Igor Vrebac demonstreert in Macho Macho dat een perfect lichaam ook doodvermoeiend is**
Terwijl een dikke hiphopbeat klinkt, neemt performer Erwin Kiene met een ontbloot bovenlijf met zijn rug naar het binnenkomende publiek verschillende bodybuilding-achtige poses aan. De typische mannelijke beelden krijgen een zekere sierlijkheid door de traagheid waarop Kiene van de ene houding naar de andere gaat. Deze bevraging van masculiniteit zet Kiene op subtiele wijze door in de rest van de voorstelling.
Na een korte introductie waarin hij het publiek vraagt naar hun kennis over Guyana, neemt Erwin Kiene ons mee naar een huisfeest waar hij ons voorstelt aan zijn familie uit dat land. We vertelt over zijn opa die op zijn vaste plek zit en bepaalt welke muziek gedraaid wordt, over zijn tante die er eigenlijk helemaal niet wil zijn en afkeurend de rest in de gaten houdt, hoe zijn oom in de keuken de kinderen vermaakt met zijn verhalen over hoe hij als Bruce Lee honderden mannen te lijf gaat, dat zijn moeder die Kiene waarschuwt dat niemand te vertrouwen is en dat zijn vader zich een jonge god waant op de dansvloer.
Ze zijn lekker dik aangezet door de bijzonder charmante Kiene, die dit vervolgens interessant contrasteert met choreografieën waaruit een minder kluchtig beeld van zijn familie blijkt. Zo verliest zijn vader zich door de alcohol steeds meer in het dansen, vanuit het schijnbare verlangen naar zijn jeugd, waarin hij zo veel kon dansen als hij wilde.
Hoewel de titel iets anders impliceert, is Macho geen rechttoe-rechtaan onderzoek naar mannelijkheid en gender. Kiene benoemt een enkele keer dat hij met de veranderende mores zelf ook anders naar zijn opvattingen over mannelijkheid kijkt, maar dit wordt nergens het letterlijke onderwerp van de voorstelling. Door de focus te houden op hoe zijn familieleden zich tot elkaar verhouden en welke rollen zij aannemen wanneer zij samenkomen op een feest, zet Kiene op subtiele wijze uiteen aan welke (genderspecifieke) verwachtingen zij denken te moeten voldoen.
Zo merkt hij op dat de sterke verhalen en de flinke biceps waarmee zijn oom iedereen probeert te vermaken tegelijkertijd maskers zijn waarachter hij zich kan verschuilen. Vermomd als een grappige weergave van Guianese verjaardagen, kaart Kiene geraffineerd de onbewuste druk aan die deze rollenpatronen met zich mee brengen.
Zijn achtergrond als danser en performer bij LostProjects Amsterdam is onmiskenbaar. Kiene is een ijzersterke danser en krumpt er in de verschillende choreografieën op los. Het is een feest om naar te kijken, met name door de verschillende manieren waarop hij zijn familieleden al dansend portretteert. Dit culmineert in een aangrijpende slotdans, waarbij Kiene uiteindelijk toont hoe hij zelf op de verjaardag is.
Ondanks de waarschuwing van zijn moeder is hij toch dronken geworden en maakt een gevoel van eenzaamheid zich van hem meester. Achterop het podium, in hetzelfde blauwe licht als waarin hij het publiek welkom heette, danst hij een laatste keer. Waar zijn familieleden begeleid werden met vrolijke, uitbundige muziek, is er nu alleen het luide getik van een klok. De choreografie is chaotischer, met momenten van agressie en tederheid, als een pijnlijke zoektocht naar wie hijzelf nu eigenlijk is binnen de familie.
Erwin Kiene weet op interessante wijze een introductie in de Guianese cultuur te combineren met een subtiele zoektocht naar de schijnbaar onontkoombare invloed van genderrollen.
Foto: Lowiegraphy