zichzelf. Dan valt het licht op de zangeres. Lotta Sophie Bakker heeft een mooie stem, een beetje omfloerst, wordt dramatisch belicht vanuit het kastje dat ze bij zich heeft en krijgt met haar enorme schaduw tegen de achtermuur de allure van een priesteres of een godin. In haar glimmend zwarte jurkje gaat ze met dat kastje als Diogenes met zijn lantaarn in het donker op zoek naar de dansers en hun kwaliteiten. Die zijn ineens niet zo stevig meer. Ze laten ingewikkelde balansen zien, maar ze kunnen ook omvallen en beginnen soms te beven.
Als die wat schematische tweedeling eenmaal duidelijk is, is het een beetje gedaan met de ontwikkeling van het stuk. De zangeres zingt nog mooi, maar het stuk krijgt iets eenvormigs, ook door de lang volgehouden belichting vanuit het kastje. Dat neemt niet weg dat Superhuman: Our Inner Darkness weer een interessante poging is om Indiase thematiek en bewegingsmateriaal met westerse vormen en gedachten te verenigen.
Foto: Bowie Verschuuren