Toneelschrijver Kees Roorda zegt af voor de Amerikaanse première van zijn stuk ‘Rishi’, dat vanaf 1 juni gespeeld wordt door het Origin Theatre in New York. Hij voelt zich daartoe genoodzaakt omdat de Amerikaanse immigratiedienst zijn Molukse partner geen visum verleent.
(meer…)
Een bedrijf gaat failliet. Dat gebeurt dagelijks en na de covid-crisis wordt een tsunami aan faillissementen voorspeld. We vernemen de zakelijke kant van het verhaal, wat het materieel verlies is, maar wat het persoonlijk verlies voor de ondernemer, de werknemers, de families is, is voor buitenstaanders onbekend. De nieuwe productie van Christophe Aussems bij het Nieuwstedelijk focust daarop.
Theatermaker Christophe Aussems neemt vaak voor zijn creaties diepte-interviews af. Uit dat materiaal destilleert hij dan een theaterstuk. Dat deed hij onder andere voor Vuur over een brand in een internaat of voor Hybris over medische fouten. Nu ging hij, als zoon van zelfstandige ondernemers, op zoek naar mensen achter kleine en middelgrote bedrijven die over kop gingen. Hij sprak met hen over hun rouwproces dat vaak met schaamte en schuldgevoelens gepaard gaat, zeker als het een faillissement van een familiebedrijf betreft. Op basis daarvan maakte hij Man in de mist. Hij laat een man, de baas van een familiezaak failliet gaan in een periode dat de mist dagenlang bleef hangen in Vlaanderen (volgens een krantenbericht van 21 januari 2020, op de flyer).
In een achterruimte van een winkel, tegelijkertijd keuken, bureau en stockruimte, zien we Vincent (Jorre Vandenbussche) nerveus bezig met papieren en laptop, tussendoor scheert hij zich snel, roef roef, alsof hij zijn dreigende ondergang wil ontvluchten. Hij is de man van de slogan “Ondernemen is risico nemen” en voelt aan dat hij daarvan zelf het slachtoffer wordt. Hij bespreekt nog reddingsmogelijkheden met zijn financieel adviseur (Jonas Van Thielen), maar weet eigenlijk dat het niet zal helpen.
Zijn vrouw (Sara Vertongen) weet van niets, verheugt zich op de opendeurdag van de winkel, van haar winkel, de winkel van haar grootvader, haar vader. Maar al snel ziet ze bevestiging van haar vermoedens dat er iets totaal scheef zit. Eerst denkt ze dat haar man vreemd ging met een vrouw (Aline Cornelissen) van een ander bedrijf waarmee de winkel een project aanging. Maar dan blijkt dat dat niet het geval is, maar dat de winkel, haar winkel, failliet zal gaan. ‘Ge gaat de winkel niet afpakken! We wonen hier! Ik ben hier geboren, ik ben die winkel!’ Ruzies, emotionele ontladingen volgen. De echtgenote is heel boos op haar man omdat hij nooit iets gezegd heeft over de slechte zakelijke staat van het familiebedrijfje.
Dat alles gebeurt vrij realistisch. Al is het decor gestileerd en loopt muzikant Bert Hornikx op het toneel van de bekkens naar het drumstel en terug, neemt hij vaak zijn basgitaar in de hand en speelt dan een dreigende soundscape. Tot de momenten van grote spanning. Dan is het stil. Dat geeft de voorstelling een mooi ritme.
Als het faillissement er is, knakt er iets in het hoofd van Vincent. Hij staart naar het publiek, ratelt over zijn auto, hoe hij met de wagen in de mist wil verdwijnen. Geen andere uitweg dan een vlucht? Hij verdwijnt. Is onbereikbaar. We horen alleen ingesproken berichten, zonder reactie, we zien de wanhoop van de echtgenote, de werknemer, de speurder van de cel verdwijningen. Het zijn straffe scènes over de ondergang van de held, getroffen door het noodlot, zoals in menig tragedie.
Dan is er een verrassende wending in het scènebeeld. Met wat mist. Geen deus ex machina, maar een wat bizarre, en best wel geloofwaardige afronding volgt. Al was het maar door het frisse spel van Aline Cornelissen. Dat de andere spelers kanjers zijn die een heel register van emoties beheersen en personages overtuigend op het toneel kunnen brengen, wisten we al. Dat bewijzen ze nu ook. Ook de in 2021 aan de Toneelacademie Maastricht afgestudeerde actrice Cornelissen speelt ingetogen haar rollen als zakelijk partner en als curator, maar dartelt ook als een verslaafd wezen rond de verloren ondernemer. De mist om zijn hoofd zal niet verdwijnen. Of wel?
Het strakke ritme, de stuwende muziek, de goede acteerprestaties en het open einde, maken van deze voorstelling een boeiend drama.
Foto: Boumediene Belbachir