In zijn woonplaats Parijs is de Britse regisseur en theatervernieuwer Peter Brook overleden. Dat meldt de Franse krant Le Monde. Met zijn boek De lege ruimte, zijn Shakespeare-bewerkingen en zijn marathonvoorstelling Mahabharata heeft Brook enorme invloed gehad op het Europese theater van de late twintigste eeuw. Hij werd 97 jaar. (meer…)
Wat doe je als je ouders hebben bedacht dat je naar kostschool moet om tot een heuse volwassen dame te worden gekneed? Je maakt van je favoriete sprookjesfiguur een mens van vlees en bloed, een avontuurlijk vriendje dat ‘nooit volwassen wil worden’. In het oogstrelende Peter Pan van Theater Terra is het meisje Wendy eigenlijk de hoofdfiguur, en niet het vliegende joch.
Peter Pan is altijd een nogal verwarrend personage. De Schotse roman- en toneelschrijver J.M. Barrie (1860-1937) bedacht het begin twintigste eeuw ter lering en vermaak van volwassenen. Gevolg is dat alle (oorspronkelijke) avonturen van Peter Pan behoorlijk eng zijn en de verhalen complex.
Eenieder die met Peter Pan en zijn vriendinnetje Wendy aan de slag wil voor een publiek van kinderen, moet dus de vertaalslag maken van een soort allegorisch verhaal voor volwassenen die met weemoed terugkijken op de fantasieën uit hun kindertijd, naar een vertelling die geschikt is voor een totaal andere doelgroep.
Bij Theater Terra heeft Marc Veerkamp de teksten van Barrie bewerkt tot een poppentheatervoorstelling met een sterk musicalelement. Het is een prachtige, vrolijke voorstelling geworden, maar wel een met een knap verwarrend plot. Zoals gezegd: die verwarring is er al sinds het ontstaan van het verhaal. Dat betekent in het geval van deze Peter Pan wel dat de aanbeveling 6+ serieus moet worden genomen: voor jongere kinderen is het verhaal echt te ingewikkeld.
In deze bewerking zijn de bekakte ouders van Wendy Darling voornemens het meisje naar kostschool te sturen. Zulks omdat ze niet luistert en wegloopt als ze het niet eens is met de gang van zaken. Ze stoppen (pop) Wendy onder de wol en vertrekken. Zodra de ouders weg zijn, arriveren de vliegende jongen Peter Pan en het elfje Tinkerbell door het dakraam.
Onder anderen de broertjes van Wendy zijn geschrapt, en ook de hond is er niet. Veerkamp heeft het aantal personages begrijpelijkerwijs teruggebracht tot een te behappen aantal.
Zoals meestal bij Theater Tera zijn de hoofdrollen voor poppen. De meeste hier zijn ongeveer zo groot als een kind uit groep 6. Titelfiguur Peter Pan komt tot leven dankzij twee tot zelfs drie poppenspelers, Jarno Korf verleent hem zijn (zang-)stem. Juist het bespelen van Peter is zeer knap gedaan: de jongen vliegt, namelijk. Op zijn buik ‘liggend’ voert hij gesprekken met Wendy, en hij gaat ‘zitten’ in de lucht.
Regisseur Wesley de Ridder heeft zijn ensemble strak aan de teugels, niets is toeval, niets is overbodig. De vijf acteurs zijn stuk voor stuk begenadigde poppenspelers, en spelen daarnaast zowel de ouders van Wendy, als Kapitein Haak en zijn piraten.
Anouk Snel is de drijvende kracht achter Wendy. Snel heeft een uitstekende zangstem. Sjors Arts is mooi als de chic pratende vader en als piraat Kapitein Haak, die ondanks zijn grote mond zo’n sukkel is dat hij in zeven sloten tegelijk loopt.
Een speciaal compliment aan vormgeving en speler is op zijn plaats voor de vertolking van Tinkerbell. Het elfje is zo groot als een speelpop, voorzien van vleugels. Willianne Liemborg brengt het jaloerse elfje tot leven: ze slaat en schreeuwt, is arrogant en heeft woede-uitbarstingen. Dit alles terwijl Liemborg door een kazoo praat die tussen haar tanden geklemd zit: zo’n nasaal praat-fluitje. Daardoor klinkt het elfje vanzelf als een sprookjesfiguur, haar stem is hoog. Hoewel ze maar half verstaanbaar is, klinkt ze geloofwaardig verontwaardigd.
Peter Pan heeft een geluidsdecor van de hand van Fons Merkies en Laurens Goedhart. Ze maakten muziek en liedjes die het midden houden tussen sprookjesachtig en avontuurlijk.
Decor, kostuums en poppen (Kathelijne Monnens) zijn prachtig en maken er een oogstrelende voorstelling van. De spelers dragen Pirates of the Caribbean-achtige piratenpakken met ruches en franje, uitgevoerd in aardetinten. Daardoor leiden de spelers de aandacht niet af van de poppen, maar staan ze er wel geloofwaardig bij als ze een andere rol aannemen.
Het decor stelt een soort van rommelzolder voor, waar het bed van Wendy wordt opgebouwd. Met wat fantasie kun je in het linker gedeelte het schip van Kapitein Haak zien. Het achterdoek is het gehavende zeil van een groot schip. Juist doordat de vormgeving niet volledig geëxpliciteerd is, kun je het hele verhaal begrijpen als de droom, de fantasie van Wendy.
Dit alles overkomt haar, zij is het personage waar het allemaal om draait. Wendy krijgt ook voortdurend belerende, nuffige teksten naar het hoofd over wat er van meisjes wel en niet wordt verwacht, hoe ze zich heeft te gedragen. Geen wonder dat Wendy amok maakt.
foto Boy Hazes