Het zindert dat het een aard heeft, in het vissersdorpje Llareggub. Het is een dag in de lente, u weet wel, dat obscene jaargetijde waarin volgens Otto den Beste ‘de bloemen maar opengaan, en dat je in die kelken kan kijken en die vieze meeldraden en stampers open en bloot ziet hangen’. (meer…)
Het is miraculeus: twee uur lang, zonder pauze en zonder groot decor, houden de zes jonge actrices van het Vlaamse fABULEUS het publiek in hun greep. Zelfs het festivalrumoer op de achtergrond en de wind die aan de tent rukt leiden nauwelijks af van een indringende toneelbewerking van Hugo Claus’ debuutroman De Metsiers, waarbij de spelers geen ander houvast hebben dan de tekst en elkaar.
Claus schreef de roman op zijn negentiende, en dat is ongeveer de leeftijd van de actrices die de zes protagonisten uit het boek vertolken. Ook de mannelijke personages – de Amerikaanse soldaat Jim, de verbitterde Mon, zijn achterlijke zoon Bennie en de in godsdienst vluchtende Jules – worden door deze jonge vrouwen gespeeld. ‘De voorspelbare man-vrouwverhoudingen doen er niet meer toe,’ aldus regisseur Carl van Winckelmann, ‘je moet in de hoofden van de personages duiken, en proberen hen echt te begrijpen.’
Het verhaal, dat met de geheime abortus van Ana en het uiteindelijk neerschieten van Bennie weliswaar dramatische hoogtepunten bevat, moet het vooral hebben van de beklemmende sfeer die rondom de Metsiershoeve hangt. De Metsiers zijn verstoten door de dorpelingen en zijn zo nauw met elkaar verbonden – op het letterlijk incestueuze af – dat ze zich samen tegen de rest van de wereld afzetten.
Stuk voor stuk dromen ze van een ander bestaan, of dat nu in de stad (Ana en Bennie), in het verleden (Mon) of in religie (Jules) is, maar ze kunnen of willen niet ontsnappen aan de absolute heerseres van de hoeve: de moeder. Zij verzet zich ook het heftigst tegen de komst van buitenstaander Jim. Hij heeft zich laten inkwartieren op de hoeve en wil Ana meenemen naar Amerika, maar zij weigert en maakt Bennie wijs dat het de Amerikaan is die haar zo’n buikpijn heeft bezorgd door haar in de buik te trappen.
De verbittering, de woede en het ‘wij tegen de wereld en de wereld tegen ons’ zijn vanaf de eerste seconde bijkans tastbaar. In de woede-uitbarstingen van Mon (Johanna Loman), in het constante gefriemel met de handen van Bennie (Laura Achten) en de minachting voor alles en iedereen van de moeder (Noa Bromley). Ana (Judith Engelen) is afwisselend onverschillig, kwetsbaar en opstandig, maar berust net als Jules (Jade Mintjens) in haar lot. Morgenmiddag moet zij naar mevrouw Sassen. Alleen Jim (Floor van Boxem) wijkt op het eerste gezicht af, maar is overduidelijk getekend door de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog.
Van Winckelmann heeft slechts een enkel personage geschrapt, de andere ingekwartierde Amerikaanse soldaat Eddie, maar daardoor wint zijn bewerking alleen maar aan kracht. Zijn personenregie is zeer gedetailleerd en het is fraai hoe hij dialoog en monoloog afwisselt en speelt met perspectieven door ook gesprekken tussen personages die naast elkaar staan als monoloog weer te geven. Zo creëert hij al vanaf de eerste ontmoeting tussen Ana en Jim een niet meer te overbruggen afstand en toont hij overtuigend het isolement waarin alle personages afzonderlijk en als groep gevangen zitten.
Het getuigt van lef om met een lange en zeer talige voorstelling naar een Vlaamse roman uit 1950 jezelf te presenteren aan het Nederlandse publiek op een talentenfestival voor jongeren. fABULEUS bewijst met De Metsiers dat het kan en veel meer dan dat. Want deze voorstelling kan zo een tournee langs de Nederlandse en Vlaamse schouwburgen maken. Dat we nog veel van de makers gaan horen is geen vraag maar een zekerheid.
Foto: Clara Hermans