Het is een relatief kleine groep toeschouwers, die zich op zondagavond heeft verzameld in sporthal De Maaspoort in Den Bosch. Wanneer de publieksbegeleider ons voorgaat door de kleedkamergangen, drommen we dan ook samen als één groep. De wandelgangen zijn schaars verlicht, net als de grote gymzaal waarin we uiteindelijk uitkomen. (meer…)
Alleen het licht beweegt aanvankelijk. Een duister gerommel klinkt uit de boxen. De noisemaker Ilaria Llemo mixt live. Het geluid staat in zijn ondefinieerbaarheid en zwaarte, in schril contrast met de roze en witte schuimpjes die over de grijze vloer verspreid liggen. Theatermaker en performer Chiara Bersani laat zich voorzichtig uit haar rolstoel glijden, draaiend, gebruik makend van haar gewicht. Haar blote voet raakt als eerste de vloer. Voorzichtig gaat ze achterwaarts het speelvlak op.
Bersani was, volgens de informatie bij de voorstelling, met een aantal kunstenaars op residentie in een bosachtige omgeving toen er een een lockdown werd afgekondigd. Zij ervoer toen hoe voor mensen met een beperking de natuur niet zo of anders toegankelijk is. De voorstelling heet Sottobosco, kreupelhout. Het is de plek waar je terechtkomt als tijgeren je manier van voortbewegen is zonder hulpmiddelen. Maar in het Nederlands refereert de term ook naar hout dat niet echt uitgroeit, beschadigd is of te weinig licht krijgt.
Sottobosco is na Seeking Unicorns (2019) en The Whales Song (2021), de derde voorstelling die Bersani op Theaterfestival Boulevard laat zien. Voorafgaand aan de première deden Bersani, Sgarbossa en Llemo een driedaagse workshop met mensen uit Den Bosch die een lichamelijke beperking hebben, met de uitdrukkelijke uitnodiging met hen het podium op te gaan.
Bersani neemt de tijd en laat je als toeschouwer gissen naar deze achtergrond. Het stuk is een duet met Elena Sgarbossa, die geen fysieke beperking heeft, maar zich net als Bersani overgeeft aan de vloer. Lang is er weinig openlijk contact tussen hen, lijkt alles te gaan op gevoel. Als blinde mollen of andere aardwezens bewegen de twee dansers zich voort. Een tekst wordt op de achterwand geprojecteerd, terwijl we Bersani’s stem horen, over contouren en vorm. Als je die niet hebt, kun je niet vallen en niet breken, is er geen hoog en laag, is de vloer niet eng. ‘Zonder contouren is er alleen intensiteit.’
Dan is er wel contact, een hand die vastgehouden wordt, de lichamen van de twee dansers die over elkaar heen bewegen en als het ware één lichaam worden, en Sgarbossa die Bersani in de armen neemt en optilt. Het heeft iets heel wonderlijks, als iets van een andere orde, zoals deze twee nu samen zijn. Dan nodigen Bersani en Sgarbossa met gebaren mensen uit het publiek uit om de vloer op te komen. Er ontstaat een ontroerende situatie van schuchtere maar trefzekere bewegingen, tussen mensen die in elkaar iets herkennen.
Sottobosco heeft iets ondoorgrondelijks en is eigenwijs in de manier waarop het niets uitlegt noch naar de compensatie voor lopende en dansende benen zoekt. Met veel genoegen helpen mensen elkaar uit een rolstoel naar de grond. Daar baden ze in de aandacht van het podium. Ilaria Llemo heeft de noise vervangen door liefelijke songs. Meer mensen hebben heden de neiging om op hun buik door het bos te gaan, maar de voorstelling van Bersani draait die kwestie om. Haar leven zou sowieso op de buik zijn, sottobosco, en dat is heel wat anders.
Foto: Karin Jonkers