Het verhaal is bekend: de drie zussen die zo graag naar Moskou willen gaan zullen uiteindelijk niet gaan. Het meer dan honderd jaar oude stuk (1900) van Anton Tsjechov is al vaak opgevoerd en bewerkt. Zuidpool houdt het bij de integrale tekst, maakt er geen ironisch stuk van, voert geen actualisering door (hoogstens wat eigentijdser taalgebruik) en laat vooral de existentiële twijfels rijzen: Waarom leven wij? (meer…)
In het duister klinkt pianomuziek. Lieflijke klanken, totdat dit geluidsdecor wordt doorsneden door het geronk van een cirkelzaag. Als het licht opgloeit blijkt waar dit toe diende. Over de volle breedte van het toneel ligt diagonaal een grote vierkante houten balk, ongetwijfeld de bijgeschaafde versie van een zojuist omgezaagde stoere eik.
Afgezien van het tapijt waarop de balk, fors genoeg om op te kunnen zitten of om je erachter te verschuilen, is geplaatst, gebruikt Theater Zuidpool voor haar Phaedra geen decorelementen. Dit is het, hier moeten de zes acteurs het mee doen. Frontaal, vlak voor de neus van het publiek. En, sjonge sjonge, wat komen ze er mee weg.
Theater Zuidpool mag zich graag vergrijpen aan weinig gespeelde dan wel grondig bewerkte teksten. In het geval van Phaedra heeft het Antwerpse gezelschap gekozen voor de hier ten lande nog nooit eerder gespeeld versie van de Russische dichteres Marina Tsvetajeva. Aan dialogen doet ze amper, haar tekst is eerder een groot dramatisch gedicht, geboetseerd rond lange monologen van de karakters.
Tsvetajeva staat met haar Phaedra in een lange traditie. Het verhaal, mythe zo u wilt, over de eenzame koningin die smoorverliefd wordt op haar stiefzoon Hippolytus en dit met de dood moet bekopen heeft velen geïnspireerd. Niet zo gek want in het drama zijn heftige oerkrachten samengebald.
In de eerste scène al maken we kennis met oerkracht één: de stoere natuurverheerlijkende macho. ‘Weg met de vrouwen!’ blaten Hippolytus’ metgezellen. Zo over de top overigens dat je ze nauwelijks serieus kunt nemen, hoe hard ze ook roepen dat eerder de goden hen nodig hebben dan zij de goden. Ja ja.
Dan neem je toch eerder de voedster serieus die in de tweede acte haar verhaal mag doen. Ze lijkt een geslepen intrigante wier gekonkel uiteindelijk leidt tot de zelfmoord van Phaedra maar tegelijkertijd maakt ze haar overwegingen glashelder. Ariane van Vliet speelt dit razend gecompliceerde karakter met gebruikmaking van al haar registers. Vilein, spits, helder argumenterend; het zit er allemaal in en nog veel meer.
Phaedra, gespeeld door Sofie Decleir, opereert enigszins in de schaduw van de voedster. Door Hippolytus te laten spelen door de fysiek kleine acteur Louis van der Waal die zijn personage bovendien ontzettend lullig neerzet, snap je niet direct waar haar passionele liefde vandaan komt. En zo hoort het ook. Liefdeswegen zijn nu eenmaal ondoorgrondelijk.
Je zou Zuidpool meer speelbeurten in Nederland gunnen dan de twee die het in de Brakke Grond vergund was. Liefhebbers van zuiver teksttoneel, gespeeld door een hecht ensemble, zullen nu af moeten reizen naar Vlaanderen. Daar is deze prachtvoorstelling nog een aantal malen te zien.
Foto: Koen Broos