In haar werk omarmt de Zimbabwaanse, in New York wonende, choreografe Nora Chipaumire de stereotypen van het zwarte Afrikaanse lichaam. Dat doet ze bij voorkeur bewust schurend, want het publiek moet wel wakker blijven. ‘De kunst is om niet te vergeten, want van de geschiedenis moeten we leren’. (meer…)
‘A great wrong has been done to me.’ Van de vier Nora’s die dit seizoen te zien zijn is dit zeker niet de beste. Maar Stan weet met een afgemeten, stijlvolle voorstelling plotseling duidelijk te maken waarom het stuk over een vrouw die ontsnapt aan een leugenachtig huwelijk nu zo vaak op het repertoire staat. Jammer alleen van dat Engels.
De Vlaamse toneelgroep Stan is de vierde groep die dit jaar Ibsen’s Nora opvoert, en Wunderbaums Wine Dierickx de vierde Nora Helmer, na Halina Reijn bij Toneelgroep Amsterdam, Keja Kwestro in regie van Maren Bjørseth en Evelien Bosmans bij Sarah Moeremans en het NNT. De voorstelling wordt gespeeld in het Engels en dat is omdat de Portugese acteur Tiago Rodrigues meedoet, die al eerder meespeelde in de voorstellingen Answer me en The Jew van Dood Paard. Rodrigues, een soepele, spannende acteur die ook doelbewust onbehouwen kan spelen is zowel de syfilislijdende buurman Dokter Rank als Nora’s kweller Krogstad.
Dat Engels is echter een probleem. De vier spelers, naast genoemde ook nog Jolente De Keersmaeker en Frank Vercruyssen, spreken allemaal correct, maar met een zwaar accent – Rodrigues nog het minst. De nogal nadrukkelijke tekstbehandeling zorgt voor een prettig bedaard tempo in de voorstelling, maar uiteindelijk is het gewoon erg lelijk. Voordat de voorstelling begint keuvelt Dierickx in het Nederlands met het publiek en vertelt ze hoeveel alle meubels in het decor hebben gekost en hoeveel korting ze hebben gekregen. Het is een glimp van de veel subtielere en directere voorstelling die het had kunnen zijn.
Het verhaal – vrouw heeft in het verleden een handtekening vervalst om geld te lenen om haar mans leven te redden, zonder dat hij dat weet; als de man het geheim uiteindelijk te weten komt ontploft het huwelijk; vrouw vertrekt – wordt zonder grote ingrepen verteld. In tegenstelling tot Kwestro of Reijn speelt Dierickx na de confrontatie niet een totaal andere vrouw dan ervoor. Zoals te verwachten is kiest Stan niet voor een psychologische benadering, maar waar is het de groep dan wel om te doen?
Het antwoord op die vraag komt pas heel laat in de voorstelling en verraste me. Nora is een proto-feministisch stuk, maar bij Stan gaat het niet zozeer om de man-vrouw-verhoudingen, maar om emancipatie in brede zin. En ineens moest ik denken aan Garry Davis van Marjolijn van Heemstra die haar vroeg te bedenken wanneer ze voor het eerst tegen een groep in ging. ‘Dát is een mens.’ Het sluit naadloos aan bij Nora’s laatste monoloog: ‘Ik ben een pop geweest, nu moet ik proberen mens te worden.’
Zo bezien past deze Nora (en retrospectief de drie andere) bij al die andere voorstellingen dit seizoen over verzet tegen vastgelopen systemen en de noodzaak om te ontsnappen. De tuiniers van Dood Paard en De Warme Winkel, de utopisten van Wunderbaum, de onzekere zoekers als Laura van Dolron: ze zijn allemaal Nora’s die zich ‘wronged’ voelen. En dat is een inzicht dat ik niet had willen missen.
(foto: Magda Bizarro)