Anne van de Wetering en Luc de Groen bespreken de voorstelling Lampje van Maas Theater en Dans, gezien op 20 december in het Maastheater in Rotterdam. Let op: Spoiler alert! Klik hier voor meer informatie over de voorstelling en de makers. Lees hier de geschreven recensie.
In de jubileumvoorstelling Maas speelt Maas rollen in een moordend tempo hoogtepunten uit topvoorstellingen van de afgelopen tien jaar voorbij. Artistiek leider René Geerlings speelt de hoofdrol en komt als een soort Alice in Wonderland in een uitbundige medley van scènes en personages terecht.
Geerlings heet het publiek welkom op het jubileum van zijn gezelschap. Hij staat op het speelvlak en om hem heen bevinden zich de decorstukken uit producties van de afgelopen periode. Deze zijn allemaal geregisseerd door zijn voorgangster Moniek Merkx, die met deze voorstelling haar afscheid van het gezelschap viert. Merkx laat als regisseur van Maas speelt Maas nog eens zien waar zij zo sterk in is: uitbundig vormgegeven montagevoorstellingen voor jong publiek, vol fysiek theater en over thema’s die er toe doen.
In 2013 fuseerde jeugdgezelschap Theatergroep Max. onder leiding van Merkx met Theatergroep Siberia en Meekers om samen verder te gaan onder de vlag Maas theater en dans, met het eigen Maaspodium in Rotterdam.
Geerlings blijkt tot zijn eigen verbazing zelf de hoofdpersoon in de voorstelling te zijn en komt als kind in een wereld terecht waar de tafels bewegen en de keukenkastjes vol monsters zitten. Zijn oppas-oma (actrice Rosa Maria van Leeuwen) krijgt plotseling dansende benen, die zij niet in bedwang heeft. Op het nummer I Feel Like Dancing gooit ze haar grijze mantelpak uit en daaronder komt de blauwe jurk van Alice in Wonderland (2016) tevoorschijn.
Even later komt ook het bekende konijn de keuken binnenrollen op een Hoverboard. Hij verdwijnt in een keukenkastje en als Alice hem achternakruipt, valt ze met een lichtflits en galmende geluidseffecten in een diep gat. Uit de andere keukenkast klinkt even later de snoeiharde beat van een groep feestende hoofden: ‘Wáár is dat feestje? Híér is dat feestje!’, brallen ze en dan klapt het deurtje weer dicht.
Dit is nog maar het begin. In een moordend tempo lopen, rennen en buitelen de personages en scènes uit minstens tien jaar MAAS voorbij. De bizarre ouders, ooms en tantes uit Hallo familie! (2018), de akelige jeugdwerkster uit Lampje (2019) of de dierpersonages uit de dansvoorstelling Zinderella (2022).
Hoofdpersoon René kan zelf ook niet bijbenen wat er om hem heen gebeurt en vraagt zich vertwijfelt af: ‘Wie ben ik, wat is mijn doel en wat moet ik doen?’ In een notendop de hoofdvragen voor wie een verhaal wil schrijven. In Maas speelt Maas krijgt hij daar geen antwoord op, maar hij maakt wel veel mee, meer dan in de meeste verhalen.
De tienkoppige cast repeteerde de scènes met regisseur Merkx voor een deel aan de hand van registraties van de voorstellingen, maar de spelers geven er ook een nieuwe draai aan. De terugblikvoorstelling laat nog eens zien hoe sterk het fysieke spel is van de dansende acteurs en acterende dansers. Bij Maas loopt het naadloos in elkaar over en ontstaat een speelstijl waarin emoties en karakters in gestileerde beweging zijn af te lezen.
Alle spelers zijn sterk, maar vooral Art Wuthinan Srisayam stijgt in deze voorstelling tot grote hoogte. Hij is een technisch sterke danser, zijn verfijnde mimiek treft doel en hij legt humor en tragiek in zijn spel. De danssolo uit Zinderella, waarin hij met zichzelf vecht en scheldwoorden van pestende jongeren roept, is een act die onder de huid kruipt.
Het eerste deel van de voorstelling is een medley van slim in elkaar gevlochten scènes en acteurs die van het ene in het andere personage transformeren. Precies waar regisseur Merkx naam mee heeft gemaakt. In een tweede deel krijgen scènes uit een aantal hoogtepunten uit het oeuvre van Maas meer ruimte.
Desolaat is de scène uit Alleen op de wereld (2014), waarin de personages eindeloos op blote voeten door de sneeuw lopen totdat ze één voor één omvallen. Barstensvol testosteron zijn de mannen van Staal (2013), die hun Yells de zaal in slingeren, hun spierballen tonen en in acrobatische man-tot-man gevechten hun krachten meten. Na een energiek waterballet eindigt de voorstelling in de aanstekelijk swingende Bollywood-dansscène uit de voorstelling Liefde (2016), waarmee Maas – zoals vaker – de prijs voor de beste jeugdtheatervoorstelling de Gouden Krekel won. Misschien raakt publiek dat het gezelschap niet kent de rode draad van de jubileimvoorstelling een beetje kwijt, maar één ding is duidelijk: bij Maas is theater één groot feest.
Foto: Kamerich & Budwilowitz