Voor Solo Echo, in 2012 gemaakt bij het Nederlands Dans Theater, liet choreograaf Crystal Pite zich inspireren door het gedicht Lines for Winter van Mark Strand. Op de achtergrond dwarrelt sneeuw naar beneden en in de sonates van Brahms zijn melancholische klanken van piano en cello te horen. Een groep van zeven dansers trekt in verschillende formaties van links naar rechts voorbij over het toneel of andersom. Alleen of samen, soms als trio of de hele groep. (meer…)
Organisch bewegende dansers die opgaan in een pulserend organisme, dat heupwiegend en schouderophalend over het podium schuifelt. Dat is wat je verwacht van het Israëlische gezelschap L-E-V. En het is ook wat je krijgt, in Into the Hairy. Maar in de samenwerking met electromusicus Koreless voegt het gevierde dansmakersduo Sharon Eyal en Gai Behar ook een nieuwe smaak toe aan het assortiment: gothic horror.
Op het eerste oog heeft het openingstafereel van Into the Hairy iets romantisch. Een man en een vrouw omhelzen elkaar innig, terwijl vijf personen om hen heen staan in uitgestrekte poses, als een kitscherige schilderijlijst of een rozenboog. Als je langer kijkt slaat de verontrusting toe. De kruiperige motoriek van de zeven figuren doet bij nader inzien denken aan bidsprinkhanen en andere insecten. En die holle ogen met uitgelopen zwarte make-up beloven ook weinig goeds. Als het zevental in beweging komt, gaat dat schokkend en hinkend: het ongemakkelijk ogende gevolg van links op de tenen lopen terwijl de rechtervoet steeds plat op de vloer landt.
Het unheimische gevoel dat Into the Hairy oproept wordt niet alleen veroorzaakt door de zombie-achtige cadans van de over het podium bewegende kliek. Uitzonderlijk elegante zombies overigens, dankzij de nauwsluitende, met zwart kant afgezette bodysuits die werden ontworpen door Maria Grazia Churi, creatief directeur van het modehuis Dior. Maar de belangrijkste sfeerbepaler is de muziek van de Britse electromusicus Koreless. In haar voorgaande werk leunde choreografe Sharon Eyal op de clubachtige soundtracks van haar landgenoot Ori Lichtik, die steevast een fundament legde met zuigende beats. In Koreless heeft ze eerder een filmcomponist gevonden, die haar kennelijk inspireerde nieuwe paden te verkennen.
Het cinematische karakter van Koreless’ muziek openbaart zich meteen al in het genoemde openingstafereel, begeleid door een ijl synthesizerarrangent in de geest van Twin Peaks-componist Angelo Badalmenti. De sfeer van een gothic horror-ritueel wordt op andere plaatsen onderstreept met dramatisch dalende melodieën zoals we ze kennen van Tim Burtons vaste notenbreier Danny Elfman.
Door het sterk associatieve karakter van de muziek lijkt ook Eyals citeerdrift te zijn aangewakkerd. Zo lijkt ze te knipogen naar Michael Jacksons horrorvideoclip Thriller. En in een angstaanjagende scène waarin Keren Lurie Pardes haar buik bovenmenselijk ver naar voren duwt liggen de associaties met klassieke horrorfilms als Rosemary’s Baby en Alien voor het oprapen.
Wat de quasi-satanistische en af en toe seksueel beladen rituelen op het toneel extra creepy maakt is de manier waarop de (griezelig flexibele) dansers naar het publiek loeren. Zo is er een sequentie waarin zes dansers zijwaarts naar de zaal staan, terwijl hun armen trage graaibewegingen maken. Nummer zeven beweegt hetzelfde maar draait zich een kwart slag, om naar ons te kijken. Alsof ze bij hun schimmige praktijken eigenlijk liever geen pottenkijkers zouden hebben.
Wanneer Eyal – gespecialiseerd als ze is in abrupte eindes – de stekker er uit trekt en de muziek van Koreless nog even naklinkt in het duister blijft het gevoel hangen dat je iets gezien hebt uit een andere wereld, iets dat beslist niet bedoeld was voor jouw ogen. Spannend en verontrustend tegelijk.
Foto: Katerina Jebb