In ‘Under Siege’ creëert Yang Liping visuele pracht vanuit etnische tradities ***
Een bijtend sarcasme tekent ook de derde voorstelling die het Chileense gezelschap La Re-Sentida in Nederland toont. Nadat het Holland Festival Tratando de hacer una obra que cambie el mundo (2013) en Las imaginación del futuro (2015) programmeerde, laat Explore Festival nu La Dictadura de lo Cool zien, over hoe een rechtse politicus flipt vanwege het snobisme van de kunstwereld.
Op de dag van de arbeid wordt bekend dat ene Benito de nieuwe minister van Cultuur zal worden. Zijn vrouw en zijn vrienden vieren feest langs het zwembad in afwachting van zijn entree. Een voice-over vertelt over het decadente leven van kunstenaars en andere progressieven, die latte-drinkend en prosecco sippend over een (ecologisch, sociaal) verantwoord leven kletsen, terwijl anderen in onrecht leven.
Vlot worden door regisseur Marco Layera een aantal hysterische situaties aan elkaar gebreid. Ten eerste is er het verhaal van de huishoudster die als schoonmaakster in het museum een kunstwerk bij het vuil zette, omdat ze dacht dat het afval was. Niet alleen vernietigde ze zo een 200.000 dollar duur werk, maar ze gooide ook spullen van de vermoorde studenten van Iguala weg.
Dan is er de entourage van Benito die op baantjes op zijn ministerie uit is, maar moet vaststellen dat hij in plaats van hen een handwerkjuf, een volkszangeres, een vakbondsman en een graffitikunstenaar heeft aangesteld. Een van cocaïne doordrenkt feestje lijkt nog even voor enige verbroedering te zorgen, maar uiteindelijk kotst Benito iedereen uit en roept hij op tot de klassestrijd, terwijl buiten op vrij bloederige wijze de revolutie uitbreekt.
De meeste indruk maken de verschijningen van buitenstaanders: een geheel naakt Thais kindhoertje dat regelrecht uit een boek van Houellebecq lijkt gelopen en de huishoudster in berenpak zorgen voor dat beetje perspectief, dat verder totaal ontbreekt in het van intrige naar intrige hobbelende soap-bestaan van de ‘kunstelite’. Hoe Benito tot die elite is gaan behoren en waarom hij nu wraak neemt door de wereld van de kunst ’terug te geven aan het volk’, wordt niet duidelijk.
Het apocalyptisch beeld dat Layera en La Re-Sentida schetsen, met eenvoudige middelen en rake teksten, is niet helemaal van toepassing op de Nederlandse situatie. Voorbij de potsierlijke, hilarische toon en de pamflettistische rethoriek, ontbreekt het in La Dictadura de lo Cool aan een werkelijke confrontatie tussen incrowd en outsiders. De handwerkjuf die directeur educatie wordt op het minsterie of de graffiti-kunstenaar die het nationale museum gaat leiden, ze blijven fantastische figuren, zoals de huishoudster geen eigen gezicht krijgt en het Thaise meisje uit de lucht komt vallen.
Nederland is een van de meest genivelleerde landen in de wereld, al viert het de eerste mei niet. De Gini staat op 28.2 tegen 47.7 in Chili. Wat moet ik met een verhaal over een coke-snuivende upperclass in Chili, die hangend langs het zwembad goede doelen verzamelt, terwijl de huishoudster in een berenkostuum wat geld bijverdient om voor haar zoon een iPhone te kopen? Huishoudsters die vernederd worden, kinderen op privéscholen en politici die hun tijd langs zwembaden doorbrengen – het blijft allemaal heel exotisch. Het punt van herkenning zit hem allicht in de hysterische politicus, die een volksopstand voorbereidt en een progressieve voorhoede of elite die daar niet mee om weet te gaan.
Foto: Christophe Raynaud de Lage