Het kan niemand ontgaan zijn: het is feest bij Het Nationale Ballet. De 90ste verjaardag van Hans van Manen wordt groots gevierd met een (inter)nationaal festival: vier verschillende programma’s waarin acht dansgezelschappen en -ensembles te zien zijn in 17 balletten. (meer…)
Met Programma V plaatsen choreografen Lightfoot en León hun dansers te midden van de toeschouwers. Op het diepe toneel van het Lucent Danstheater staan tribunes aan vier zijden van een ovale parketvloer. Deze nieuwe context zou een interessant uitgangspunt en uitdaging kunnen zijn voor de choreografen van het Nederlands Dans Theater om hun dans van andere kanten te belichten.
Maar de nabijheid tot het publiek is niet de enige manier waarop de makers van het NDT het publiek de hand willen reiken. Met zingende dansers en de snelle, speelse en veelal synchrone groepsstukken van het in schooluniformen gestoken ensemble, lonken Lightfoot en León bij aanvang flink naar musical of revue. Zware strijkers bepalen later de sfeer voor meer dramatische dans die zich veelal in duetten afspeelt. Herkenbaar dansidioom van Lightfoot en León, en hoe krachtig dit ook is, er wordt niets nieuws mee verteld.
School of thought bestaat uit een serie solo’s, duetten en groepsstukken die zodra een nieuw liedje of muzikale compositie begint, volledig van karakter veranderen. Soms jazzy, dan weer Afrikaans, maar vooral veel show. De dansers doen het met groot enthousiasme en ook hun zang mag er zijn.
Door alle korte stukken heen zit een aantal verhaallijnen verweven, maar deze zijn flinterdun. Naast het in schooluniformen gestoken ensemble, lijken dansers Medhi Walerski en Parvaneh Scharafali alter ego’s van het creatieve duo Lightfoot en León te zijn. De als geestelijken geklede Jorge Nozal en Georgi Milev komen als strenge leraren uit de hoek, waarmee waarschijnlijk naar het schoolverleden van de choreografen wordt verwezen.
In School of thought tuimelen teksten, verschillende talen en muziekstijlen over elkaar heen, maar het blijft toch vooral een aaneenschakeling van losse scènes. Het is een gemis dat de makers zo weinig gebruik maken van de choreografische mogelijkheden die de bijzondere ruimte biedt, waarbij de toeschouwers de dansers zo dicht op de huid zitten. Als de dansers aan het slot, ondertussen in gewone kleding, zittend op de vloer in een kring Imagine van John Lennon zingen, en vervolgens Paul Lightfoot en Sol León nog even over het voetlicht stappen om het laatste woord te nemen, klinkt dat niet alleen gekunsteld, ook daaruit blijkt dat in School of thought een stevig artistiek en dramaturgisch fundament ontbreekt.