Blue hour, zo wordt de tien minuten in de schemering waarin de lucht niet oranje of zwart, maar blauw kleurt, genoemd. De naar dit fenomeen vernoemde voorstelling speelt zich af in een post-apocalyptische werkelijkheid, waar vrijwel alles is verwoest en veranderd in blauw gruis. (meer…)
Het is een openhartig inkijkje als een speler in rolstoel vertelt dat hij als tiener naar de videotheek rijdt om een seksfilm te huren. Iets over Debby en wilde avonturen. Met de voorstelling Love me by the hour wil mixed abled gezelschap Speels Collectief laten zien dat sekswerk een eervol beroep is en gebruik ervan ook. Dat doet het met monologen, met mime en bewegingsscènes. De dans en beweging zijn erg origineel en treffend.
Het is niet de eerste keer dat Speels Collectief een voorstelling maakt over seksualiteit. In 2022 bracht het gezelschap Usually I’m on top, over seksualiteit en vrouwelijkheid, en in 2023 Lay down and lift me up, over diverse relatievormen. Het artistieke team met Sanne Arbouw en Merel van Lieshout wil taboes en onwetendheid doorbreken, in dit geval over betaalde seks, de gangbare, vaak weinig doordachte norm in de samenleving aan de kaak stellen en wat ongewoon is liefdevol in de armen sluiten.
Dat doet het gezelschap met performers en ervaringsdeskundigen mét en zonder beperkingen. In Love me by the hour is het persoonlijke verhaal van Erik Groot Kormelink verwerkt en hij vertelt dat zelf. Er is ook een prominente rol voor Lisette Mepschen die al meer dan tien jaar sekswerker is. Haar werk wordt belicht, ook de wijze waarop de date verloopt, duidelijk, eerlijk en met respect. Dit is theater met een missie, zonder concessies, tegelijkertijd is Love me by the hour een voorstelling die pakkend is en artistiek van goed niveau.
Groot Kormelink neemt het publiek mee in zijn eerste ervaring in het Spijkerkwartier in Arnhem. Hij is geen beroepsacteur, maar als hij zichzelf kan zijn op het podium blijkt dat zeer overtuigend. Hij legt uit hoe hij zijn schroom overwint en uiteindelijk vindt wat hij zoekt. In een andere monoloog vertelt Otto Calmeijer Meijburg, wel een professional, het verhaal van een persoon die bij het boodschappen doen wisselgeld opzij legt, dat bedrag spaart en om de zoveel tijd – als manlief naar het werk is – een escortbureau belt.
Deze acteur is eigenlijk de regisseur van het stuk en staat bij de première zelf op het toneel omdat een van de spelers om privéredenen moest afhaken. Marloes Dingshoff kruipt in de huid van een kleindochter die beschrijft hoe haar oma, ook een sekswerker, rode lipstick bijwerkt en hoestend een sigaretje opsteekt.
Het zijn verhalen van gewone mensen over een wereld waarover veel vooroordelen de ronde doen: sekswerkers zijn zielige vrouwen, hun klanten zijn vieze mannetjes. Speels Collectief laat zien dat het mensen zijn die bewuste keuzes maken. Zo ook in het slotlied, gezongen door Lucia Zemene. Dat beschrijft eenzaamheid van de mens en de behoefte aan warmte en een arm om je heen.
Toch zijn de scènes waarin wordt gedanst artistiek veruit het meest interessant. Dat is al meteen bij het begin. Op de achtergrond zitten vijf acteurs, drie in een rolstoel, twee op plastic stoelen. Lisette Mepschen rolt over de spiegelende vloer, het lijkt een uitputtende worsteling. Daarna hijst ze zich in de rolstoel en is ze onderdeel van het ensemble. De zes spelers bewegen gelijk, met hun handen, met hun armen en hun benen. Ze steken een arm naar rechts, maken met een vinger een draaiende beweging op de knie en steken beide benen naar voren. Er zit een mooi ritme in dat herhalend patroon. Later in de voorstelling blijken de bewegingen ook nog eens een betekenis te hebben, ze vallen samen met woorden en afspraken: ‘ja, met condoom’, ‘ja, altijd met respect’.
De choreografie is gemaakt door Ulrike Doszmann en Otto Calmeijer Meijburg. In een wel heel bijzondere scène halverwege de voorstelling heeft ze een diversiteit aan seksuele handelingen en standjes verwerkt tot een collectieve dans. Performers op elkaar, onder elkaar, verstrengeld met elkaar, achter elkaar, met twee, met drie. De houdingen veranderen telkens. De ritmische bewegingen zijn herkenbaar, zonder dat het maar een moment plat wordt. De rolstoel heeft in dit tafereel een prominente plek en af en toe steekt een kunstbeen de lucht in.
Dat is het meest fascinerend van deze productie. De verscheidenheid aan spelers, de hulpmiddelen die ze gebruiken, de beperking, de ware verhalen, ze verrijken de beleving. Als Groot Kormelink in zijn rolstoel is omgeven door twee, later drie vrouwen, dan oogt dat als de normaalste zaak van de wereld en het is bovendien mooi vormgegeven. Prachtig is de verstilde, intieme scène als hij langzaam in zijn rolstoel wegrijdt, de coulissen in, innig verstrengeld met een actrice die op zijn schoot zit.
Foto: Heleen Anna Fotografie