Donker, intens en diep; een zwartfluwelen leegte; je ogen botsen tegen het duister. Je zoekt naar een sprankje licht, en dat komt, langzaam. Maar dan knetteren tl-lichten aan en uit, op verschillende plekken, nu voor dan achter. In dit flitsende licht beweegt een enkele danser, niet eens een seconde zichtbaar. De danser wordt een momentopname. (meer…)
Duisternis versus licht, geluid versus stilte, speelse humor versus rigiditeit; de voorstelling Shirokuro speelt met uitersten. Shirokuro, dat letterlijk zwart-wit betekent, is een cocreatie van pianiste en beeldend kunstenaar Tomoko Mukaiyama, choreograaf Nicole Beutler en lichtontwerper Jean Kalman. De driftige compromisloze muziek van de Russische componiste Galina Oelstvolskaja is leidraad. Shirokuro is een esthetische ervaring vol pathos met af en toe een tedere knipoog.
Geïnspireerd door het gegeven van een dansconcert zochten Beutler en Mukaiyama elkaar op. De zoektocht naar de juiste muziek, bracht hen bij het werk van Oelstvolskaja, een componiste die uitermate fysieke muziek schreef en een teruggetrokken leven leidde in Rusland. Oelstvolskaja kreeg pas op latere leeftijd erkenning, vooral dankzij de inspanningen van Reinbert de Leeuw.
De voorstelling opent met het bescheiden licht van drie kleine TL-lampjes, ze liggen verspreid over het toneel. Geluid van een ademhaling wordt opgevolgd door een zacht mechanisch gepiep, Mukaiyama leidt haar pianoconcert in met een mysterieuze soundscape. Nauwelijks zichtbaar komt ze even later op, murmelend en scharrelend rond één van de lichtjes, om zich vervolgens met de lamp achter haar piano te nestelen.
Mukaiyama’s verschijning is haast dierlijk, ook wanneer ze achter haar piano zit en het publiek slechts haar blote rug ziet met daar omheen de grote bos zwart haar. Dat wezenachtige wordt versterkt door haar fysieke pianospel. Met haar handwortel en vuist hamert ze op de toetsen en om dat met volle kracht te kunnen doen, gebruikt ze haar volle gewicht en wipt haar lichaam energiek op en neer. Het heeft iets aandoenlijks, zeker ook doordat Mukaiyama Oelstvolskaja’s muziek zo nu en dan afwisselt met bedeesde noten van Schumann. Het contrast schept een muzikale spanning. Een andere tegenstelling dient zich aan wanneer danser Mitchell Lee van Rooij in het povere licht verschijnt en net als Mukaiyama eerst nog een diffuus bewegend wezen is, omdat slechts zijn witte blouse het licht vangt. De suggestie wordt continue gevoed in Shirokuro.
Met ferme armbewegingen hakt van Rooij (voorheen danser van Scapino) de langzaam oplichtende ruimte in stukken. Vol met zijn gewicht in de beweging en parallel aan Mukaiyama’s pianospel. Zijn lage heupen en zwiepende krachtige armbewegingen doen denken aan het bewegingsvocabulaire van een vechtsport. Maar ook de beweging transformeert, vooral als Van Rooij en Mukaiyama, die met haar zwarte pruikhaar veel weg heeft van Yoko Ono, hun trage en verstilde pas de deux inzetten. Mukaiyama danst daarbij bijna letterlijk in de schaduw van haar evenknie.
Indringende bundels licht vanachter de grijszilveren gordijnen kondigen een nieuwe episode aan. Het verassende toneelbeeld in Shirokuro verandert voortdurend van perspectief, aanvankelijk subtiel maar gaandeweg de voorstelling stelliger. Met eenvoudig middelen creëert Jean Kalman nieuwe landschappen. In een van zijn beelden dwarrelen, vergezeld van een subtiel ritselend geluid, duizenden zwarte snippers als as omlaag. Niet als kort en oppervlakkig effect, maar lang en aanhoudend. Het is knap hoe dit kunstenaarstrio elkaar heeft opgezweept in de zoektocht naar uitersten. Beeld, dans en muziek versmelten in Shirokuro tot een aangrijpende zintuiglijke ervaring.
(foto: Anja Beutler)