De voorstelling begint met de toeschouwer te plaatsen in een denkbeeldig decor waarin zijn voorstelling zich zal afspelen. Middels een lied schetst hij een beeld van een typisch Holland, met zijn typische landschap en typisch Hollandse mensen met typisch Hollandse kenmerken. Herkenbaar, maar een gevoel van iets als een beklemmende burgerlijkheid begint je te bekruipen. (meer…)
‘Ik ben misschien te laat geboren’, zingt Ramses Shaffy in een van zijn beroemde chansons. Deze zin is perfect van toepassing op de cabaretier Aron Elstak. Hij is nog maar net vijfentwintig, maar ademt in alles een lang vervlogen wereld. In zijn show Kijkt u even mee? wisselen vette typetjes en klassieke kleinkunstliedjes elkaar af. Elstak wekt zo de sfeer van de ouderwetse revue tot leven. Hij wil zijn publiek amuseren, zodat het de harde werkelijkheid even kan vergeten.
De rode draad van de voorstelling is Elstaks voortdurende zucht naar aandacht. Als klein jongetje stond hij al graag in de belangstelling en deed hij er alles aan om dat voor elkaar te krijgen. Inmiddels heeft hij van optreden zijn werk gemaakt, maar echt beroemd is hij tot zijn grote spijt nog niet. Elstaks frustratie hierover voelt oprecht en leidt ertoe dat de moraal waar de avond mee eindigt – dat we allemaal behoefte hebben aan een applausje op z’n tijd – overtuigt.
Minder overtuigend zijn de vele conferences die verwijzen naar televisieprogramma’s. Bed & Breakfast, Help, mijn man is klusser!, Expeditie Robinson, The Voice of Holland, ze komen allemaal langs. De grappen die Elstak erover maakt zijn op zichzelf niet slecht, maar het wordt op den duur wel voorspelbaar: wéér een imitatie van een bekende of onbekende Nederlander op tv. Het bespotten van al die programma’s en hun deelnemers heeft bovendien iets achterhaalds. Televisie wordt neergezet als dat waar het leven anno 2018 om draait. Alsof smartphones en YouTube niet bestaan en je naar een show van Youp van ’t Hek uit de jaren negentig aan het kijken bent.
Een soortgelijk gevoel overvalt je bij de liedjes van Elstak. Die zitten technisch goed in elkaar en hij zingt ze met flair, maar ze klinken ook nogal belegen. Dat zit hem zowel in de klassieke theatrale vorm die Elstak kiest als in de inhoud van de nummers. Een sprekend voorbeeld vormt het lied over de man die alleen maar Prodent, Robijn en Conimex koopt, omdat de reclame voor die merken hem zo’n prachtig leven voorspiegelt. Het wordt gezongen vanuit het perspectief van de man zelf, met bijpassende mimiek en armgebaren, en met een perfecte dictie uiteraard.
De archaïsche stijl en thematiek geven Kijkt u even mee? op den duur iets koddigs. Intussen ga je wel steeds meer verlangen naar een beetje urgentie, een gedachte die prikkelt, een vorm die iets echt eigens heeft en meer is dan de technisch perfecte nabootsing van sketches en liedjes uit de oude doos. Aan die urgentie ontbreekt het vooralsnog, waardoor Elstaks cabaret wat vrijblijvend is. Zijn voorstelling is onderhoudend, maar dan toch vooral voor een Omroep MAX-publiek.
Foto: Mieke van der Raaij