Hoe de tijden ook voortrazen en de wereld in brand wordt gezet, Nathalie Baartman maakt vastberaden pas op de plaats. Zij weigert het moderne leven klakkeloos te omarmen als dat de teloorgang van haar normen en waarden tot gevolg heeft. Ook in Louter zet de eigenzinnige Twentse cabaretière zichzelf neer als een verward, verbaasd, oprecht, […]
Jasper van Kuijk is een redelijk mens, iemand waarvan je het niet erg vindt dat hij zich in je vrienden- en kennissenkring bevindt. Geen gast om ruzie mee te maken, omdat je het eigenlijk altijd wel met elkaar eens bent, en de verschillen zijn te onbeduidend om daarover te gaan bakkeleien.
Die redelijkheid zit ook in de titel van zijn vierde programma, Janus (regie: Pim van Alten). Deze Romeinse god van poorten heeft twee gezichten en gaat over het begin en het einde, het openen en het sluiten. Bij Van Kuijk staat Janus voor de opvatting dat je elk probleem van twee kanten moet bekijken en de mensen die voor een oplossing staan, die niet meteen de jouwe is, niet moet verketteren. Dat is een mooi standpunt, heel redelijk. Van Kuijk beseft dat hij als witte, hoogopgeleide man in een filterbubbel leeft en doet een dappere poging om dat te doorbreken.
Van Kuijk onderzoekt aan het begin van de voorstelling wie er in de zaal zit: witte mensen, die kennelijk van cabaret houden, een verdwaalde Telegraaf-lezer en niemand die op de PVV stemt. Als hij nog even zou hebben doorgevraagd over het opleidingsniveau, zou er waarschijnlijk niemand in de zaal hebben gezeten die na de basisschool meteen een baantje in de bouw heeft gekregen. Dan moet je dus als cabaretier wel wat te melden hebben om die eigen parochie een beetje op te schudden.
Maar wat meldt Van Kuijk?
- Als je mensen negeert, dan worden ze boos. En daarom stemmen ze op de PVV en willen ze uit de Europese Unie. Maar, rekent Jasper ons voor, Europa levert Nederland per saldo veel op. Tsja Jasper, dat wisten we al sinds 1957, we kennen die cijfers.
- Als je een slechte boodschap moet vertellen, pak het dan positief in, zoals de NS dat doet. Die noemt een stoptrein een sprinter, en een vertraging levert extra reistijd op. Ja Jasper, het was ons bekend dat de toon de muziek maakt en dat geestelijk gehandicapten inmiddels mensen met een mogelijkheid of met een uitdaging zijn.
- Als een kind – of een samenleving – hysterisch begint te gillen, heeft het geen zin om terug te schreeuwen, maar kun je beter proberen het kind – of de samenleving – een beetje tot rust te brengen. Goh Jasper, hoe kom je erop.
- Als blanke in Nederland heb je het goed. Pfff Jasper, tell me about it.
En zo gaat het maar door, anderhalf uur lang. Janus is een les maatschappijleer van een docent die om de tien minuten wel een kwinkslag in de aanbieding heeft, maar die de leerlingen echt niets, maar dan ook helemaal niets nieuws weet te melden. Een aardige, redelijke vent hoor, die docent, maar wat levert het uiteindelijk op als je die les in het theater geeft? Open deuren, vlees noch vis, lauwe thee, en uiteindelijk dus heel veel gapen.
Foto: Jaap Reedijk
Maar was het grappig? ;-)
Ja dat was het.
Wat is er met Patrick van den Hanenberg gebeurd? Waren zijn recensies ten tijden van zijn vroege jaren Volkskrant-aanstelling nog netjes van toon, inhoudelijk en niet ad hominem, tegenwoordig lijkt het steeds meer of hij, schijnbaar, zelf ook graag het cabaretpodium had willen bestijgen. De onaardige manier waarop hij ook in deze recensie weer een punt wil maken; met onnodig sarcasme en een mislukt-grappige aanval op de persoon Van Kuijk, geeft pijnlijk aan dat hij de finesse van zijn eerste recensenten-jaren helaas verloren is.
Het persoonlijk aanspreken in de opsomming is onnodig (en niet grappig), het recenseren van de -te vermoeden- persoon Van Kuijk buiten het podium doet niet ter zake daar hij zijn theaterprogramma zou moeten recenseren en de algehele toon is alles behalve professioneel. Bovendien laat hij enkele essentiële vragen onbeantwoord; Werd er gelachen? Had het publiek een vermakelijke avond? Is dit een smaakkwestie of had de hele zaal zo’n rotavond als de recensent?
Of ik het al dan niet eens ben met Van den Hanenbergs kwalificatie van Van Kuijks programma staat hier los van, maar dat hij Van Kuijk op eenzelfde belerende toon toespreekt als die hij hemzelf verwijt, maakt het dat deze recensie (en dus zijn recensent) ten onder gaat aan het manco wat het beschreven theaterprogramma verweten wordt.
Waarschijnlijk buiten zijn recensies een aardige, redelijke vent hoor, die Van den Hanenberg, maar wat levert het uiteindelijk op als je die stukjes op het internet laat schrijven? Een zuur geformuleerde recensie, gespeend van elke vorm van zelfreflectie.
De vraag of er gelachen is bij Jasper van Kuijk?
Ik heb drie keer gelachen, de cabaretliefhebber naast mij 1 keer en de zaal vond ik ook erg lauw.
Ik zat in de zaal en heb heel vaak, heel hard gelachen!
wat een vies zuur stinkend elitair toontje in deze recensie. Ik ga meteen kaarten halen voor deze gast zometeen.
ook inhoudelijk zeg je weinig over of er plezier aan de show te beleven is. Er moet letterlijk in de comments worden gevraagd of je inhoudelijk commentaar hebt. het ergste is dat deze review wel gevolgen heeft voor deze cabaretier. Misschien eens over nadenken voordat je zuur inhoudsloos hal gaat spuwen man. Wat een respectlozrespectloze review.
De recensenten van Theaterkrant zijn volgens Theaterkrant zelf professionals. Een professional wordt betaald en heeft derhalve een belang. Nu haal ik de Kritiek van het oordeelsvermogen van Kant erbij. Daaruit citeer ik dit: ‘Een belang bederft ieder smaakoordeel.’ Dank u.
Ik hoop dat dit soort afbrekende verhalen alsmede recensies die veel verklappen over een voorstelling ( want ook dat is slopen ) voortaan achterwege blijven. En dat Jasper van Kuijk voorstellingen blijft maken.
@ Arie: ik stoor me aan de verdachtmaking. Deze raakt Kant noch wal. De recensent heeft geen enkel belang bij een negatieve recensie noch bij een positieve recensie. Hoewel, bij een positieve recensie wordt de recensie nog wel eens geciteerd voor publiciteitsdoeleinden. Dat zal hier niet gebeuren.
Los van het oordeel van deze voorstelling heb ik nog geen recensent gesproken die niet veel liever een positieve recensie schrijft. Het idee dat recensenten het liefst voorstellingen neersabelen leeft in mijn ervaring vooral bij artiesten.