Vrouwen als Cleopatra, Jeanne d’Arc of Marilyn Monroe zijn voor historici ideale objecten om allerlei ideologieën tegenaan te gooien. Zo kan een en dezelfde vrouw neergezet worden als feminist, machiavellistische machtswellusteling, aartsconservatieve Moeder Maria of ordinaire seksbom. Ook Mata Hari hoort in dat lijstje thuis. (meer…)
Met Mata Hari brengt Het Nationale Ballet een nieuwe grootschalige productie die vanaf de eerste steen is opgebouwd. In deze voorstelling staat alles in dienst van het verhaal over de vermeende dubbelspionne Margaretha Geertruida Zelle, die bijna honderd jaar geleden het leven verloor voor het vuurpeloton. Wie zij precies was en waarvoor zij verantwoordelijk werd gehouden, is tot op zekere hoogte nog steeds ongewis. Wat er wel bekend is over haar en het mysterie rondom haar spreekt nog steeds sterk tot de verbeelding. Het leven van danseres Zelle was al vaker onderwerp van een film of boek, maar een vertaling in dans geeft nieuwe perspectieven die in eerdere werken minder over het voetlicht kwamen.
Mata Hari kwam tot stand door een intensieve samenwerking van choreograaf Ted Brandsen, dramaturge Janine Brogt en componist Tarik O’Regan. Ondanks de vele scènes die zich op verschillende plaatsen in de wereld afspelen en waarvoor snelle tijdssprongen gemaakt moeten worden, loopt het ballet in twee aktes als een trein: van het vertrek van haar vader uit haar leven als klein meisje in Friesland, de verleidingen van het uitgaansleven een paar jaar later, haar huwelijk met officier Rudolphe MacLeod en hun vertrek naar Nederlands-Indië, tot het verlies van haar tweejarige zoontje en vervolgens haar gezin. Geïnspireerd geraakt door oosterse tempeldansen, lukt het Margarethe Zelle (Anna Tsygankova), eenmaal teruggeworpen op zichzelf, om door te breken als danseres bij het grote publiek in Parijs.
Het eerste deel voor de pauze heeft een vliegende vaart, waarbij als het ware wordt gezapt tussen plaatsen en periodes. Het decor- en lichtontwerp van Clement & Sanôu is een station, de vertrekhal met bogen wordt met eenvoudige changementen met trappen of een balkon in een handomdraai een café, theater of gevangenis. Ook door de kostuums naar de ontwerpen van François-Noël Cherpin kan snel gesneden worden. De strenge, zwarte tenues van de ooms en tantes die Margaretha Zelle in haar jeugdige levenslust willen beknotten, de lichte kleding in het warme klimaat in Nederlands-Indië tot de frivole en felgekleurde kostuums van het Parijse nachtleven, accentueren ook de sfeer van scènes.
Dat het begin van de twintigste eeuw voor de danskunst een baanbrekende periode was, zowel door de vernieuwingen in de balletwereld als het verzet tegen de conventies van het ballet, geeft de voorstelling nog een sterke verhaallijn. Eenmaal gelanceerd als ‘godin van de dans’ Mata Hari heeft Zelle een glansrijke danscarrière en verwerft zij internationale faam. Maar zij delft het onderspit als het volgende dansfenomeen zich aandient in de Parijse salons: Isadora Duncan, de vrouw die als een van de grondleggers van de moderne dans de geschiedenisboeken is ingegaan. De ambities van Mata Hari blijken ook verder te reiken dan haar solo-optredens, maar bij Serge Diaghilev maakt zij geen indruk en tot danseres bij zijn wereldberoemde Les Ballets Russes schopt zij het niet. De tweede akte heeft dan ook een dramatischer karakter. Dat Zelle uiteindelijk de ware liefde vindt bij de Russische officier Vadime de Masloff, blijkt uit het zinderende duet van Tsygankova en Artur Shesterikov. Toch keert hij zich ook tegen haar nadat zij van spionage is beschuldigd en ter dood veroordeeld wordt.
Mata Hari is tegelijkertijd een verhalend ballet en een Gesamtkunstwerk. Choreografie, libretto en muzikale compositie kwamen in nauwe samenwerking tot stand, zij vullen elkaar aan en versterken elkaar. Zowel de levenslust als de tragiek van Margaretha Geertruida Zelle, haar hunkering naar aandacht en liefde, komen over het voetlicht. Anna Tsygankova draagt de speciaal door Brandsen voor haar gecreëerde rol met verve – naast een overtuigend danseres is haar performance subtiel en overtuigend. Gracieus toont zij ook de hand- en armgebaren van de oosterse dans. Met als basis de academische dans heeft Brandsen zijn dansvocabulaire verrijkt met eenvoudigere, herkenbare bewegingen en passen. Grote, wervelende groepsstukken en krachtige duetten wisselen elkaar af. Net als in de verhaallijn en in de muzikale compositie staat ook hier alles ten dienst van het geheel, leesbaarheid en helderheid zijn leidend. De kracht van Mata Hari zit daarom vooral in de som der delen en in de daverende uitvoering van de dansers.
Foto: Marc Haegeman