La Plaza is een ingetogen, hyperconceptueel portret van een samenleving die kijkt naar zichzelf. We kruipen in het hoofd van een theaterbezoeker, die op grote afstand leeft van de fysieke wereld. In een reeks simpele beelden legt het Spaanse El Conde de Torrefiel de mechanismen bloot van de grote leegte, een wereld die het contact met de ander is verloren. (meer…)
Plaza Patatta: een fantastische verjaardag viert niet het verjaardagsfeestje van het hoofdpersonage van de gelijknamige kinderboekenreeks, maar lijkt louter gemaakt om bedenker Nanda Roep in het zonnetje te zetten en haar de kans te geven een musical te schrijven en erin te zingen. Het gaat al mis in het openingslied waarin het ‘patatta’ uit de titel leidt tot gemankeerde rijmen als ‘schatta’ en een voorstelling die gaat ‘starta’. Worden we hier in het ootje genomen, compleet met clichématige danspasjes, bordkartonnen rekwisieten en onscherpe projecties die als decor fungeren? Dit moet wel een persiflage zijn.
Twee uren later blijkt dit lied symptomatisch voor de hele musical, die nergens spannend is, niet bij de doelgroep aansluit, wordt geplaagd door slecht geluid, matig zingende acteurs en vooral vakkundig om zeep wordt geholpen door de auteur die zichzelf een beschamende hoofdrol heeft toebedeeld in het flinterdun verhaaltje. Dat begint zelfs al voor het rammelende openingslied, als Nanda Roep de personages voorstelt en vooral zichzelf. Links op het podium omschrijft zij haar personages als haar kinderen die ze nog nooit heeft ontmoet, nog nooit heeft kunnen knuffelen, maar die haar wel ontzettend dierbaar zijn. Bleef het maar bij deze dooddoener.
Hoewel er genoeg gezongen wordt in de voorstelling, ook door de niet altijd even toonvaste Roep zelf, is van een musical nergens echt sprake. Roep leest vooral een verhaaltje voor dat vervolgens door vier spelers wordt getoond, gevolgd door weer een liedje. Het resulteert in vele momenten waarop Roep eerst vertelt wat er gebeurt, dat papa boos is bijvoorbeeld, en dat daarna papa opkomt, ook nog eens zelf zegt dat hij boos is en dan boos gaat spelen. Het is volkomen ongeloofwaardig en zelfs voor kleuters al te infantiel. Tekenend is het moment waarop Lotte het allemaal te spannend vindt, dat niet toont maar zegt ‘Ik vind het allemaal zo spannend’. Een groepje jongetjes in de zaal mompelt ‘Ik niet’ terwijl een veel grotere groep meisjes al lang op de smartphone kijkt.
Tot overmaat van ramp keert Roep als schrijfster ook nog eens voortdurend terug, om bijvoorbeeld te vertellen dat zij ‘als schrijfster ook altijd bang is’ of om over de personages te zeggen: ‘ze zitten in mijn hoofd, ik heb ze mijn trekjes gegeven en zo kwamen ze tot leven’ en ‘nu snap je waarom schrijvers soms tot diep in de nacht doorwerken’. Allemaal informatie die het publiek totaal niet interesseert en elke vaart uit de voorstelling haalt. En uiteraard, als aan het eind van de voorstelling Lotte geen verjaardagstaart heeft, komt de schrijfster haar die brengen en omhelst Lotte haar ‘schrijfstermama’.
De hele musical kent vele onnodige herhalingen en is veel te braaf en uitleggerig met liedjes als ‘Soms is alles anders dan je dacht’, ‘Jongens en meisjes zijn heus zo anders niet’ en het tenenkrommende voorlaatste lied met regels als ‘Ik ben een tevreden meisje, daarom zing ik dit wijsje’, waarin grietje, liedje en fantasietje eveneens geweldige rijmwoorden zijn.
Roep geeft zelf haar boeken uit – naast ongeveer vijftig kinderboeken in twintig jaar schrijft zij ook voor volwassenen – en is daarmee een succesvolle ondernemer, geholpen door haar partner, cabaretier en tekenaar Silvester Zwaneveld. Aan kwaliteitscontrole is bij deze veel te lange voorstelling echter niet gedaan.
Plaza Patatta lijkt vooral ingegeven door het commerciële idee dat elke kinderboekenserie een eigen musical moet hebben. Dat kan tot goede voorstellingen leiden, maar leidt hier tot een oeverloos voorleesavondje opgerekt met muziek. Dat besef lijkt na de pauze ook meer en meer bij de spelers door te dringen, die professioneel blijven glimlachen, maar alsmaar slordiger worden. Het is niet meer dan begrijpelijk: dit is hun feestje niet.
Foto: Danny van den Berg
Op FB mijn reactie, omdat u zomaar zonder kennis over dit project bij de 1e (!) opvoering bent gaan zitten.
Als u recenseert op onze allereerste opvoering, dan zal ik – net zo goed not done – erop reageren en opkomen voor ons mooie produkt. Uw recensent heeft duidelijk geen kennis genomen van waar hij naartoe ging. Terwijl er informatie te óver beschikbaar is.
(Dan had u onder meer gezien dat het themalied er al sinds jaar en dag is, geschreven ism Zilveren Harp-winnaar. Dan had u geweten dat Nanda Roep juist opzij is gestapt om acteurs de ruimte te geven én u had geweten dat bij deze serie ook al door andere groepen voorstellingen zijn gemaakt – en meer waarvoor geen interesse is getoond.)
Het is duidelijk dat onze aanvliegroute uw recensent niet bevalt – maar wij makers bepalen graag zelf of wij Storyteller-elementen mogen & zullen toevoegen. Met een flexibele geest had de recensent kunnen denken ‘ah, ze doen het anders dan ik had verwacht’ – en daarna open moeten registreren.
Dit doet onze voorstelling tekort, maar evengoed het vak van recensent.
Hier kunt u zien dat het lied er al was vóór het eerste boek zelfs, en er wordt ook al verteld over de Parade-voorstelling waarmee het begon. Niks commercieel idee, dat heeft u zelf verzonnen en voor waar aangenomen.
https://youtu.be/yadyHfJoz60
Werd de voorstelling verkocht als try-out? Want indien dit niet het geval is mag de voorstelling toch gewoon gerecenseerd worden?
Beste Nanda Roep,
Ik reageer even specifiek op de opmerking dat de recensent bij de eerste opvoering was. Nergens is vermeld dat die eerste opvoering níet de première was en ook in de communicatie met de publiciteitsmedewerker is nooit duidelijk gemaakt dat het niet de bedoeling was dat deze voorstelling zou worden gerecenseerd. Theaterkrant recenseert in principe geen try-outs, maar de voorstelling op de 13e was niet als zodanig aangemerkt.
Met vriendelijke groet,
Simon van den Berg
hoofdredacteur
Ha Simon, Is goed hoor! Ik zou denken dat je juist wilt reageren op het gebrek aan achtergrondkennis.
Achtergrondkennis doet er toch niet toe als de recensent op het moment zelf de voorstelling gewoon niet goed genoeg vindt?
Ha Jeroen,
Jou ken ik niet, maar kennelijk heb je hier belang bij? Ik ben zelf recensent geweesr (dagbl. Trouw) en trouwens ook hoofdredacteur (tijdschr. Schrijven.) Reken maar dat van een goede recensent geacht wordt om duiding te geven – en niet een projectie van zelfhaat, waar dit meer op lijkt. Hopelijk heb ik je hiermee geholpen, groetjes,
Nee, ben gewoon bezoeker die hier recensies leest. En het fascinerend vind dat een maker zo fel reageert op iets wat gewoon een persoonlijke mening is.
(Jeugd) Theater is ook een vak!
Het is goed dat Henri Drost de jeugd en hun ouders wil behoeden voor al te platvloers en rijmelarijtjes in het Jeugdtheater; er is genoeg gemakzuchtige Poppenkast.
En Nanda maak je niet zo druk. Voorlopig 1 voorstelling per maand: tijd genoeg om de kwaliteit en de inleving van de acteurs te verbeteren en eens wat Jeugdtheater te gaan bezoeken. Veel leuker lijkt me om het bij je boeken te houden, want die krijgen toch prima recensies?.
Net de voorstelling gezien. Derde keer dat het werd gespeeld. Ik herken me helemaal niet in de slechte recensie. Veel blije enthousiaste kinderen!! Gewoon lekker doorgaan.
Dit was tot nu toe de slechtste voorstelling die we tot nu toe gezien hadden. We zijn wel vaker naar kindervoorstellingen geweest, maar dit was de eerste keer dat mijn kinderen zaten te mompelen dat het saai was (dit geldt overigens ook voor de buren naast ons).
Het verhaal was flinterdun en sluit absoluut niet aan op de doelgroep van 7-10jaar (ons ritje van huis naar het theater was zelfs spannender).
Het decor zag er amateuristische uit en het viel ons op dat de acteur die de vader rol speelde inclusief de schrijfster niet zuiver konden zingen.
Petje af overigens voor de overige acteurs die nog hun best deden om het verhaal nog enigszins boeiend te houden voor het publiek. Kortom, musical is toch anders dan een boek schrijven.