Twee vrouwen – de een wat klein van stuk, de ander rijzig, de een Nederlands-, de ander Spaanstalig – slaan met veel genoegen een uitstalling van goedkoop porselein in duigen. Geruime tijd voordat het zover is, wordt het publiek voorbereid op wat er komen gaat. (meer…)
Meisjes lachen om de comedian, maar gaan vervolgens met de singer-songwriter naar huis. Bewapend met dat levensveranderende inzicht, in combinatie met een benijdenswaardige overdosis zelfverzekerdheid, staat Martijn Koning in zijn nieuwste voorstelling Overkill op het podium mét een gitaar. En daarbij: het staat ook gewoon goed, nietwaar?
Oké, het kan ook het resultaat van een midlifecrisis zijn, moet Koning tegen het einde van de voorstelling toegeven. Hij komt net uit een relatie van twaalf jaar, en woont nu samen met een wilde kat en een krolse poes. De gitaar luidt uiteindelijk een levensfase in die zich het beste als de herfst laat omschrijven. Hij vertelt erover in aanstekelijk, sympathiek hak-op-de-taktheater: vermakelijk, maar ook enigszins gevaarloos.
Met sardonisch plezier vertelt hij dat zijn leven van groepsbeledigingen aan elkaar hangt, of het nu godvrezende bejaarden of de complete blinde gemeenschap betreft. Als kind in de kerk, als puber in een pizzeria, als buitenstaander in de sportschool of als comedian voor een groep gekwetste mensen, Koning moet regelmatig constateren dat hij niet helemaal samenvalt met zijn omgeving. Dat geeft hem steevast gelegenheid om zich te verliezen in lekker weirde anekdotes, die via onnavolgbare zijwegen toch ineens weer ergens terug op het pad komen – al leidt dat pad niet per se naar iets noemenswaardigs toe.
Echt kwetsbaar wordt het niet, ook niet als Koning vertelt over zijn onzekerheden (ontluikende kaalheid, overtollig lichaamsvet – veel enerverend materiaal levert dat per saldo niet op). De uitwaaierende rode lijn over zijn christelijke jeugd en zijn verhuizing naar Zwolle bindt een waaier aan losse sketches, willekeurige imitaties en aantal korte tot zeer korte liedjes wel erg losjes bij elkaar.
Helemaal bevredigend is de voorstelling dus niet, en tóch wegen alle bezwaren over de linie niet al te zwaar: Martijn Koning boogt op zijn innemende podiumpresentatie, zijn alerte interactie met de zaal en zijn ontwapenende zelfspot. Dat maakt Overkill eerst en vooral een lichte, luchtige cabaretavond, die misschien weinig diepte geeft of inzichten losweekt, maar echt goed gevuld is met grappen en daardoor vooral vrolijk vermaakt.
Foto: Sjoerd Derine
Een langdradig saaie en inspiratieloos optreden. Zonde tijd, zonde geld.
Ik heb in tijden niet zoveel gelachen, tranen in m’n ogen, echt beter dan verwacht!
De hele zaal was constant aan het lachen en gieren. Wij vonden het zelf ook erg leuk. Hij zoekt grenzen op. Ik trek mij nooit iets van recensies aan want je moet het toch zelf meemaken om te beoordelen. Bij de aankondiging van hemzelf door hemzelf over Groningen moest ik al erg lachen. Ik hou van verschillende soorten humor en Martijn is daar eentje van.