Is Peter Pan later ooit volwassen geworden? En de jongen waarop de figuur van Peter Pan is gebaseerd? Wat is er met hem gebeurd? Bleef hij de spring-in-het-veld die overtuigd was van de lichtheid van het bestaan en alle verantwoordelijkheden uit de weg ging?
Over de jongen in kwestie, Peter Llewellyn Davies, is veel bekend en theatermaker Fabian Jansen gebruikte dit materiaal voor zijn voorstelling Never never wonder. Hierin speelt hij zelf de ouder geworden Peter ‘Pan’ Davies. En wat blijkt? Davies ging later zwaar gebukt onder het beeld dat anderen van hem hadden. Als volwassen man kon hij het niet verkroppen dat mensen in hem Peter Pan wilden blijven zien.
Peter Davies maakt in zijn leven genoeg mee om de lichtheid van het bestaan te vergeten. Hij is getraumatiseerd door zijn ervaringen in de loopgraven van de Eerste Wereldoorlog en gefnuikt in zijn ambities als uitgever. Hij geeft anderen daarvan de schuld. Want ‘hoe moet je omgaan met tegenslagen als je nooit verlies hebt ervaren’? Fabian Jansen speelt de oudere Peter Pan als iemand die onophoudelijk lijdt, zoekt naar oplossingen, in cirkels redeneert en nergens nooit niet een uitweg vindt. Echt volwassen, in de zin dat hij verantwoordelijkheid neemt, dat is hij niet geworden.
Foto: Dayna Casey De hoop op inzicht in zijn situatie komt even dichterbij wanneer hij de inmiddels tachtigjarige Alice in Wonderland ontmoet. Ook die figuur is gebaseerd op een bestaand meisje. Maar anders dan Peter Davies, neemt deze Alice Liddell haar niet-gekozen rol voor wat het is en probeert ze er het beste van te maken.
Peter Davies neemt zich telkens voor ‘de zaken in perspectief te zien’. Tijdens de voorstelling verandert dat perspectief ook in het decor. Vaak staat de oude Peter Pan als een reus tussen de wolkenkrabbers van een stadslandschap op Madurodamformaat. Dan weer klimt hij als een kleine jongen op een immens grote bank in het park. Maar het grootste perspectief ontstaat door de drie kinderrollen. De twee jongens en een meisje brengen wat lichtheid, vaart, humor, relativering en speelsheid in de voorstelling. Ze stellen hem vragen. Ze herinneren hem aan vroeger. Ze klimmen op zijn rug. Of ze vertellen hem de waarheid. Het contrast tussen hen en de oude Peter Pan is groot. Het is dat contrast dat de voorstelling spannend moet maken: het contact, de mogelijke mix en de confrontatie tussen jeugdland met de grote wereld. Maar de kloof ertussen blijkt onoverbrugbaar. De oude Peter Pan heeft niets meer van het geluk van zijn jeugd overgehouden en de kinderen begrijpen niets van zijn twijfels, frustraties en muizenissen.
Als toeschouwer hoop je op een oplossing, op verlossing, op wijsheid, op een happy end. Die hoop is tevergeefs. Je blijft kijken naar een lijdend voorwerp zonder jezelf ook maar één moment als onderwerp te zien. Wel is er een mooi slotbeeld van de jonge naast de oude Peter Pan, boven op een hoog gebouw. De oude Peter Pan overweegt er een einde aan te maken door te springen. Jonge Peter Pan: ‘Vallen is vliegen. Zolang je de grond maar niet raakt.’
Foto: Dayna Casey