Gil Gomes Leal, Roshanak Morrowatian en Cherish Menzo zijn genomineerd voor de Prijs van de Nederlandse Dansdagen 2020, een stimuleringsprijs voor jonge choreografen die nog geen structurele subsidie ontvangen. Nastaran Razawi Khorasani, Anne-Beth Schuurmans en Ryan Djojokarso maken kans op de Prijs van de Nederlandse Dansdagen Jong Publiek 2020. (meer…)
Een hondenkap dient ervoor te zorgen dat een hond zichzelf niet ongewenst bijt of krabt. Op het programmablaadje van de voorstelling Jeuk (4+) van dansgezelschap Project Sally Maastricht zijn de beide dansers uitgerust met zo’n onesthetisch hulpstuk. Jeuk zal dus wel gaan over ongewenste zelfverminking, ben je vooraf geneigd te denken.
Nee dus. Jeuk gaat over twee jongens die vermoedelijk vrienden zijn. Broers kan ook. Ze doen spelletjes maar gunnen bij tijd en wijle elkaar het licht in de ogen niet. Waarom is niet helemaal duidelijk. Waarschijnlijk omdat het jongens zijn. Die maken nu eenmaal om het minste of geringste ruzie. Erg serieus moet je dat doorgaans niet nemen.
Het eerste conflict gaat, u raadt het al, over jeuk. De een wenst zichzelf te krabben, de ander belet dat. Niet leuk van hem want ‘het staat geschreven en gedrukt, ge moet krabben waar het jukt’. Maar omdat hij net iets sterker en zelfverzekerder is schikt de ander zich. Dan maar niet krabben.
Een scène later mag er wel gekrabt worden. Door de een bij de ander nog wel. Dat is lekker! Zolang als het duurt, tenminste, want als het kriebelen kietelen wordt is de lol er gauw van af. En weer hebben ze mot.
Dan verschijnt er een rood wezen. Wat het precies is kunnen we niet zo goed zien want het draagt een hondenkap. Zullen we nu dan de kwestie van de automutulatie behandeld krijgen? Werderom moet het antwoord ontkennend zijn. Eenmaal ontdaan van het lastige stuk plastic blijkt het wezen gewoon een leuk meisje. Waarmee de volgende bron van conflicten haar intrede doet. Twee jongens, één meisje, dat vraagt om problemen.
De geschiedenis herhaalt zich inderdaad. De minst stoere jongen wordt deze keer vastgebonden, mag toch weer los, ze spelen wat en aan het eind is de balans hersteld.
In dat programmablaadje met die hondenkappen wordt hoogdravend gesproken over ‘het leren kennen van en omgaan met emoties die je nog niet snapt en die kriebelig zijn’. Die pretenties worden bij lange na niet waargemaakt. Het is natuurlijk ook de vraag of dans überhaupt in staat is zo’n thematiek te behandelen.
In Jeuk staat het verhalende het dansante in elk geval behoorlijk in de weg. Doodzonde want er zitten enkele choreografische pareltjes in de voorstelling. Speels en ingenieus. Maar omdat er zonodig een thema behandeld moest worden is de voorstelling nodeloos zwaar geworden.
Ook de dansers lijden daaronder, opgesloten als ze zich lijken te voelen in het keurslijf van het verhaal. Zelfs in de speelse scènes blijft het gelaat in de plooi. Wat dat betreft is die hondenkap misschien nog niet zo’n slechte metafoor: gedwongen zelfbeheersing.
Foto: Tycho Merijn