Het Fringe Festival markeert, als onderdeel van het Theaterfestival, het nieuwe seizoen. Een festival van de ‘rand’, zoals het zichzelf profileert met een keur aan voorstellingen die ver weg staan van het gangbare aanbod. Fringe goes to town krijgt het festival als aanbeveling mee, met de opmerking dat ‘alle genieën, prutsers, kletstantes, denkers’ welkom zijn hun theaterkunst te laten zien, op tal van denkbare locaties.
In de kleine zaal van Het Compagnietheater, dat ook het festivalhart vormt, speelt de Japanse danseres Tomomi Tamagawa een poëtisch en subtiel spel met licht en schaduw. In de choreografie van Tashi Iawaoka is de voorstelling onder de geheimzinnige naam k_a_g_e (met kleine letters) een hedendaagse interpretatie van het schaduwspel. Iedere reiziger naar Indonesië heeft weleens een wajangvoorstelling bijgewoond, een poppenvoorstelling met schaduwbeelden. Dat is de eerste associatie die k_a_g_e oproept. Danseres Tamagawa beweegt zich solo in de witte ruimte met zwarte vloer. Tegen de achterwand glijdt haar schaduw voorbij, soms diepzwart zoals schaduwen zijn, soms grijzig of helemaal opgelost in het wit.
Bij haar entree draagt ze een traditioneel Japans gewaad, zwart en wijdvallend, met hooggesloten kraag. Het haar opgestoken met haarpin. Opeens trekt ze die haarpin met felrode knop uit haar haar, het valt los. De pin blijft als teken van bevrijding op de vloer liggen, rood oplichtend. Dan laat ze ook de mantel van zich afglijden en danst ze verder in een kort, wit gewaad. Een cellist begeleidt haar, al improviserend. Vloeiende klanken afgewisseld met pizzicato. Hevig en verstild.
De bewegingen van de danseres sluiten hierbij aan. Ze zweeft als moeiteloos over de vloer, spreidt haar armen, laat zien hoe haar armen als vogelvleugels een schaduwbeeld vormen.
Aan de bron van deze dans ligt de Japanse fantasy-vertelling Prinses Kaguya (2013) over een meisje dat gevonden wordt in een bamboestengel. Kennis hiervan is niet noodzakelijk, maar helpt wel met de duiding van k_a_g_e. De voorstelling heeft bevrijding als motief: aanvankelijk is het schaduwbeeld hard en nadrukkelijk, maar geleidelijk lost het op in de witte wand. De symboliek en de beheerst-energieke dans gaan prachtig samen, en vergeet de cello niet aandachtig te beluisteren. Opzienbarend wat de muzikant aan klankrijkdom te voorschijn weet te toveren.
Foto: Chiel Zwinkels