‘Sartre had een klankbord nodig, en ik Sartre’: mooier, bondiger en ook eerlijker kan de Franse schrijfster en feministe Simone de Beauvoir haar relatie met de Franse filosoof van het existentialisme niet verwoorden. In de voorstelling Leven zonder Sartre door OT Rotterdam vormt die liefdevolle aandacht de drijvende kracht achter De Beauvoir, toegewijd vertolkt door José Kuijpers. (meer…)
In Met zonder ballen onderzoeken een trans man en zijn cis moeder hun relatie, die onder druk kwam te staan toen hij besloot in transitie te gaan. Het levert een ontroerende voorstelling op waarin de echte zelfreflectie over gender echter te veel vooral vanuit de zoon moet komen.
Toen Flip Zonne Zuijderland aan zijn ouders vertelde dat hij zich niet thuis voelde in het lichaam van een vrouw, en er uiteindelijk voor koos om als een man door het leven te gaan, reageerden ze daar behoorlijk verschillend op. Hoewel zijn vader het snel accepteerde, ondervond hij van zijn moeder vooral veel weerstand: zij vond het moeilijk te begrijpen en had het gevoel dat ze haar dochter verloor.
Die moeder is Inez Derksen, regisseur en artistiek directeur van jeugdtheatergezelschap Het Laagland. Zij nodigde haar zoon uit om samen met haar een voorstelling over hun relatie te maken, en met name over de roerige tijd die ze net achter de rug hadden (of eigenlijk, zo bleek tijdens het repetitieproces, zaten ze er nog middenin). Zuijderland ging akkoord op voorwaarde dat Derksen met hem op de vloer zou staan in plaats van als regisseur aan de zijlijn.
Het levert een ontroerende dialoog op. Zuijderland en Derksen vertellen het verhaal vanaf voor zijn geboorte en gaan in sneltreinvaart door alles wat er vooraf ging aan het besef van Zuijderland, op zestienjarige leeftijd, dat hij niet langer als vrouw wenste te worden geïdentificeerd. In de aanloop worden de zaadjes van het conflict al gezaaid: zo complimenteert Derksen haar zoon gedurende zijn leven vooral over zijn uitingen van vrouwelijkheid, terwijl hij er juist alles aan doet om niet als ‘meisje-meisje’ door het leven te gaan.
De voorstelling neemt het publiek aan de hand om de thematiek inzichtelijk te maken. Als er in de tekst een begrip langskomt dat wellicht niet bij ieder publiekslid bekend is, onderbreken de spelers het stuk om de term in kwisvorm uit te leggen, waarbij Derksen soms hakkelend, soms vloeiend de definities van cisgender, genderpoli en non-binair uitlegt. Zuijderland zelf vertelt over wat de afwijzende houding van zijn moeder voor hem betekend heeft, en legt uit waarom hij zich als man beter voelt dan als vrouw.
Door de gemoedelijke sfeer heeft de voorstelling hier en daar een beetje een kabbelend tempo, zeker als je al wat meer bekend bent met de onderliggende thematiek. Het conflict wordt pas echt op de spits gedreven als Derksen haar dagboeken voorleest uit de tijd dat Zuijderland in transitie was. De pijnlijke, egocentrische gedachten van de moeder, die de gendertransitie van haar zoon vooral op zichzelf lijkt te betrekken en Zuijderland daarmee van alle eigen verantwoordelijkheid berooft, geven een scherp beeld van hoe moeilijk het voor veel ouders is om hun kind daadwerkelijk hun eigen beslissingen te laten nemen, en hoe de pijn van het loslaten ook in progressieve milieus tot reactionaire gedachten kan leiden.
Hoewel Met zonder ballen op tekstueel niveau zonder meer een emancipatoir effect heeft, door een trans man zelf te laten vertellen over zijn ervaringen en zijn worsteling met zijn moeder, is er op structureel niveau iets lastigs aan de hand. Vanwege het feit dat de ‘waarom’-vraag in de voorstelling steeds op Zuijderland gericht is – ‘waarom wil je een man zijn’, ‘waarom was je niet tevreden met je lichaam’, etc. – raakt de relatie tussen de trans man en zijn cis moeder uit evenwicht. Doordat Derksen de vragen stelt en Zuijderland de antwoorden moet geven wordt Derksen impliciet ‘neutraal/normaal’ en Zuijderland ‘de uitzondering’.
Het was interessant geweest als regisseur Annelies van Wieringen haar spelers meer had kunnen uitdagen om de vragen ook om te keren. Hoe vult Derksen haar eigen genderidentiteit in? Waarom vindt zij het belangrijk om als vrouw te worden gezien? Waarom is het voor haar precies zo pijnlijk om te zien dat haar kind afstand doet van zijn vrouwelijke identiteit?
In een tirade aan het slot van de voorstelling, waarin Derksen door Zuijderland wordt uitgedaagd om zo ongenuanceerd mogelijk haar frustraties eruit te schreeuwen, zitten alvast wat interessante haakjes. Zo vindt Derksen het ‘onverteerbaar’ dat Zuijderland ‘naar de andere kant is overgelopen’. Juist dat idee, van ‘genderverraad’, speelt ook impliciet een rol in de argumenten van zogenaamde ‘genderkritische’ activisten, die in de verbetering van de rechten van trans mensen een bedreiging van de rechten van cis vrouwen zien.
Natuurlijk is het wat te veel gevraagd van één voorstelling om die hele discussie te ontwarren, maar juist door in te zoomen op de onderliggende aannames én kwetsuren in hoe Derksen de situatie heeft beleefd had Met zonder ballen een evenwichtigere voorstelling kunnen worden. Pas als we accepteren dat de manier waarop wij cis mensen ons tot ons gender verhouden niet meer of minder ‘normaal’ is dan de manier waarop trans mensen dat doen kan er sprake zijn van een echte uitwisseling van ideeën.
Ha Marijn,
De voorstelling Met zonder ballen (toptitel, overigens) heb ik niet gezien, maar ik hik in je recensie tegen iets aan dat me van het hart moet.
Het gaat om je behoefte aan evenwicht in de voorstelling. In mijn ogen is dat een wonderlijke esthetische/ethische eis.
Om te beginnen: zijn er niet tal van opwindende stukken die hun kracht ontlenen aan disbalans?
Een voorstelling is (zoals je weet) niet af, de toeschouwer maakt haar af, in eigen hoofd of in gesprek met medetoeschouwers. Ik bedoel: de discussie hoeft niet in de voorstelling zelf uitgeëxerceerd te worden. Bij het verlaten van de zaal neemt de kijker toch, net als jij, de ‘interessante haakjes’ mee naar buiten?
Ten derde: uit statistisch en uit historisch oogpunt is het logisch dat de moeder impliciet als ‘normaal/neutraal’ en de zoon als de ‘uitzondering’ wordt voorgesteld.
Wat jij ‘op structureel niveau lastig’ noemt, is toch precies waar de voorstelling over gaat? Dat is een probleem waar we met zijn allen middenin zitten, zoals Inez Derksen en haar zoon er, zoals je schrijft, ook nog middenin zitten? Dat hoeft de voorstelling niet op te lossen, daar moet de voorstelling haar licht over laten schijnen. En dat is gelukt, lijkt me, als ik tenminste de rest van je stuk goed begrijp.
Groet,
Sophie
Hee Sophie, bedankt voor je interessante vraag! Uiteraard wil ik met deze recensie (en met geen enkele recensie) algemene regels formuleren voor wat een goed kunstwerk moet doen of bevatten – inderdaad zijn er genoeg kunstwerken die juist hun kracht putten uit het feit dat ze ‘onevenwichtig’ zijn. Mijn behoefte aan ‘evenwichtigheid’ betreft dus alleen dit specifieke geval. Wat ik in mijn recensie probeer te betogen is dat de voorstelling interessanter zou zijn geweest als er ook vanuit Inez wat meer zelfreflectie zou zijn geweest over haar eigen omgang met gender, omdat je dan wat mij betreft écht iets spannends met het thema doet. Ik ben het met je eens dat de voorstelling toont dat het uit ‘statistisch en historisch oogpunt logisch is dat de moeder impliciet als ‘normaal/neutraal’ en de zoon als de ‘uitzondering’ wordt voorgesteld.’, maar dat is wat mij betreft een banaal inzicht, waar we in de huidige maatschappelijke discussie al aan voorbij zijn (dat geldt natuurlijk niet voor álle of zelfs de meeste publieksleden, maar zoals altijd hanteer ik uitsluitend mijn eigen perspectief in deze recensie). Ik had er dus behoefte aan dat de voorstelling een stapje extra zette, om niet bij de analyse van de status quo te blijven hangen – juist omdat dit bij uitstek een voorstelling lijkt die naar radicale gelijkwaardigheid op zoek is. Dat had wat mij betreft meer en interessantere haakjes voor het publiek opgeleverd om op te kauwen en mee naar huis te nemen (en daarmee lost de voorstelling nog niets op, wat inderdaad ook niet kan). Warme groet, M.
@Sophie: Ik vond het onderstaande artikel een goede uitleg van waarnaar ik in mijn recensie (en tijdens het kijken van de voorstelling) op zoek was. De schrijver betoogt dat veel documentaires ten prooi vallen aan ‘empathie-denken’, waarbij het publiek inzicht krijgt in een gemarginaliseerde groep vanuit de blik van de (niet-gemarginaliseerde) maker. Door die objectiverende blik wordt impliciet herbevestigd dat de niet-gemarginaliseerde blik ‘neutraal’ is, terwijl dat natuurlijk niet klopt: de ondervrager heeft ook een bepaalde identiteit of positie, niemand is neutraler dan iemand anders.
Voor alle duidelijkheid: Met Zonder Ballen doet juist al heel veel goed op dit vlak, door zoon en moeder een gelijke positie in de voorstelling te geven (die van performer op de vloer), en doordat Derksen zelf ook onderdeel is van het verhaal (haar afwijzende reacties op genderidentiteit van haar zoon worden wel degelijk kritisch bekeken). Alleen blijft de hele premisse van de voorstelling dat de transitie van Zuijderland iets is dat moet worden ‘uitgelegd’ terwijl de cis identiteit van Derksen niet op dezelfde manier wordt bevraagd. Zo blijft heteronormativiteit nog altijd de lens die de voorstelling hanteert, en daarmee laat de voorstelling wat mij betreft de kans liggen om die heteronormatieve blik zélf ook kritisch te bekijken.
‘When we use film to build empathy for marginalized groups, we normalize whiteness by confirming the notion that whiteness is the lens through which others are viewed, understood and judged. Instead of naming white supremacy, or the standardization of whiteness, the empathy model often unintentionally reinforces it, and avoids the harder task of challenging the cultural myopia that undergirds biases towards marginalized groups.’
https://firelightmedia.medium.com/beyond-empathy-ad6b5ad8a1d8
Ha Marijn,
Dank voor je reacties. Ik kan je volgen, maar nu weet ik niet of ik het met je eens ben. Ik ga eerst maar eens proberen de voorstelling te zien, en wie weet zetten we er dan nog eens (live?) een boom over op.
Dag! s