Tijdelijke bouw en decentralisatie, waren voor Jeroen Ubels en Oskar Zakrzewski de belangrijkste uitgangspunten toen ze gingen nadenken over het opnieuw vormgeven van cultuurbezoek binnen de anderhalvemeterrestricties. Ze bedachten de Social Distancing Club: een arena-achtige theatersetting, ‘met de feel van een popconcert en de focus van een theaterbezoek’. (meer…)
Het werk van het gezelschap Pips:lab beweegt zich in een verre toekomst. Het is theater als interactie, als computerspel, als animatie, als een vorm van toneel waarin ‘live’ vervangen is door alles wat werkt met toetsenbord en beeldscherm, hoe minuscuul ook. In de huidige wereld is lichamelijk contact ver weg en overheerst de digitale dating, en bevalt iemand niet, dan is hij voorgoed uit je leven verdwenen met just a swipe. De nieuwste voorstelling van Pips:lab heet Social fiction en dat geeft precies de wereld anno 2030 weer: elk sociaal contact is fictief, want op afstand.
Theaterfestival Parade is de ideale plek voor een voorstelling als Social fiction. Loop eerst eens rond op het terrein, langs alle terrassen. Hier is van de digitale wereld nauwelijks iets te merken. Dit is de ouderwetse tijd, afgezien van een enkele mobiele telefoon. Het is sociaal contact zoals te verwachten en te voorzien: flirten, wijn drinken, elkaar naderen. Dan gaan we binnen in Paradetheater II van Pips:lab. De makers zien eruit als personages in een sciencefictionfilm met kleurrijke kleding, antennes op het hoofd, lange mantel aan. Bij binnenkomst worden toeschouwers vastgelegd op video en verschijnt hun gezicht op een reusachtig scherm, die een soort oneindige wereld voorstelt waarin mensen door het universum zweven.
Makers zijn onder anderen Thijs de Wit en Keez Duyves, visuele kunstenaars van het eerste uur. Met verve presenteren zij deze show van de toekomst. Dankzij de virtuele verworvenheden hoeven we nooit meer op reis, want met een klik op de muis of een toets zijn we onmiddellijk waar we willen zijn. Paradise is just one click away.
Dan treden twee voortreffelijke actrices aan, Jiska de Wit en Judith van den Berg. Op het hoogtepunt van de voorstelling zijn ze naarstig op zoek naar een nieuwe liefde, maar doen dat vanuit de comfortabele positie van beeldschermcontact. Bevalt een gezicht de dames niet, of een stem, of de naam, dan swipen ze het weg. En ook: ‘Nee, geen vrouwen.’
Er heerst iets hards in de wereld van nu. Tedere verleidingskunst bestaat niet meer; het is snel scoren en snel afdanken en snel swipen, totdat het een keer niet lukt. Op dat moment kaatst theatermaker Thijs de Wit als personage de bal terug en vraagt de dames wie zij zijn. Dat zorgt voor verwarring. Eigenlijk bestaat hun sociale leven uit het surfen op internet, liefst zonder persoonlijke inzet. Pips:lab munt uit in multimediale interactieve installaties. Als een van de eerste theatergezelschappen zet het zelfontwikkelde soft- en hardware in om de interactie met het publiek mogelijk te maken.
Maar eigenlijk bezig ik een veel te ouderwets taalgebruik. Ik zou moeten schrijven zoals de makers zelf hun uitvoering noemen. Hier bij wijze van voorbeeld enkele termen uit Social fiction: ‘…always-on, anonymous authenticity, avatars, blogospheres, collaborations, comments, @–,–‘-, community building, cyberspace, emopeeling, fubychecks, ego searches, feeds, instant messaging, mashups, nomoticons, permalinks, potating, synchronous, undisclosed recipients, technology stewards, thumbtribes, trackbacks, trolls & wifighters.’
Dat is, in het kort, de essentie van de fictieve wereld van de digitale contacten. We zijn altijd online, maar vergeten ons werkelijke zelf. De actrices geven dat prachtig weer. Hoewel de voorstelling ver weg staat van toeschouwers die het traditionelere toneel aanhangen, is Social fiction een boeiende exercitie in een wereld die verrassend dichtbij is, de wereld waarin we zelf alleen nog maar bytes zijn.